DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Vienna
DROPS Vienna
91% mohair, 9% polyester
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale
DROPS 95-37
Maat: XS/S - S/M - M/L - L/XL - XXL

Materialen: DROPS Cotton Viscose van Garnstudio
150-200-200-200-250 gr nr. 11, kakigroen
en gebruik:DROPS Vienna van Garnstudio
50-50-50-50-50 gr nr. 16, mosgroen
voor randen en schouderbandjes).

Of gebruik:
DROPS Baby Merino vanGarnstudio
100-100-150-150-200 gr nr. 47, north sea
en gebruik
DROPS Melody from Garnstudio
50-50-50-50-50 gr nr. 08, petrol

DROPS Haaknld nr. 4 – of de haaknld die u nodig hebt voor de volgende steekverhouding: 17 dst in de breedte en 6 tr hoog met Cotton Viscose = 10 x 10 cm.
DROPS Haaknld nr. 6 (voor randen en schouderbandjes).
NB: Als de steekverhouding afwijkt een grotere of kleinere haaknld gebruiken.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Vienna
DROPS Vienna
91% mohair, 9% polyester
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Info over Haken: Vervang bij elke begin van een tr 1 dst door 4 l en eindig de tr met een dst in de 4e l van het begin van de vorige tr. Haak op de steken en niet ertussen.

Tips voor het minderen (voor de zijkanten):
Omdat u op de middenvoor voortdurend meerdert moet u aan weerskanten steeds 1 dst afkanten om het aantal st gelijk te houden. Als u vervolgens moet minderen om het aantal st terug te brengen doe dit dan door aan elke kant een extra dst te minderen. Minder 1 dst door 2 dst samen te haken als volgt: haak een dst maar wacht met de laatste omslag en doorhaling (= 2 st op de naald), haak 1 dst en haal de draad door de 3 st op de haaknld.

Tips voor het meerderen: Meerder st voor het begin van het armsgat als volgt: Haak een lossenketting aan het eind van de tr voor de tr waarop gemeerderd moet worden. Haak 16-22-22-24-34 l, keer het werk en haak als volgt terug: 1 dst in de 6e l vanaf de haaknld, *1 l overslaan, 1 dst in de volgende l*, herhaal *-* = 7-10-10-11-16 dst gemeerderd voor het armsgat. Haak verder met 1 dst in elk dst van de vorige tr.

Voorpand: De top wordt van boven naar beneden gehaakt.
Haak losjes een ketting van 36-38-40-44-46 met haaknld 4 en Cotton Viscose of Baby Merino.
Haak de 1e tr als volgt: 1 dst in de 5e l vanaf de naald, 1 dst in de volgende 14-15-16-18-19 l, 3 dst in de volgende l, 1 dst in elk van de overgebleven 16-17-18-20-21 l = 35-37-39-43-45 dst. Plaats een merkdraad in het middelste dst.

Lees aub het onderstaande goed door voordat u verder gaat.
Dst – lees Info over Haken.
Schuin effect: Meerder te gelijk in de middenvoor om een schuin effect te krijgen door 3 dst te haken in het dst met de merkdraad - maak deze meerdering op elke tr.
Armsgat: Meerder tegelijkertijd voor het armsgat op elke tr door een extra dst te haken in het laatste dst in totaal 5-5-6-7-7 keer (plaats na de laatste meerdering een merkdraad in het werk en meet verder vanaf deze draad). Haak7-10-10-11-16 nieuwe dst – zie Tips voor het meerderen – voor het armsgat. Als de meerderingen voor het armsgat zijn voltooid zitten er 71-79-85-95-107 dst op de tr. Haak verder dst met de meerderingen middenvoor maar minder nu steeds 1 dst aan weerskanten om het stekenaantal constant te houden – zie Tips voor het minderen. Minder tegelijkertijd bij een hoogte van ca 7-7-8-8-10 cm (vanaf de nieuwe merkdraad) 4 x 1 extra dst aan elke kant op elke 2e tr – zie Tips voor het minderen = 63-71-77-87-99 dst. Bij een hoogte van ca 22-23-23-24-25 cm (de meerderingen aan de zijkanten zijn dan voltooid) verder haken op de 63-71-77-87-99 dst met 1 dst in elke dst d.w.z. stop met de meerderingen in het middenvoorpand en met de minderingen langs de zijkanten. Bij een hoogte van ca 38-39-39-40-41 cm afhechten – het werk meet ca 48-49-51-53-54 cm op het breedste deel.

Achterpand: zoals het voorpand haken.

Afwerking: Sluit de zijnaden.

Gehaakte rand: Haak een rand langs de bovenkant van het voor en achterpand met haaknld 6 en Vienna als volgt: 1 hv in het 1e dst, 1 l, 1 v in tussen het 1e en het 2e dst, *1 l, 1 v tussen de 2 volgende dst*, herhaal van *-* en eindig met een hv in de 1e dst van de tr.

Schouderbandjes: Haak 1 hv st aan de bovenkant van de rechterkant van het achterpand, haak een lossenketting van ca 12-14-14-14-16 cm lengte (of de gewenste lengte - pas de top even aan), en bevestig het bandje met een hv aan de bovenkant van het voorpand. Haak nog een ketting (om een dubbel bandje te maken) en zet die vast met een hv op het achterpand.

Maak zo voor de andere kant ook een dubbel bandje

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 95-37

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (53)

country flag Cajsa wrote:

Förstår inte hur många varv ska man göra? Eller möts det bara i cm?

09.08.2023 - 20:09

DROPS Design answered:

Hej Cajsa, om du har 17 dbl-st och 6 varv i højden på 10x10 cm så får du måttet enligt måttskissen nederst i mönstret :)

16.08.2023 - 10:28

country flag Sylvaine wrote:

Bonjour, je suis bloquée pour les augmentations.. faire une chaînette à chaque fin de rang mais le rang avant les augmentations.., ok mais si c’est en fin de rang pour les 2 augmentations il y a un décalage d’un rang entre le côté droit et le côté gauche. Pouvez vous m’expliquer ? Par avance merci

13.05.2022 - 16:06

DROPS Design answered:

Bonjour Sylvaine, cette différence ne se verra qu'à peine à la fin, mais si vous préférez, vous pouvez couper le fil en fin de rang, et commencer le rang suivant par le nombre de chainettes à faire pour augmenter, crocheter le rang comme avant et terminer par les mailles en l'air des augmentations, ainsi vous aurez vos deux augmentations exactement au même niveau. Bon crochet!

13.05.2022 - 16:26

country flag Angelika Esselborn wrote:

Habe 36 lm angeschlagen, dann in jeder Reihe in die mittlere Masche 3 Datei gehäkelt und 5 x in jeder 2. Reihe am Anfang und am Ende je 1 Masche verdoppelt. Habe jetzt 65 Maschen. Wenn ich die je 7 dst für Arm dazurechne komme ich auf 78 dst beschrieben werden 71 was mache ich falsch?

29.06.2021 - 14:19

DROPS Design answered:

Liebe Frau Esselborn, Sie beginnen mit 35 DStb, nehmen in der Mitte 2 DStb bei jeder Reihe x 6 Reihe = 12 Zunahmen, nehmen beidseitig 1 DStb 5 x zu (= 10 Zunahmen) und nehmen beidseitig 7 DStb zu (= 14 Zunahmen) = 35+12+10+14=71 Doppelstäbchen. Viel Spaß beim häkeln!

29.06.2021 - 15:54

country flag Ana Arres wrote:

Ya he leído los típs de aumento de las sisas, pero no entiendo cómo hacer la segunda porque si lo hago como dice la segunda sisa aumenta en la siguiente vuelta. Gracias

14.02.2021 - 00:47

country flag Stephanie Basting wrote:

Ich bräuchte dringend Hilfe. Und zwar bin ich im letzten Abschnitt und hier steht das die Zu und Abnahmen beendet sind. Bedeutet das, dass man jetzt auch in der Mitte keine 2 zusätzlichen Stäbchen mehr häkelt und am Rand 2 zusammen häkelt??

07.02.2021 - 13:09

DROPS Design answered:

Liebe Frau Basting, ja genau, jetzt häkeln Sie einfach 1 Doppelstäbchen in jedes Doppelstäbchen. Viel Spaß beim häkeln!

08.02.2021 - 09:43

country flag Lydia wrote:

Ich verstehe leider die Rechnung der ersten Reihe nicht! Wie komme ich bei 40 angeschlagenen Lm bei der ersten Reihe auf 39 Stb?

13.08.2020 - 16:03

DROPS Design answered:

Liebe Lydia, Sie haben 40 Luftmaschen und häkeln 1 Doppel-Stb in die 5. Lm von der Nadel (= 2 Doppel-Stb), 1 Doppel-Stb in jeder der nächsten 16 Lm (= 16 Doppel-Stb), 3 Doppel-Stb in die nächste Lm, 1 Doppel-Stb in jeder der letzten 18 Lm = 2+16+3+18=39Doppel-Stb . Viel Spaß beim häkeln!

13.08.2020 - 16:44

country flag Mandy wrote:

As with earlier question from Mary...I can’t seem to increase under arm evenly... I can complete on one side , but when I continue with the dtr’s I don’t know what to do for the other side as I am one row further on. So the increase for under arm will be lower on one side than the other. If some can help I would be very grateful. I can’t seem to comprehend. Mandy, Aussie in France 🇫🇷

04.07.2020 - 16:10

DROPS Design answered:

Dear Mandy, are you talking about the chains cast on on each side for the armholes? If you want them on the same row, cut the y arn at the end of previous row, turn piece (to keep texture alternately from RS and from WS), cast on the number of chains for your size, continue working on piece as before and cast on the number of chains for your size, then work the new stitches for armholes as explained. Happy crocheting!

06.07.2020 - 08:44

country flag Iride wrote:

In genere mi trovo benissimo con i vostri modelli, ma questo schema è veramente poco chiaro. Almeno in italiano. Peccato... perché il top è carino ed è un modello non facile da trovare....

23.05.2020 - 23:08

country flag Virginie wrote:

Bonjour il y a un problème dans vos explications,pour les augmentations, doit on augmenter de 1 DB à la fin de chaque rang ou de 2 DB : 1 au début et 1 à la fin chaque rang. si on augmente de 1 DB 6 fois (pour la taille M) on obtient 6 rang donc 6 augmentations + les 2 du milieu çà fait un total de 12 (2x6) +6 = 18....donc plus les 39 de départ çà fait 57, en rajoutant les 10 des emmanchures x2 (car on a 2 bras ;-) çà fait 77 , pouvez vous expliquer comment on arrive à 85 DB ? merci.

11.05.2020 - 16:43

DROPS Design answered:

Bonjour Virginie, en taille M/L on commence par 39 m et on augmente 2 DB pour la pointe tous les rangs (= 7 rangs = on augmente 14 DB), en même temps, vous augmentez 6 fois 1 DB de chaque côté (+ 12 m) puis (7ème rang) 2 x 10 DB (= +20 DB), soit: 39+14+12+20=85 double-brides. Bon crochet!

11.05.2020 - 16:59

country flag Mary wrote:

How do I complete the underarm increase on the otherside Arrowheart crochet top. I have tried various techniques but have not found a satisfactory one and the pattern I'm afraid falls short of explanation.

06.05.2020 - 14:08

DROPS Design answered:

Dear Mary, I'm sorry I'm afraid I misudnerstand your question - you have to increase for armholes by crocheting an extra dtr (= 2 dtr in the same dtr) on each side a total of 5 to 7 times (see size) on every row, ie you will increase 2 sts on each of these rows. Then continue increasing on mid front but now decrease at the sides as explained under Decreasing tips to get the correct number of sts. Hope this helps. Happy crocheting!

06.05.2020 - 14:53