DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.66€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Warm Circle

Gebreid DROPS vest in een cirkel gebreid met boordsteek van ”Alaska”. Maat: S - XXXL.

DROPS 140-35
DROPS design: Model nr. x-391
Garengroep C
---------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS ALASKA van Garnstudio
700-750-850-900-1000-1100 gr. kleur nr. 53, donkerroze

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 7 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 13 st x 18 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (40 en 80 cm) 6 mm – voor de boordsteek en het kantpatroon.
---------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.66€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer. Het telpatroon wordt in de rondte gebreid.

RIBBELST (in de rondte op de rondbreinld):
1 ribbel = 2 nld * brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.
---------------------------------------------------------

VEST:
Wordt in de rondte gebreid in een cirkel vanuit middenachter.
Zet 7 st op met Alaska en verdeel ze over 4 breinld zonder knop 6 mm. Brei 1 nld recht en brei TEGELIJKERTIJD 2 st r in elke st = 14 st. Plaats 7 markeerders in het werk, 2 st tussen elke markeerder. 1e markeerder = aan het begin van de nld = hals middenachter. Ga verder en brei r, brei in de volgende nld om de st 2 st in 1 st = 21 st. Brei in de volgende nld 2 st in elke 3e st = 28 st. Brei dan volgens A.1, brei 1 herhaling over de 4 st tussen elke markeerder. Ga na A.1 verder in patroon met 7 meerderingen om de nld, brei de gemeerderde st in patroon. Ga verder met rondbreinld 6 mm indien nodig. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei bij een hoogte van 27-28-29-30-31-32 cm vanaf het midden 2 ribbels in RIBBELST – zie uitleg boven - over alle st (er zijn nu ongeveer 31-33-35-37-39-41 st tussen elke markeerder = 217-231-245-259-273-287 st in totaal). Brei r tot de tweede markeerder. Kant alle st af tussen de tweede en derde markeerder (= ongeveer 31-33-35-37-39-41 st). Brei tot de 6e markeerder. Kant alle st af tot de 7e markeerder (= ongeveer 31-33-35-37-39-41 st). Brei tot de eerste markeerder. Brei 1 nld av en zet TEGELIJKERTIJD evenveel nieuwe st op als afgekant zijn boven de afgekante st. Brei 1 ribbel. Ga verder met rondbreinld 7 mm. Brei dan in tricotst over alle st, meerder TEGELIJKERTIJD om de nld 1 st bij elke markeerder – meerder afwisselend links en rechts van de markeerders (= 7 st gemeerderd om de nld) – brei in de volgende nld de gemeerderde st gedraaid om gaatjes te voorkomen. Ga verder in tricotst en meerder tot het werk 20-21-22-23-24-25 cm meet vanaf het armsgat (er zijn ongeveer 49-52-55-58-61-64 st tussen elke markeerder en ongeveer 343-364-385-406-427-448 st in totaal). Ga verder met rondbreinld 6 mm, brei 1 nld recht en pas TEGELIJKERTIJD het aantal st aan zodat het deelbaar is door 6. Brei dan boordsteek 3 st r/3 st av. Meerder als de boordsteek 3 cm meet in alle av-delen tot 4 st av, meerder als de boordsteek een hoogte van 6 cm heeft alle av-delen tot 5 st av. Ga verder in boordsteek 3 st r/5 st av tot de boordsteek 10 cm meet. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. Het werk meet ongeveer 57-59-61-63-65-67 cm in totaal vanuit het midden gemeten.
MOUW:
Neem 62-66-70-74-78-82 st op langs het armsgat op een korte rondbreinld 7 mm en brei in tricotst in de rondte tot de mouw 15 cm meet. Ga verder met een korte rondbreinld 6 mm, brei 1 nld in tricotst en meerder TEGELIJKERTIJD 16-18-20-22-24-26 st gelijkmatig = 78-84-90-96-102-108 st. Ga verder in boordsteek 3 st r/3 st av tot de mouw 30-31-32-33-34-35 cm meet. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 2 st r samen
symbols = midden
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 140-35

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (61)

country flag Isabelle wrote:

Bonjour Je viens de terminer pour la deuxième fois la partie veste de ce tricot et je remarque que j'ai à nouveau une pointe qui se forme dans le dos. J'ai utilisé une mini aiguille circulaire dès le 4ème rang à la place des aiguilles doubles pointes. Honnêtement je n'ai pas envie de recommencer une troisième fois. N'y aurait-il pas une erreur dans les explications? Merci

27.03.2024 - 18:36

DROPS Design answered:

Bonjour Isabelle, il ne doit pas y avoir de pointe, pensez à bien vérifier votre tension pour qu'elle soit la même tout du long et éviter ainsi d'éventuelles déformations, resserrez les 7 mailles du montage pour voir si vous arrivez à supprimer cette pointe, ou bien tentez un blocage, ça pourra aider aussi. Bon tricot!

02.04.2024 - 12:45

country flag Fiona Caldwell wrote:

What do the blank spaces mean in A1 diagram. Thank you

07.11.2022 - 19:15

DROPS Design answered:

Dear Mrs Caldwell, the first row in A.1 is worked over 4 sts but the last row over 9 sts, since you will increase sts on every other round, we need to have space after the first stitch until all increases are done, ie work 1st row as follows: *K1, YO, K2 tog, YO, K1* and repeat from *-*. Happy knitting!

08.11.2022 - 08:59

country flag Alice wrote:

I am confused about the double pointed needle size. At the top of the page where it indicates what size to use for the project, it says, "DROPS DOUBLE POINTED NEEDLES AND CIRCULAR NEEDLE (40 and 80 cm / 16'' and 32'') SIZE 7 mm/US 10.75 " But in the instructions it says, "Cast on 7 sts with Alaska and distribute them on 4 double pointed needles size 6 mm / US 10." Thank you.

06.08.2022 - 06:03

DROPS Design answered:

Dear Alice, yes, there seems to be a mistake in the pattern. You use double pointed 6mm needles for the initial lace pattern, so they should be included in the upper part of the pattern. We will correct the header as soon as possible. Thank you.

07.08.2022 - 23:05

country flag Jelena wrote:

I was adding those 7 stitches as the instruction says, but the diagram itself is adding stitches as we go (if I read it correctly, if not, maybe there is my mistake).

08.03.2022 - 22:30

DROPS Design answered:

Dear Jelena, you are working A.1 a total of 7 times in the round, and working as shown in diagram you will automatically increase 1 stitch in each A.1 = 7 sts in total on every other round.After A.1 is done in height, repeat diagram in height until there are 31-33-35-37-39-41 sts between each marker. Hope it will help, happy knitting!

09.03.2022 - 17:49

country flag Jelena wrote:

While working on diagram parts, I ended up with more than 100 stitches between markers, which is 2-3 times more than it's mentioned in instructions. Where did I go wrong?

08.03.2022 - 21:28

DROPS Design answered:

Dear Jelena, you should work diagram A.1 increasing 7 sts on every other round until there are 31-33-35-37-39-41 sts between each marker ( 27-28-29-30-31-32 cm from center of circle, if your tension is right). Can this help?

08.03.2022 - 22:21

country flag Corinna wrote:

Hallo, verstehe diesen Teil nicht, können sie mir das bitte genauer erklären?Nach Diagramm A.1 das Muster mit 7 Zunahmen in jeder 2. Rd fortsetzen, die zugenommenen M fortlaufend in das Muster einarbeiten. Vielen Dank

05.03.2021 - 10:10

DROPS Design answered:

Liebe Corinna, stricken Sie wie zuvor mit *1 M re, 1 Umschlag, Lochmuster wie zuvor in A.1* und von *bis* immer so wiederholen, dh nach jeder rechte Masche am Anfang von A.1 mit 1 Umschlag zunehmen und das Lochmuster wie zuvor weiterstricken = Es wurde 7 Mal A.1 in der Runde wiederholt und jeweils 7 Masche zugenommen, wenn Sie so weiterstricken, werden Sie jeweils 7 Masche in jede 2. Runde wie zuvor zunehmen. Viel Spaß beim stricken!

05.03.2021 - 13:07

country flag Mary-Anne wrote:

I think there is a mistake where you bind off for the second sleeve. According to the diagram it should be between the 6th and 7th marker, but the pattern says to knit to 7th marker and then bind off.

01.05.2020 - 17:38

DROPS Design answered:

Dear Mary-Anne, which language are you following? The UK and US-English say both to work to 6th marker and to bind off until 7th marker (= sts between 6th and 7th will be bound off). Thank you! Happy knitting!

04.05.2020 - 10:54

country flag Cecilia wrote:

Buonasera vorrei tanto realizzare questo capo ma sono una principiante,sinceramente sto imparando grazie a voi.ma a volte non riesco a capire,il di dietro lo vedo anche complicato.i ferri a doppia punta mai usati,potrei farlo tutto a maglia rasata?grazie sempre gentili.

16.09.2017 - 16:24

DROPS Design answered:

Buonasera Cecilia. Spesso la lavorazione sembra più difficile di quanto non lo sia realmente. Nel caso di questa giacca, lavorarla a maglia rasata vorrebbe dire cambiare le caratteristiche della giacca stessa e ci risulterebbe difficile aiutarla. Per imparare può consultare la sezione dei video o rivolgersi al suo rivenditore Drops di fiducia. Buon lavoro!

16.09.2017 - 19:49

country flag Sylvia wrote:

Liebes drops Team, bitte beschreiben sie mir nochmal, Diagramm A1. Wie viele Reihen hat ein Mustersatz und ab wann nehme ich die 7 Maschen zu? Vielen Dank

22.05.2015 - 22:11

DROPS Design answered:

Sie beginnen mit A.1, wenn Sie 28 M in der Rd haben. Die Lücken im Diagramm ignorieren Sie einfach. In der 1. Rd hat A.1 4 M, Sie stricken A.1 also 7x in der Rd (zwischen 2 Markierern ist 1 Rapport A.1). In der 1. Rd machen Sie 1 Umschlag mehr, als Sie zus.str (1x zus.str, 2 Umschläge in der 1. Rd), also haben Sie nach der 1. Rd pro Rapport 1 M zugenommen, = 5 M pro Rapport, = 35 M in der 2. Rd. In der 3. Rd machen Sie wieder 1 Umschlag mehr, als Sie M zus.str (2x zus.str, 3 Umschl.), haben also in der 4. Rd 6 M pro Rapport, usw. bis A.1 9 M hat. Dann setzen Sie das Muster von A.1 zwischen den Markierern genauso weiter fort, also je 1 Umschlag mehr, das sind die 7 Zun. pro Rd.

23.05.2015 - 09:47

country flag Sanna Laukkanen wrote:

Kun olen neulonut a1 kertaalleen, miten jatkan "mallineuletta"? SIlmukkamääristä riippumatta samaa kaaviota A1 uudestaan, vai?

09.04.2015 - 18:40

DROPS Design answered:

Aivan, jatkat vaan samaan tapaan tekemällä oikealla puolella kavennusten väliin langankiertoja.

13.04.2015 - 16:29