Oversized April |
|||||||||||||
|
|
||||||||||||
Gebreide trui in DROPS Alpaca en DROPS Brushed Alpaca Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met Europeaanse/diagonale schouders, V-hals en punnikrand. Maten XS - XXL.
DROPS 249-35 |
|||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel = 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (aan de goede kant): Meerder 1 steek richting links: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei recht in de achterste lus. Meerder 1 steek richting rechts: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (op de verkeerde kant): Meerder 1 steek richting links: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem draad op vanaf de achterkant en brei averecht in de voorste lus. Meerder 1 steek richting de rechts: Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de vorige naald op te nemen, neem draad op vanaf de voorkant en brei averecht in de achterste lus. TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen): Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. AFKANTEN IN PUNNIKRAND: NAALD 1 (goede kant): 2 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen. NAALD 2 (goede kant): Zet de 3 steken van de rechter naald op de linker naald, 2 recht, brei 2 steken gedraaid recht samen. Herhaal NAALD 2 tot er 3 steken over zijn op de rechter naald. Zet deze 3 steken op de linker naald. Kant af. Naai een kleine steek om het begin en einde van de punnikrand aan het kledingstuk vast te maken. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Het patroon gebruikt zowel lange als korte rondbreinaalden; begin met de lengte die past bij het aantal steken en wissel indien nodig. Begin door steken op te zetten voor de achterkant van de hals brei dan het achterpand van boven naar beneden, meerder aan elke kant voor de schouders welke ietwat diagonaal worden gebreid. Brei tot de armsgaten. Laat het achterpand rusten terwijl het voorpand wordt gebreid, begin door de 2 schouders apart te breien. Neem steken op langs elke schouder, brei en meerder voor de halslijn, dan worden de voorpanden samengevoegd en verder heen en weer gebreid tot de armsgaten. De voor- en achterpanden worden samengevoegd en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald voordat u het werk verdeeld voor de split aan elke kant. Er worden steken opgenomen rondom elk armsgat. De mouwkop wordt heen en weer gebreid met verkorte toeren, dan wordt de mouw verder in de rondte gebreid. De hals wordt op het einde gebreid met punnikrand. ACHTERPAND: Zet 24-24-26-28-28-30 steken op met rondbreinaald 7 mm en 1 draad van elke kwaliteit (2 draden). Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant. Lees TIP VOOR HET MEERDEREN en brei dan als volgt aan de goede kant: 3 recht, meerder richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder richting rechts, 3 recht. Lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 en brei dan als volgt aan de verkeerde kant: 3 averecht, meerder richting links, brei averecht tot er 3 steken over zijn, meerder richting rechts, 3 averecht. Ga verder met meerderen zoals beschreven op iedere naald (zowel aan de goede als de verkeerde kant) in totaal 18-20-20-22-24-26 keer. Na de laatste meerdering zijn er 60-64-66-72-76-82 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan de buitenkant aan een zijkant. Het werk wordt nu vanaf hier gemeten! Brei tricotsteek heen en weer gebreid tot het werk 11-12-12-13-12-13 cm meet, vanaf de markeerdraad en over het armsgat. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei dan als volgt aan de goede kant: 3 recht, meerder richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder richting rechts, 3 recht – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder zo elke naald aan de goede kant in totaal 2-2-3-3-4-4 keer = 64-68-72-78-84-90 steken. Brei verder tot het werk 14-15-16-17-17-18 cm meet, gemeten over het armsgat en eindig na een naald aan de goede kant. Knip de draad af, plaats de steken op een hulpdraad en brei het voorpand. VOORPAND: Neem 18-20-20-22-24-26 steken op over de rechter schouder achter (als het kledingstuk gedragen wordt), aan de binnenkant van de buitenste steek over de bovenkant van de schouder (dus, neem 1 steek op in elke naald, zie E in de tekening). Alle afmetingen worden vanaf hier genomen! Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant, brei dan als volgt aan de goede kant: Tricotsteek tot er 4 steken over zijn, brei A.1. Ga verder met dit patroon. Als het werk 6 cm meet, meerder dan richting rechts (voor de hals) aan het einde van elke naald aan de goede kant, meerder voor A.1 - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder 1 steek iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) in totaal 12-12-13-14-14-15 keer = 30-32-33-36-38-41 steken. Eindig na een naald aan de goede kant, plaats de steken op een hulpdraad en brei de linker schouder voor. Neem 18-20-20-22-24-26 steken op langs de linker schouder achter (als het kledingstuk gedragen wordt), aan de binnenkant van de buitenste steek langs de bovenkant van de schouder (dus neem 1 steek op in elke naald, zie D in de tekening). Alle afmetingen worden vanaf hier genomen! Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant, brei dan als volgt aan de goede kant: A.2, tricotsteek tot het einde van de naald. Ga verder met dit patroon. Als het werk 6 cm meet, meerder dan richting links (voor de hals) op het begin van elke naald aan de goede kant, meerder na 4 steken - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder 1 steek iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) in totaal 12-12-13-14-14-15 keer = 30-32-33-36-38-41 steken. Eindig na een naald aan de goede kant. Voeg nu de schouders samen, brei aan de verkeerde kant als volgt: Tricotsteek over de 30-32-33-36-38-41 linker schoudersteken, plaats de rechter schoudersteken op de linker naald, brei ze dan in tricotsteek = 60-64-66-72-76-82 steken. Brei dan als volgt aan de goede kant: 28-30-31-34-36-39 recht, zet de volgende 2 steken op een kabelnaald aan de voorkant van het werk, 2 recht, 2 recht van de kabelnaald, brei de laatste 28-30-31-34-36-39 steken recht. Ga verder met tricotsteek tot het werk 22-23-22-23-24-25 cm meet. Brei dan als volgt aan de goede kant: 3 recht, meerder richting links, brei recht tot er 3 steken over zijn, meerder richting rechts, 3 recht. Meerder zo op elke naald aan de goede kant 2-2-3-3-4-4 keer = 64-68-72-78-84-90 steken. Brei verder tot het werk 24-25-26-27-29-30 cm meet. Voeg de voor- en achterpanden samen voor het lijf. LIJF: Brei tricotsteek over de 64-68-72-78-84-90 steken van het voorpand, zet 4-4-6-6-8-10 steken op (in de zijkant onder de mouw), tricotsteek over de 64-68-72-78-84-90 achterpandsteken, zet 4-4-6-6-8-10 steken op (in de zijkant onder de mouw) = 136-144-156-168-184-200 steken. Brei verder in tricotsteek in de rondte tot het werk 48-50-52-54-56-58 cm meet, vanaf de bovenkant schouder voor. Brei nu een split aan elke kant. Plaats de 68-72-78-84-92-100 achterpandsteken op een hulpdraad. VOORPAND: Brei 1 naald recht en meerder 20-20-22-24-24-28 steken verdeeld = 88-92-100-108-116-128 steken. Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm en brei dan als volgt aan de verkeerde kant: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 2 averecht, 2 recht * brei van *-* tot er 3 steken over zijn, 2 averecht en 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met deze boordsteek heen en weer gebreid voor 8 cm. Kant af. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de bovenkant van de schouder. ACHTERPAND: Plaats de steken op rondbreinaald 7 mm en brei op dezelfde manier als het voorpand. MOUWEN: Leg het werk plat neer en voeg 1 markeerdraad in op de bovenkant van het armsgat (LET OP! Dit is niet waar steken opgenomen zijn maar ongeveer 5-6 cm naar beneden over het voorpand = midden bovenkant van de schouder). Alle afmetingen worden vanaf hier genomen. Met rondbreinaald 7 mm en 1 draad van elke kwaliteit. Begin in het midden van de opgezette steken onder de mouw, neem 54-56-60-64-68-72 steken rondom het armsgat – zorg ervoor dat u een gelijk aantal steken heeft aan elke kant van de markeerdraad. Brei tricotsteek heen en weer gebreid als volgt, met verkorte toeren voor de mouwkop (om de mouw een betere pasvorm te geven). Begin midden onder de mouw. Naald 1 (goede kant): brei tot 7-7-7-8-8-9 steken voorbij de markeerdraad, keer het werk. Naald 2 (verkeerde kant): brei tot 7-7-7-8-8-9 -11 steken voorbij de markeerdraad, keer het werk. Naald 3 (goede kant): brei tot 6-6-4-5-4-4 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde, keer het werk. Naald 4 (verkeerde kant): brei tot 6-6-4-5-4-4 5 steken voorbij de vorige keer dat u het werk keerde, keer het werk. Herhaal naalden 3 en 4 tot u 25-25-23-28-28-29 steken voorbij de markeerdraad bent (4-4-5-5-6-6 keer gekeerd aan elke kant). Brei aan de goede kant tot het begin van de naald (midden onder de mouw). Voeg hier 1 markeerdraad in, welke gebruikt wordt voor het minderen onder de mouw. Neem de markeerdraad mee tijdens het breien in de hoogte. Ga verder met tricotsteek in de rondte over alle steken. Als de mouw 7-7-8-8-10-10 cm meet vanaf de opgenomen steken (alle lengtematen worden op midden boven van de mouw gemeten), minder dan 2 steken onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2e naald 2-2-3-3-4-4 keer, dan iedere 5-5-4-3½-3-3 cm, 5-5-5-6-6-6 keer (in totaal 7-7-8-9-10-10 keer) = 40-42-44-46-48-52 steken. Brei tot de mouw 44-43-43-42-42-40 cm meet. Er is 8 cm over. Pas de trui en brei tot de gewenste lengte voor de boordsteek. Brei 1 naald recht en meerder 8-6-8-6-8-8 steken verdeeld = 48-48-52-52-56-60 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 5.5 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 8 cm. Kant ietwat losjes af. De mouw meet ongeveer 52-51-51-50-50-48 cm. ACHTERKANT VAN DE HALS: Gebruik rondbreinaald 7 mm en 1 draad van elke kwaliteit en zet 2 steken op. Beginnend op een schouderlijn, neem aan de goede kant 22-22-24-26-26-28 steken op tot de andere schouderlijn, aan de binnenkant van 1 steek. Knip de draad af. Beginnend met de 2 opgezette steken, kant af met PUNNIKRAND – lees beschrijving hierboven. |
|||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||
|
|||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (2)
Melli wrote:
Wenn man nach der letzten Abnahmerunde am Ärmel die Maschen für das Bündchen zunimmt, sind es in der kleinsten Größe 40 + 8 = 48 Maschen. Laut Anleitung müssten es aber 60 sein. Auch bei den anderen Größen stimmt die Maschenzahl nicht.
29.03.2024 - 22:37DROPS Design answered:
Liebe Melli, danke für den Hinweis, eine Korrektur erfolgt. Viel Spaß beim Stricken!
05.04.2024 - 09:32Sabine HENRICH wrote:
La couleur est superbe et la laine semble très douce. J'aime la simplicité du design
18.01.2024 - 13:17