DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Lucy Toes

DROPS sokken zijdelings gebreid van ”BabyMerino”. Maat 35-42. DROPS design: Model nr. BM-003.

DROPS 119-33
--------------------------------------------------------
Maat: 35/37 - 38/39 - 40/42
Soklengte: 22 - 24 - 27 cm
Pijplengte: 24 - 26 - 28 cm
Materiaal: DROPS BABY MERINO van Garnstudio,
100-150-150 gr. kleur nr. 15, lichtlila

DROPS BREINLD 2.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 26 st x 52 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS HAAKNLD 3 mm – voor de rand
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

--------------------------------------------------------
RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

PATROON:
Zie telpatroon M.1. Het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als u keert midden in het werk, haal dan de eerste st recht af, trek de draad stevig aan en brei de teruggaande naald. Doe dit om een gaatje te voorkomen in de overgang.

TIP VOOR DE AFWERKING:
De tenen moeten goed dichtgemaakt worden, plaats daarvoor een draad in de buitenste lusjes van de buitenste st bij de teen en laat de draad het werk volgen. Gebruik deze draad om de steken bij de teen samen te trekken.
--------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------
SOKKEN:
DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Wordt heen en weer gebreid van midden onder de voet, over de bovenkant voet en terug naar midden onder de voet. Brei de eerste 23 st op de nld in M.1 en overige st in ribbelst – ZIE BOVEN!

TEEN:
Keer het werk om de nld richting de teen als er nog 10-13-16 st te breien zijn en brei de teruggaande naald – Zie TIP VOOR HET BREIEN!

Zet 120-130-140 st op met nld 2.5 mm en Baby Merino. Begin met verkorte toeren middenachter als volgt (brei patroon en ribbelst, zie boven):
Brei 28 st, keer, 1 st r afh, brei 27 st in de teruggaande naald.
Brei 36 st, keer, 1 st r afh, brei 35 st in de teruggaande naald.
Brei 44 st, keer, 1 st r afh, brei 43 st in de teruggaande naald.
Brei 52 st, keer, 1 st r afh, brei 51 st in de teruggaande naald.
Maat 40/42: Brei 60 st, keer, 1 st r afh, brei 59 st in de teruggaande naald.
Alle maten: Brei 6 nld over alle st (denk om de verkorte toeren richting de teen – dus de tegengesteld kant van de verkorte toeren middenachter). Zie TIP VOOR DE AFWERKING!

Minder nu voor de hiel als volgt: Plaats een markeerdraad in st nr. 62-68-72 (vanaf de kant met verkorte toeren middenachter). Minder 1 st aan iedere kant van de st met de markeerdraad om de nld in totaal 11 keer = 98-108-118 st. Ga verder tot een totale hoogte van 9-11-13 cm vanaf de laatste mindering.
Meerder nu voor de hiel als volgt: plaats een markeerdraad in st nr. 51-57-61 (vanaf de kant met verkorte toeren middenachter). Meerder 1 st aan iedere kant van de st met de markeerdraad om de nld in totaal 11 keer = 120-130-140 st. Brei 6 nld over alle st.
Brei nu verkorte toeren middenachter als volgt – aan de goede kant:
Maat 40/42: Brei 60 st, keer, 1 st r afh, brei 59 st in de teruggaande naald.
Alle maten: Brei 52 st, keer, 1 st r afh, brei 51 st in de teruggaande naald.
Brei 44 st, keer, 1 st r afh, brei 43 st in de teruggaande naald.
Brei 36 st, keer, 1 st r afh, brei 35 st in de teruggaande naald.
Brei 28 st, keer, 1 st r afh, brei 27 st in de teruggaande naald.
Brei 1 nld over alle st. Zet alle st op een hulpdraad.

AFWERKING: Maas de st van de hulpdraad samen met de st van de opzetnld. De naad komt onder de voet en langs de achterkant van de pijp. Trek de draad van de teen aan en zet vast.

GEHAAKTE RAND: Haak een rand rond de bovenkant van de pijp met haaknld 3 mm en Baby Merino als volgt: 1 v, * 3 l, 1 stk in de v, sla ongeveer 1 cm over, 1 v *, herhaal van *-*, en eindig met 3 l, 1 stk in de v, sla ongeveer 1 cm over en 1 hv in de eerste v.

Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = 2 st recht samen
symbols = 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh
symbols = 2 st recht samen achter in de st
symbols = 1 st r afh, 2 st recht samen, afgeh st overh
symbols = 1 omsl tussen 2 st
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 119-33

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (55)

country flag Renate wrote:

Morgen, vielen Dank für die Info. War mir nicht sicher. Jetzt geht es los.

13.08.2019 - 09:15

country flag Renate wrote:

Muss ich bei der Spitze von Anfang bis Ende immer eine Reihe auslassen, oder nur so lange wie die Ferse ab und zugenommen wird?!

12.08.2019 - 20:29

DROPS Design answered:

Liebe Renate, die verkürzte Reihen bei der Spitze sind gestrickt, solange Sie über alle Maschen stricken. Viel Spaß beim stricken!

13.08.2019 - 08:06

country flag Dolfin wrote:

Bonjour, est-ce que les rangs raccourcis milieu/dos doivent être faits du début à la fin, parce que mon pied est bien mais la chaussette sur la jambe est trop large. Merci

28.02.2018 - 11:14

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Dolfin, les rangs raccourcis doivent effectivement être faits au début et à la fin de la tige, mais n'hésitez pas à ajuster à vos mesures si besoin. Bon tricot!

28.02.2018 - 17:18

country flag Dolfin wrote:

Bonjour Avez-vous un didacticiel pour le montage en grafting entre un rang de montage et un rang d'arrêt de maille, (parce que je ne le trouve que sur 2 rangs de maille en attente), et je n'ai jamais fait cette technique ? Merci

24.02.2018 - 08:00

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Dolfin, vous allez utiliser ici un mélange de deux techniques: le grafting et la couture invisible de type celle des épaules. Bon assemblage!

26.02.2018 - 07:52

country flag DOLFIN wrote:

Bonjour, excusez-vous mais je ne comprends pas votre réponse : 2 rangs sur toutes les mailles, 2 rangs sur les mailles jusqu'à la pointe : je ne vois pas la différence entre les deux ; et dans le modèle vous dites "tourner quand il reste 10m" ce qui signifie qu'on ne va pas jusqu'au bout ? Merci

12.02.2018 - 10:29

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Dolfin, tout à fait, vous tricotez 2 rangs sur toutes les mailles (= les mailles de la pointe comprises) et 2 rangs sur les mailles jusqu'à la pointe (sans les mailles de la pointe), et répétez ces 4 rangs jusqu'à la fin. Bon tricot!

12.02.2018 - 14:16

country flag Dolfin wrote:

Bonjour Je ne comprends pas "Pointe : tous les 2 rangs côté pointe, tourner quand il reste 13m et tricoter le rang suivant" ? La pointe ne se tricote jamais ? Parce que si je dois tourner mon tricot lorsqu'il reste 13m quand sont tricotées ces 13m puisque qu'on tourne le tricot et qu'on doit le faire tous les 2 rangs ? Merci pour votre réponse. Bonne journée

10.02.2018 - 11:38

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Dolfin, tous les 2 rangs côté pointe = tous les 4 rangs au total, vous allez ainsi tricoter des rangs raccourcis ainsi: 2 rangs sur toutes les mailles, 2 rangs sur les mailles jusqu'à la pointe, et répétez ainsi jusqu'à la fin, les rangs raccourcis vont ainsi former la pointe de la chaussette. Bon tricot!

12.02.2018 - 08:37

Miryam wrote:

Buenos días, no sé si haya un video del punto dos juntos derechos retorcidos con hebra, no me sale segun las indicaciones. gracias.

14.10.2017 - 17:27

DROPS Design answered:

Hola Miryan. Aquí tienes el video:

15.10.2017 - 16:10

country flag Riitta Airo wrote:

Mitä tarkoittaa sivuttain neulotun sukan ohjeessa ,tee KOROTUS takana, - siis mikä on korotus???

01.02.2016 - 13:27

DROPS Design answered:

Hei! Kun neulotaan tämä osuus, keskelle taakse tule korkeampi kohta.

04.02.2016 - 17:00

Lina wrote:

När jag nu ska börja på rätstickningen utan varken ökningar eller minskningar är strumpan redan så stor att det inte rimligtvis fungerar att sticka 11 cm innan hälminskningarna börjar. Min fråga är: räknas ett varv här som rätsida och avigsida (dvs. så man är tillbaka där man började) eller enbart som endera rätsida eller avigsida? Det kunde i sådana fall förklara stickarbetets omfattning i det här skedet.

16.01.2016 - 19:45

country flag Bettina Johanna Von Schneyder wrote:

Leider vestehe auch ich dieses Muster ganz und gar nicht, obwohl ich eine sehr versierte Strickerin bin. Habe absolut keine Ahnung wo man anfängt und mit was man anfängt. Habe alles mögliche ausprobiert und nichts schien Sinn zu machen. Strick man ersteinmal das Muster über alle Maschen um oben den Bund zu bekommen?

22.06.2015 - 04:02

DROPS Design answered:

Eine Reihe des Sockens wird von oben am dem Bund bis zur Spitze gestrickt und die Rück-R entsprechend von der Spitze bis zum Bund. Am Ende wird der Socken zusammengenäht, die Naht läuft an der Fußsohlenmitte und an der hinteren Schaftmitte entlang. Die ersten 23 M sind der Bund und werden immer im Muster M1 gestrickt, der Rest kraus re. Die verkürzten R bilden die Ferse. Sie beginnen bei "Mit Baby Merino auf Nadel Nr. 2.5...".

24.06.2015 - 11:10