DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 38.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 111-6
DROPS design: Model nr. Z-389
--------------------------------------------------------
Maten:
Lengte: ongeveer 75 - 85 cm.
Breedte: ongeveer 160 - 220 cm.
De hier afgebeelde omslagdoek is de grootste maat. Materiaal: DROPS ALPACA
550-650 gr kleur nr. 8105, ijsblauw

DROPS RONDBREINLD (80 cm) 3.5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 23 st x 45 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 38.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON: Zie telpatroon M.1. Het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer.

RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid op de nld):
Brei alle nld recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN: Alle meerderingen worden op de goede kant gemaakt. Meerder steeds 4 st om de nld tot de sjaal af is als volgt:
Meerder 1 st aan het begin van de nld: brei 4 ribbelst, 1 dubbele omsl. Brei in de teruggaande nld alle st r (brei de eerste omsl en haal de andere van de nld om het gat groter te maken).
Meerder 2 st middenachter: begin 1 st voor de markeerdraad, 1 st r, 1 dubbele omsl, markeerdraad, 2 ribbelst, M.1 ( = 35 st), 2 ribbelst, 1 markeerdraad, dubbele omsl, 1 st r. Brei alle st r op de teruggaande naald (brei de eerste omsl en haal de andere van de nld).
Meerder 1 st aan het einde van de nld: begin 4 st voor het einde van de nld, 1 dubbele omsl, 4 ribbelst. Brei op de teruggaande nld alle st r (brei de eerste omsl en haal de andere van de nld).

EXTRA NLD: Brei de nld tot aan de markeerdraad, brei de st van het middelste gedeelte (= 39 st), keer het werk en brei de teruggaande nld over de 39 st, keer het werk opnieuw en brei alle st op de nld.

TIP VOOR HET METEN: Omdat het garen vrij zwaar is, kunt u het werk het beste hangend meten.
--------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK:
Wordt heen en weer op de rondbreinld in ribbelst gebreid zodat alle st op de nld passen, vanaf de middenachterkant van de hals naar beneden. LET OP! Begin met een nieuwe bol garen aan de zijkant en niet in het midden van het werk. Zet 49 st op met rondbreinld 3.5 mm en Alpaca. Brei 5 nld ribbelst en plaats 2 markeerders 5 st vanaf iedere kant in het werk = 39 st tussen de markeerders (= het middelste deel). Meerder om de nld (aan de goede kant) aan beide zijkanten en middenachter tot de sjaal af is – ZIE TIP VOOR HET MEERDEREN! Brei 12 nld ribbelst over alle st en brei M.1 over de middelste 35 st met de overgebleven st in ribbelst zoals hiervoor. Brei 2-3 herhalingen van M.1 vertikaal, MAAR stop na de laatste herhaling wanneer er nog 16 nld over zijn (na het kantpatroon). Er staan nu 369-533 st op de nld. Brei 8 nld ribbelst over alle st – ga verder met het meerderen. Brei de volgende nld als volgt: 4 st r, * 2 st r samenbreien, 1 dubbele omsl *, herhaal van *-*, tot er nog 5 st over zijn en eindig met 5 st r. Brei 7 nld ribbelst over alle st, brei TEGELIJKERTIJD in nld 2 en 6 (= de nld aan de goede kant) 2 extra nld van het middelste deel – zie boven. Er staan nu 401-565 st op de nld. Ga verder met het meerderen. Brei de volgende nld aan de goede kant als volgt: 5-17 ribbelst, M.1 (= 35 st) 5-7 keer, 1 ribbelst, markeerdraad, 2 ribbelst, M.1, 2 ribbelst, markeerdraad, 1 ribbelst, M.1 5-7 keer, 5-17 ribbelst. Brei 1 vertikale herhaling van M.1, MAAR eindig de herhaling wanneer er nog 16 nld over zijn (na het kantpatroon), brei TEGELIJKERTIJD in nld 33 van M.1 (zie pijl) 2 extra nld over het middelste deel. Brei 8 nld ribbelst over alle st, brei TEGELIJKERTIJD op nld 3 en 7, 2 extra nld over het middelste deel. Brei de volgende nld als volgt: 4 st r, * 2 st r samenbreien, 1 dubbele omsl *, herhaal van *-*, tot er 4 st over zijn, 4 st r. Brei in ribbelst over alle st tot het werk een hoogte heeft van ongeveer 75-85 cm gemeten vanaf het midden – ZIE TIP VOOR HET METEN! Kant als laatste losjes af.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 04.02.2009
TIP VOOR HET MEERDEREN: Alle meerderingen worden op de goede kant gemaakt. Meerder steeds 4 st om de nld tot de sjaal af is

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = 1 st r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 2 st recht samenbreien
symbols = 1 st r afh, 2 st r samenbreien, afgeh st overh
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 111-6

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (61)

country flag Elke Simnowski wrote:

Hallo, wollte nur mal nachfragen, ob mein Anliegen richtig formuliert ist. Würde gern stricken, nur weiß ich nicht, ob ich das mit der Extrarunde richtig verstanden habe? Daher meine Frage von gestern. Auch mit die Zunahmen ist etwas schräg formuliert. Würde mich freuen, wenn ich eine Antwort bekäme. Das erste Schreiben hatte ich verkehrt gesendet, daher war es in den Kommentaren gelandet.

06.10.2017 - 08:43

DROPS Design answered:

Liebe Frau Simnowski, Anwort finden Sie unten - die Extrarihen werden gestrickt, nur wenn sie erwähnt sind. Viel Spaß beim stricken!

06.10.2017 - 09:30

country flag Elke Simnowski wrote:

Muss ich bei dem Muster die Extrarunde in jeder Hinrunde machen oder nur am Anfang? Verstehe ich das richtig mit den Zunahmen 4 Ma kraus re; 1Doppelumschlag; 1Ma kraus re; 1 Doppelumschlag; 2 kraus re Da müsste es dann bei der nächsten Zunahme so sein 4 Ma kraus re, 1 Doppelumschlag; 3 kraus re; 1 Doppelumschlag, 2 kraus re. usw. Danke für Ihre Hilfe im Voraus

05.10.2017 - 19:27

DROPS Design answered:

Liebe Frau Simnowski, die Extrarunde werden nur gestrickt, wenn es in der Anleitung geschrieben ist. Es werden 4 M mit je 1 Doppelumschlag zugenommen: 1 M nach den ersten 4 Maschen, 1 M vor M.1, 1 M nach M1 und 1 M vor den letzten 4 Maschen. Bei der Rückreihe 1 Umschlag stricken und 2. Umschlag fallen lassen. Viel Spaß beim stricken!

06.10.2017 - 09:15

country flag Elke Simnowski wrote:

Muss ich bei dem Muster die Extrarunde in jeder Hinrunde machen oder nur am Anfang? Verstehe ich das richtig mit den Zunahmen 4 Ma kraus re; 1Doppelumschlag; 1Ma kraus re; 1 Doppelumschlag; 2 kraus re Da müsste es dann bei der nächsten Zunahme so sein 4 Ma kraus re, 1 Doppelumschlag; 3 kraus re; 1 Doppelumschlag, 2 kraus re. usw. Danke für Ihre Hilfe im Voraus

05.10.2017 - 17:38

country flag Nicole Baribeau wrote:

J'essaie de comprendre votre patron. J'ai bien monte 49 m. Tricoter les rangs endroits placer 2 marqueurs au début et à la fin. Pour le centre 1marqueur avant la 35e m.et un marqueur après la 35e m. Par la suite je ne comprends pas votre diagramme. Pouvez vous m'aider. Votre diagramme se lit sur le plan paysage?

05.07.2017 - 14:10

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Baribeau, lisez le diagramme en commençant en bas à droite et lisez de droite à gauche sur l'endroit et de gauche à droite sur l'envers. 1 carré = 1 maille x 1 rang, M1 = 35 mailles. Vous trouverez la légende des symboles du diagramme juste au-dessus. Bon tricot!

05.07.2017 - 14:36

Stela wrote:

I have a question about: Inc 2 sts mid back: beg 1 st before marker, K1, 1 double YO, marker, 2 garter sts, M.1 (= 35 sts), 2 garter sts, 1 double YO, marker K1. It seems to me there's a mistake. Shouldn't the 2nd double YO come after the marker so that there's always 39 sts. within both markers. This is confusing.

17.05.2017 - 00:03

DROPS Design answered:

Dear Stela, you will inc on either side of the 39 middle sts: YO, K2, M.1 (= 35 sts), K2, YO. Happy knitting!

17.05.2017 - 09:03

country flag Isabel Pardal wrote:

Após as 5 carreiras em jarreteira, coloco os marcadores a 5 malhas de cada lado, ficando com 39 malhas centrais. Indicam-me que devo aumentar tricotando 4 malhas em jarreteira, seguida de dupla laçada. Neste momento tenho na agulha 4 malhas jarreteira e duas laçadas e estou a 1 malha do marcador. O aumento imediatamente seguinte, da parte central do xaile, é feito onde? Começo a fazê-lo nessa malha que me sobra antes do marcador, fazendo aí 1 malha meia, dupla laçada a seguir?

11.03.2016 - 20:42

DROPS Design answered:

Como as laçadas duplas são feitas antes do 2.º marcador, os aumentos são feitos, em princípio, antes do marcador na carreira de volta em que se tricota a 1.ª laçada e se deixa cair a 2.ª laçada. Da mesma forma o 1.º aumento é feito depois do 1.º marcador: aumentar 2 ms/pts a meio do xaile : Começar 1 m/p antes do marcador, 1 m/p meia, 1 dupla laçada, 2 ms/pts ponto jarreteira, M1 (= 35 ms/pts), 2 ms/pts ponto jarreteira, 1 dupla laçada, o marcador, 1 m/p meia. Na carreira seguinte, tricotar todas as ms/pts em meia (tricotar a 1.ª laçada e deixar cair a 2.ª). Bom tricô!

15.03.2016 - 11:32

country flag Luciana wrote:

Sono quasi arrivata alla fine e non riesco a capire una cosa: dopo aver lavorato il giro di trafori dopo la terza ripetizione del motivo M.1, bisogna continuare ad aumentare anche ai lati o solo prima e dopo il motivo centrale? Leggendo la spiegazione si parla ancora di segni al centro ma si parla solo di punto legaccio ai lati e si dice di continuare ad aumentare ma non capisco dove! Manca poco e non vorrei rovinare tutto proprio ora!!!

02.07.2015 - 16:24

DROPS Design answered:

Buonasera Luciana. Deve continuare ad aumentare ai due lati delle m centrali e all'inizio e alla fine del ferro, fino alla fine del lavoro. Buon lavoro!

02.07.2015 - 23:04

country flag Amandine wrote:

Bonjour que signifie augmenter tous les 2 rangs ? Tricoter 1 rang Et au deuxième augmenter ? Ou bien tricoter 2 rangs et le troisième augmenté ? Merci

16.11.2014 - 22:42

DROPS Design answered:

Bonjour Amandine, quand on augmente tous les 2 rangs (= tous les rangs sur l'endroit), on fait les augmentations sur le rang sur l'endroit, et on tricote le rang sur l'envers sans augmenter. Bon tricot!

17.11.2014 - 10:56

country flag Amandine wrote:

Les marqueurs je dois les deplacer au fur et a mesure que je remonte???

08.11.2014 - 14:04

DROPS Design answered:

Faire suivre les marqueurs au fur et à mesure vous aidera effectivement à bien "encadrer" les mailles à tricoter en M1 pour éviter les erreurs. Pour toute aide complémentaire plus détaillée, pensez à demander de l'aide à votre magasin DROPS ou sur le forum DROPS. Bon tricot!

10.11.2014 - 08:47

country flag Amandine wrote:

Ok mais en augmentant je fais le motif ? C tres mal expliquer

08.11.2014 - 13:30

DROPS Design answered:

Bonjour Amandine, le diag. M1 se tricote sur les 35 m centrales, les augm. se font en début et en fin de rang + au milieu dos avant et après M1 ( cf "Augmentations" au début des explications). Ces augmentations se font tous les 2 rangs (= tous les rangs sur l'endroit) jusqu'à la fin du châle.

10.11.2014 - 08:45