DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 28.47€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Silver Haze

DROPS Vest met A-lijn, ¾ of lange mouwen van ”Snow”, "Andes" of ”Nepal”. Maat S t/m XXXL

DROPS 103-1
SNOW
Maat: S – M – L – XL – XXL - XXXL
Materialen: DROPS Snow van Garnstudio,
¾ mouwen:
650-700-800-850-950-1050 gr nr. 46, grijs
Lange mouwen:
750-800-900-950-1050-1150 gr nr. 46, grijs

Of gebruik:
Materiaal: DROPS Andes van Garnstudio
¾ mouwen:
700-800-900-900-1000-1100 gr. kleur nr. 9015, grijs.
Lange mouwen:
800-900-1000-1000-1100-1200 gr. kleur nr. 9015, grijs.

DROPS Breinaald 8 mm – of de breinld, die u nodig heeft voor een steekverhouding van 11 st x 15 nld tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS Buffelhoorn knoop nr. 536: 3 stk.

NEPAL
Maat: S – M – L – XL – XXL - XXXL
Materialen: DROPS Nepal van Garnstudio,
¾ mouwen:
600-650-750-800-900-1000 gr nr. 517, grijs
Lange mouwen:
700-750-800-900-1000-1050 gr nr. 517, grijs

DROPS Breinaald 4,5 mm – of de breinld, die u nodig heeft voor een steekverhouding van 17 st x 22 nld tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS Buffelhoorn knoop nr. 536: 3 stk.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 28.47€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

SNOW:

Dubbel gerstekorrelst:
1e nld: * 2 av, 2 r *, herhaal *-*.
2e nld: av boven av en r boven r breien.
3e nld: * 2 r, 2 av *, herhaal *-*.
4e nld: r boven r en av boven av breien.
Herhaal steeds 1e t/m 4e nld.

Boordst: * 2 r, 2 av *, herhaal steeds *-*.

Ribbelst: Alle naalden recht breien.

Knoopsgat: Kant af voor de knoopsgaten in de rechter voorbies. 1 knoopsgat = kant de 4e st vanaf het middenvoor af en zet in de volgende nld 1 nieuwe st op boven de afgekante st.
Kant af voor de knoopsgaten bij een hoogte van:
Maat S: 33, 40 en 47 cm.
Maat M: 35, 42 en 49 cm.
Maat L: 37, 44 en 51 cm.
Maat XL: 38, 45 en 52 cm.
Maat XXL: 38, 46 en 54 cm.
Maat XXXL: 38, 47 en 56 cm.

Achterpand: Het achterpand wordt heen en weer gebreid.
Zet 64-68-72-80-84-88 st op (incl. 1 kantst aan weerskanten) met breinld 8 mm en Snow. Brei 2 nld ribbelst, en brei vervolgens 2 nld Boordst met 1 kantst en 2 recht aan weerskanten (op de goede kant) – zie de beschrijving hierboven. Brei door in tricotst. Let op de steekverhouding! Kant vanaf een hoogte van 5 cm 8-8-7-8-7-7 x 1 st af aan weerskanten op elke 3½-3½-4½-4-5-5 cm = 48-52-58-64-70-74 st. Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39-40 cm af voor de armsgaten aan weerskanten in elke 2e nld als volgt: 1 x 3 st, 0-0-1-2-3-3 x 2 st en 1-2-3-3-3-4 x 1 st = 40-42-42-44-46-48 st. Kant bij een hoogte van 51-53-55-57-59-61 cm de middelste 12-12-12-14-14-14 st af voor de hals. Kant in de volgende nld nog 1 st af weerskanten van de hals = 13-14-14-14-15-16 st over op elke schouder. Kant de resterende st af bij een totale hoogte van 54-56-58-60-62-64 cm.

Linker voorpand: Zet 39-41-43-49-51-53 st op (incl. 1 kantst aan de zijkant) met breinld 8 mm en Snow. Brei 2 nld ribbelst, en brei dan 2 nld Boordst met 1 kantst en 2 av aan de zijkant. (gezien op de goede kant). Brei vervolgens door in tricotst, maar brei de eerste 14-14-14-16-16-16 st langs het middenvoor in Dubbele gerstekorrelst – zie de beschrijving hierboven! Kant bij een hoogte van 5 cm af aan de zijkant zoals voor het achterpand = 31-33-36-41-44-46 st. Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39-40 cm af voor het armsgat aan de zijkant zoals beschreven voor het achterpand = 27-28-28-31-32-33 st. Kant bij een hoogte van 49-51-53-54-56-58 cm 10 st van het middenvoor af voor de hals. Plaats 1 merkdraad na de afgekante st. Kant hierna af langs de hals in elke 2e nld als volgt: 2-2-2-3-3-3 x 2 st en 0-0-0-1-1-1 x 1 st = 13-14-14-14-15-16 st over op de schouder. Kant de resterende st af bij een totale hoogte van 54-56-58-60-62-64 cm.

Rechter voorpand: Zet de st op en brei zoals het linker voorpand, maar in spiegelbeeld. Kant daarbij af voor de knoopsgaten in de voorbies – zie de beschrijving hierboven.

Mouwen: De getallen tussen () gelden voor de lange mouwen. (De getallen voor de () gelden voor de ¾- mouwen).
Zet 34-34-34-38-38-38 st op (incl. 1 kantst aan weerskanten) met breinld 8 mm en Snow. Brei Dubbel gerstekorrelst – zie de beschrijving hierboven - met 1 kantst aan de weerskanten. Brei vanaf een hoogte van 10 cm door in tricotst. Meerder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 11 (25) cm 3-4-5-4-5-7 x 1 st aan weerskanten op elke 9-6-4½-6-4-2½ cm = 40-42-44-46-48-52 st. Kant bij een hoogte van 34-33-32-31-29-28 (49-48-47-46-44-43) cm af voor de mouwkop aan weerskanten in elke 2e nld als volgt: 1 x 3 st, 1 x 2 st en 2-3-4-4-6-7 x 1 st. Kant daarna steeds 2 st af aan weerskanten tot een hoogte van 40 (55) cm, en kant dan nog 1 x 3 st af aan weerskanten. Kant de resterende st af. De mouw heeft een totale hoogte van ca 42 (57) cm.

Afwerken: Sluit de schoudernaden.

Kraag: Neem ca 24 tot 28 st op tussen de merkdraden in de hals (dwz, neem geen st op boven de eerste 10 st op het middenvoor van beide voorpanden). Brei 2 nld ribbelst – meerder gelijkmatig verdeeld 10 st in de laatste nld = 34-38 st. Brei door in Dubbele gerstekorrelst met 1 ribbelst aan weerskanten. Meerder tegelijkertijd 2 st aan weerskanten als volgt: Brei 2 st in de eerste st (ribbelst), en maak vervolgens 1 omsl. Brei de omsl in de volgende nld verdraaid r/av – brei de nieuwe st gaandeweg mee in de Dubbele gerstekorrelst. Meerder 6 x 2 st aan het begin van elke nld (aan weerskanten) = 24 extra st = totaal 58-62 st. Kant als de kraag een hoogte van 12 cm (op het middenachter) de st af.
Naai de kraag vast aan het middenvoor van beide voorpanden (aan weerskanten). Dwz de nieuwe st aan de 10 afgekante st naaien.
Naai de mouwen in het vest. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer met de 1 kantst als naadtoeslag. Naai de knopen op het vest.




NEPAL:

Dubbele gerstekorrelst:
1e nld: * 2 av, 2 r *, herhaal *-*.
2e nld: av boven av en r boven r breien.
3e nld: * 2 r, 2 av *, herhaal *-*.
4e nld: r boven r en av boven av breien.
Herhaal steeds 1e t/m 4e nld.

Boordst: * 2 r, 2 av *, herhaal steeds *-*.

Ribbelst: Alle naalden recht breien.

Knoopsgat: Kant af voor de knoopsgaten in de rechter voorbies. 1 knoopsgat = kant de 5e en 6e st vanaf het middenvoor af en zet in de volgende nld 2 nieuwe st op boven de afgekante st.
Kant af voor de knoopsgaten bij een hoogte van:
Maat S: 33, 40 en 47 cm.
Maat M: 35, 42 en 49 cm.
Maat L: 37, 44 en 51 cm.
Maat XL: 38, 45 en 52 cm.
Maat XXL: 38, 46 en 54 cm.
Maat XXXL: 38, 47 en 56 cm.

Achterpand: Het achterpand wordt heen en weer gebreid.
Zet 96-104-112-124-132-136 st op (incl. 1 kantst aan weerskanten) met breinld 4,5 mm en Nepal. Brei 2 nld ribbelst, en brei vervolgens 2 nld Boordst met 1 kantst en 2 recht aan weerskanten(op de goede kant) – zie de beschrijving hierboven. Brei door in tricotst. Let op de steekverhouding! Kant vanaf een hoogte van 5 cm 11-12-12-13-12-11 x 1 st af aan weerskanten op elke 2½-2½-2½-2½-2½-3 cm = 74-80-88-98-108-114 st. Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39-40 cm af voor de armsgaten aan weerskanten in elke 2e nld als volgt: 1-1-1-2-2-2 x 3 st, 0-1-2-3-4-5 x 2 st en 3-3-4-3-4-4 x 1 st = 62-64-66-68-72-74 st. Kant bij een hoogte van 51-53-55-57-59-61 cm de middelste 20-20-20-24-24-24 st af voor de hals. Kant in de volgende nld nog 1 st af aan weerskanten van de hals = 20-21-22-21-23-24 st over op elke schouder. Kant de resterende st af bij een totale hoogte van 54-56-58-60-62-64 cm.

Linker voorpand: Zet 59-63-67-75-79-81 st op (incl. 1 kantst aan de zijkant) met breinld 4,5 mm en Nepal. Brei 2 nld ribbelst, en brei dan 2 nld Boordst met 1 kantst en 2 av aan de zijkant. (gezien op de goede kant). Brei vervolgens door in tricotst, maar brei de eerste 22-22-22-26-26-26 st van het middenvoor in Dubbele gerstekorrelst – zie de beschrijving hierboven! Kant bij een hoogte van 5 cm af aan de zijkant zoals beschreven voor het achterpand = 48-51-55-62-67-70 st. Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39-40 cm af voor het armsgat aan de zijkant zoals voor het achterpand = 42-43-44-47-49-50 st. Kant bij een hoogte van 49-51-53-54-56-58 cm 16 st van het middenvoor af voor de hals. Plaats 1 merkdraad na de afgekante st. Kant hierna af langs de hals in elke 2e nld als volgt: 2-2-2-4-4-4 x 2 st en 2 x 1 st = 20-21-22-21-23-24 st over op de schouder. Kant de resterende st af bij een totale hoogte van 54-56-58-60-62-64 cm.

Rechter voorpand: Zet de st op en brei als het linker voorpand, maar in spiegelbeeld. Kant daarbij af voor de knoopsgaten in de voorbies – zie de beschrijving hierboven.

Mouwen: De getallen tussen () gelden voor de lange mouwen. (De getallen voor de () gelden voor de ¾- mouwen).
Zet 50-50-54-54-58-58 st op (incl. 1 kantst aan weerskanten) met breinld 4,5 mm en Nepal. Brei Dubbele gerstekorrelst – zie de beschrijving hierboven - met 1 kantst aan weerskanten. Brei vanaf een hoogte van 10 cm door in tricotst. Meerder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 11 (25) cm 5-7-7-9-9-11 x 1 st aan weerskanten op elke 5-3-3-2-2-1½ cm = 60-64-68-72-76-80 st. Kant bij een hoogte van 34-33-32-31-29-28 (49-48-47-46-44-43) cm af voor de mouwkop aan weerskanten in elke 2e nld als volgt: 1 x 3 st, 3 x 2 st en 1-2-3-4-6-7 x 1 st. Kant daarna steeds 2 st af aan de weerskanten tot een hoogte van 41 (56) cm, en kant dan nog 1 x 3 st af aan weerskanten. Kant de resterende st af. De mouw heeft een totale hoogte van ca 42 (57) cm.

Afwerken: Sluit de schoudernaden.

Kraag: Neem ca 36 tot 42 st op tussen de merkdraden langs de hals (dwz, neem geen st op van de eerste 16 st aan het middenvoor van beide voorpanden). Brei 2 nld ribbelst – meerder gelijkmatig verdeeld 12 st in de laatste nld = 48-54 st. Brei door in Dubbele gerstekorrelst met 1 ribbelst aan weerskanten. Meerder tegelijkertijd 2 st aan weerskanten als volgt: Brei 2 st in de eerste st (ribbelst), en maak vervolgens 1 omsl. Brei de omsl in de volgende nld verdraaid r/av – brei de nieuwe st gaandeweg mee in Dubbele gerstekorrelst. Meerder 9 x 2 st aan het begin van elke nld (aan weerskanten) = 36 extra st = totaal 84-90 st. Kant als de kraag een hoogte van 12 cm (op het middenachter) de st af.
Naai de kraag vast op het middenvoor van beide voorpanden (aan weerskanten). Dwz naai de nieuwe st vast aan de 16 afgekante st.
Naai de mouwen in het vest. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer met de 1 kantst als naadtoeslag. Naai de knopen op het vest.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 08.10.2007
Algemene opmerking: De dubbele gerstekorrelsteek zal zich tijdens het breien samentrekken, maar dit zal herstellen als het breiwerk af is.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Silver Haze

bauhausprincess, Germany

Silver Haze

Rebecca, United States

Silver Haze

Dominique, France

Silver Haze

Angie, United States

Silver Haze

Cristina Gibellini, Italy

A-Shape Jacket Opaco

Lineke, Netherlands

Silver Haze

Maria, Germany

Laat een opmerking achter voor DROPS 103-1

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (275)

country flag Kaisa wrote:

Hi! Is the yarn used in the photos on this page Eskimo or one of the alternative yarn options? Also, which colour is used? Thanks!

03.09.2019 - 12:04

DROPS Design answered:

Dear Kaisa, the jacket in the picture has been worked with Eskimo colour no 46 (see Materials list under the header). Happy knitting!

03.09.2019 - 14:49

country flag Terry Harley wrote:

What is the difference between the Eskimo, Nepal, and Andes patterns? I'm so confused.

26.08.2019 - 17:37

DROPS Design answered:

Dear Mrs Harley, the yarns are different thicknesses - the jacket worked in Eskimo or Andes is worked with a tension of 11 sts x 15 rows = 10 x10 cm while the jacket worked with Nepal is worked with a tension of 17 sts x 22 rows = 10 x 10 cm. Happy knitting!

27.08.2019 - 09:03

country flag Sue Garner wrote:

Got to trying to sew the shoulder seams and there is no way front and back will fit. The armhole and top of arm don't fit together either. I knit a lot and am really frustrated with the outcome , it's a pattern I really like, but despite trying to follow it , I have ended up with something I am going to have to create my own pattern to join parts together or pull it all down. Have you done any corrections to the pattern since December last year ? This is from a very frustrated knitter.

27.06.2019 - 16:51

DROPS Design answered:

Dear Mrs Garner, there are no new corrections to this very popular pattern - make sure you have the right measurements on both armholes and sleeve cap, lay the sleeve over armhole pinning if if required before sewing, it should fit. For any further individual assistance please show your work to your store (even per mail), they could be able to find if there is anything wrong. Happy knitting!

28.06.2019 - 06:23

country flag Marja Stravers wrote:

Ik ben dit vest aan het breien voor maat L Nu wordt bij het rugpand voor de mouwmindering 1x3, 3x2 en 4x1 steek minderen opgegeven. Maar het bovenste deel is dan nog maar ongeveer 33 cm breed. Dat is toch teveel minderen? Het is echt te smal, ook voor de maat in de tekening die uit komt op 38 cm. De rest van de maten klopt.

18.03.2019 - 19:33

DROPS Design answered:

Dag Marja,

Voor de armsgaten kant je in totaal 8 steken af aan beide kanten, dus in totaal 16 steken. Dan heb je 42 steken over en dit zou bij de juiste stekenverhouding op ongeveer 38 cm breed komen. Misschien even het totaal aantal steken nakijken en controleren of de stekenverhouding klopt voor Eskimo. Als je met Nepal breit, neem dan het patroon voor Nepal dat eronder staat, hiervoor is het aantal steken aangepast.

21.03.2019 - 17:04

country flag Adriana Akkermans wrote:

Ik wil dit vest gaan breien met Eskimo nld 7 omdat ik erg los brei: ik heb dan 8 st. = 10 cm. Als ik 56 steken zou opzetten voor de achterkant, kom ik aan de juiste breedte. Mijn vraag is: is dit vest nietv heel erg breed aan de onderkant

31.01.2019 - 22:18

DROPS Design answered:

Dag Adriana,

Onderaan het patroon staat de tekening van het vest met de maten erbij. Dit zijn vrij normale afmetingen. Als je 8 steken hebt op 10 cm. Dan deel je het aantal op te zetten steken door 11 en dat getal doe je weer keer 8.

03.02.2019 - 11:36

country flag Kathy wrote:

Hola, no entiendo bien la explicación para hacer la espalda: [Tejer 2 vtas pt musgo, y luego 2 vtas pt resorte con 1 pt de orillo y 2 d a cada lado (visto por el LD)]. Hecho esto una veces continuó con el pto resorte todo el tiempo o pto musgo y luego resorte, y que quiere decir 2 d a cada lado. Muchas gracias antemano y me encanta lo que hacéis

21.01.2019 - 02:05

DROPS Design answered:

Hola Kathy. Primero se trabajan 2 filas en punto musgo. Las 2 filas con punto elástico (2 derechos/2 reveses) se trabajan como sigue: 1 punto orillo, 2 puntos de derecho,*2 reveses, 2 derechos*, repetir de *a* hasta el final de la fila, 1 punto orillo.

25.02.2019 - 20:44

country flag Valerie Wiebe wrote:

Thank you for getting back to me so quickly. Love the cardi.

15.01.2019 - 14:31

country flag Valerie Wiebe wrote:

When attaching the sleeves, should I sew the seam of the sleeve itself first, then sew to the cardigan or sew the sleeve flat onto the cardigan?

14.01.2019 - 20:23

DROPS Design answered:

Dear Mrs Wiebe, you can either start to set the sleeve then sew the sleeve seeam or sew first the sleeve then set it. This video shows how to set a sleeve. Happy assembly!

15.01.2019 - 09:23

country flag Ana Alba Cubero wrote:

Hola. Quiero tejer esta chaqueta pero no entiendo la explicación para tejer el cuello. ¿ Qué quereis decir con MP? Concretamente la frase "levantar x puntos entre el MP en la línea del escote" no la entiendo. ¿ME lo podrian explicar? Gracias.

05.01.2019 - 09:17

DROPS Design answered:

Hola Ana. MP = el marcapuntos. Se colocan antes de comenzar el cuello para marcar donde se levantan los puntos para el cuello. Levantar los puntos entre MP = empezar en el marcapuntos en el delantero derecho, ir cogiendo los puntos para el cuello y terminar en el marcapuntos en el delantero izquierdo.

03.02.2019 - 19:02

country flag Bernadette wrote:

The directions for seed stitch seem to be different than the video instructions..... is there an error in the pattern directions.

24.10.2018 - 23:19

DROPS Design answered:

Dear Bernadette, the double moss seed stitch in this pattern is worked as shown in the video below - which difference have you seen? Happy knitting!

25.10.2018 - 08:42