DROPS Inka
DROPS Inka
72% acryl, 28% wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale
DROPS 95-11
Maat: S - M - L - XL - XXL
Materialen: DROPS Inka van Garnstudio
400-500-500-600-600 gr nr. 03 rood/paars
DROPS Breinld nr. 10 – Of de breinld die u nodig heeft voor deze stekenverhouding: 8 st x 12 nld tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS Haaknld nr. 10 (voor de rand).
DROPS Hoekige houten knoop, nr. 538: 2 stk + eventueel een extra ‘hulpknoopje’ voor de voorkant.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Inka
DROPS Inka
72% acryl, 28% wol
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Tips meerderen (geldt voor de zijkant):
1 st meerderen vlak naast de r kantst als volgt: 1 omsl, brei op de volgende nld deze omsl verdraaid r, zodat er geen gaatje ontstaat.

Tips minderen (geldt voor de halslijn):
Naast de 1e en laatste 3 st r minderen.
De minderingen worden altijd op de heengaande naald gedaan.
Voor de 3 kantst minderen als volgt: haal 1st r af, brei 1 r en haal de afgeh st daarover.
Na de 3 kantst minderen als volgt: 2 st r sam.br.

Rugpand: zet met breinld nr. 10 en Inka 31-34-38-42-47 st op. Brei 2 nld r (1e nld = heeng nld). Brei vervolgens door in tricotst, maar de eerste en laatste st aan beide kanten op alle nld r breien tot de armsgaten. Tegelijkertijd bij een hoogte van 12 cm 1 st meerderen aan beide kanten – zie Tips meerderen. Herhaal het meerderen bij 24 cm = 35-38-42-46-51 st. Kant bij een hoogte van 35-36-37-38-39 cm af voor de armsgaten aan beide kanten in elke 2e nld: 1 x 3 st, 0-0-0-1-2 x 2 st en 0-1-2-2-2 x 1 st = 29-30-32-32-33 st. Brei bij een hoogte van 50-52-54-56-58 cm – de volgende nld is een terugg nld – 2 nld r op de middelste 15-16-16-16-17 st (de overige st op de gewone manier breien). Kant vervolgens de middelste 9-10-10-10-11 st r af op de terugg nld voor de hals. Hierna 1 st op de volgende nld minderen aan de halszijden – zie Tips minderen = 9-9-10-10-10 st voor elke schouder. Beide schouders afz verder breien. Kant alle st af bij een totale hoogte van 54-56-58-60-62 cm.

Linker voorpand: zet met breinld nr. 10 en Inka 8-9-9-10-11 st op. Brei 2 nld r (1e nld = goede kant). Brei vervolgens door in tricotst en zet tegelijkertijd nieuwe st op langs het midden van het voorpand in elke 2e nld. (dus aan het eind van elke nld tegen het midden van het voorpand). Zet 3 st x 1, 2 st x 1-1-2-2-3 en 1 st x 3-3-3-4-4 op. NB: de eerste st aan de zijkant r op alle nld tot het armsgat breien, en de eerste 3 st langs het midden r op alle nld tot de halslijn breien.

Meerderen aan de zijkant: tegelijkertijd bij een hoogte van 12 en 24 cm meerderen aan de zijkant als op het rugpand.

Schuine voorkant: tegelijkertijd bij een hoogte van 19-20-22-23-25 cm meerderen voor de schuine voorkant langs het midden van het voorpand (aan het begin van de nld meerderen – vergeet niet om de 3 eerste st r op alle nld te breien). In elke 4e nld meerderen: 3 x 1 st en vervolgens in elke 6e nld: 3 x 1 st.

Armsgat: kant tegelijkertijd bij een hoogte van 35-36-37-38-39 cm af voor het armsgat aan de zijkant zoals voor het rugpand.
Als het meerderen en het afkanten voltooid zijn, staan er 21-21-22-22-23 st op de nld.

Halslijn: als het meerderen voor de schuine voorkant voltooid is (heeft het werk een hoogte van ca 42-43-45-46-48 cm) brei de volgende heeng nld als volgt: brei tricotst, maar de eerste 11-11-11-11-12 st langs het midden van het voorpand av breien. Kant op de volgende nld de eerste 8-8-8-8-9 st langs het midden van het voorpand af voor de hals. Hierna minderen voor de hals langs het midden van het voorpand in elke 2e nld – zie Tips minderen: 4 x 1 st = 9-9-10-10-10 st op elke schouder. Beide schouders afz verder breien. Brei door in tricotst met 3 st langs het midden van het voorpand. Kant alle st af bij een totale hoogte van 54-56-58-60-62 cm.

Rechter voorpand: als het linker voorpand breien, maar in spiegelbeeld. Kant daarbij af voor 2 knoopsgaten op het middenvoorpand. 1 knoopsgat = brei de 2e en 3e st vanaf de kant r samen en maak 1 omsl. Brei deze omsl op de volgende nld verdraait r, zodat het knoopsgaatje niet te groot word.

Kant af voor de knoopsgaten bij:
Maat S: 32 en 41 cm
Maat M: 33 en 42 cm
Maat L: 35 en 44 cm
Maat XL: 36 en 45 cm
Maat XXL: 38 en 47 cm

Mouwen: zet met breinld nr. 10 en Inka 18-19-20-21-22 st op. Brei 6 cm ribbels heen en weer op de nld. Brei vervolgens door in tricotst, maar de eerste st aan beide kanten r tot het begin van de mouwkop breien. Tegelijkertijd vanaf een hoogte van 12 cm 1 st meerderen aan beide kanten op elke 8.-8.-8.-6.-5,5. cm in totaal 5-5-5-6-6 keer = 28-29-30-33-34 st. Kant bij een hoogte van 48-47-46-45-43 cm af voor de mouwkop aan beide kanten in elke 2e nld: 1 x 3 st, 0-0-1-1-1 x 2 st en 2-2-2-2-3 x 1 st. Kant hierna 2 st af aan beide kanten tot een hoogte van 54-54-54-55-55 cm, kant daarna 1 x 3 st af aan beide kanten. Kant de overige st af. De mouw heeft een totale hoogte van ca 56-56-56-57-57 cm.

Afwerken: sluit de schoudernaden. Zet de mouwen in. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer in het laatste lusje van de kantst, zodat er 2 r st langs de naad komen te zitten.
Naai de knopen aan, en naai eventueel een ‘hulpknoopje’’ aan boven aan het linker voorpand, zodat de voorkant niet open valt. (haak een lusje voor dit knoopje op de binnenkant van het rechter voorpand).

Gehaakte rand: haak vervolgens een rand langs de hele opening van het vestje (dus langs beide voorpanden, langs de hals en langs de hele onderrand) met een haaknld nr. 10 en Inka als volgt:
1 v in de eerste st, * 1 l, ca 2,5 cm overslaan, 1 v in de volgende st *, herhaal steeds *-* en sluit af met 1 l en 1 hv in de eerst v van de tr. LET OP: de rand mag het vestje niet uitrekken.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 95-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (25)

country flag Marijke Boonen wrote:

Ik gebruik dunner garen dan op het patroon staat aangegeven, uit proeflapje blijkt precies het dubbel aantal steken en toeren. de meerderingen en minderingen bij mouwen en achterpand waren geen probleem bij omrekenen. Hoe pak ik het aan bij de schuine voorpanden? bij voorbaat dank voor de hulp. Marijke

10.11.2022 - 13:30

DROPS Design answered:

Dag Marijke,

In dat geval zou je bij de schuine kant ook het dubbele aantal naalden en steken aan kunnen houden, dus bij een hoogte van 19-20-22-23-25 cm elke 8e naald 2 steken steek en elke 6e naald 3 keer 2 steken. In plaats van 2 steken zou je ook steeds 1 steek kunnen meerderen, maar dan wel respectievelijk elke 4e naald en elke 3e naald.

14.11.2022 - 20:35

country flag Simona wrote:

I am sorry, it was my mistake of looking at the wrong place in the text. All is good.

21.11.2019 - 15:57

country flag Simona wrote:

Hi, I think there is a mistake in the following statement "When the piece measures 35-36-37-38-39 cm = 13 3/4”-14 1/4”-14 1/2”-15”-15 1/4” bind off for armhole each side on every other row as follows: 3 sts 1 time, 2 sts 0-0-0-1-2 times and 1 st 0-1-2-2-2- times = 29-30-32-32-33 sts." If we look at the medium size will have to bind off 3 sts each side one time and then 1 sts each side one time, that gives 6+2 = 8 sts less and so 36-8=28 sts. Can you confirm please? Thank you.

21.11.2019 - 15:37

DROPS Design answered:

Dear Simona, you start in size M with 34 sts and increase 2 sts on each side a total of 2 times (= when piece measures 12 cm = 4 3/4" + when it measures 24 cm = 9 1/2") so that there are 34+2+2= 38 sts. You cast off 3 sts on each side = 32 sts remain then dec 1 st on each side = 30 sts remain. Happy knitting!

21.11.2019 - 15:53

Elizabeth Conway wrote:

Hi Could you please give me bust measurements for your M, L, and XL sizes in the 95-11 cardigan? I'm not sure which size to knit. Thanks Elizabeth

26.06.2017 - 06:00

DROPS Design answered:

Dear Mrs Conway, you will find at the bottom of the pattern a measurement chart with all measurements in each size taken flat from side to side (in cm). Compare these to a similar garment you have and like the shape to find out the matching size. Read more here. Happy knitting!

26.06.2017 - 08:42

country flag Burau Aloise wrote:

Bonjour, J'en suis au devant gauche ,sur la réalisation, a la 4ème ligne il est écrit:( Augmenter 1fois 3m, 1-1-2-2-3 fois 2m et ....etc..... ) .Je ne comprend pas a quelle hauteur de l'arrondi je dois faire ces augmentations

02.02.2015 - 17:26

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Burau, les augmentations pour l'arrondi se font tous les 2 rangs (soit à la fin de chaque rang côté milieu devant pour le devant gauche). Bon tricot!

03.02.2015 - 09:03

country flag Cécile wrote:

J'ai commandé de l'Eskimo comme conseillé en alternative et il me semble difficile d'obtenir l'échantillon demandé : 8 mailles d'Eskimo font 8 cm, au mieux. Y aurait il des ajustements à faire sur le modèle par rapport au nombre de maille ?

14.04.2013 - 19:20

DROPS Design answered:

Bonjour Cécile, Eskimo et Inca avait la même tension : 10 m x 10 rangs, cette veste est tricotée avec une tension plus souple, utilisez des aiguilles plus large pour avoir la bonne tension. Si vous souhaitez une texture plus ferme, il faudra tricoter 1 taille au-dessus (pensez à recalculer les mesures) et il vous faudra plus de fil. Bon tricot !

16.04.2013 - 09:29

country flag Drops Design wrote:

Hej Anne. Allerede når du starter med at strikke glatstrik skal du begynde at slå nye masker op mod midt foran. God fornøjelse!

26.09.2008 - 08:58

country flag Anne wrote:

Jeg har problemer med forstykket.Der står et stykke nede, slå 3 masker op 1 gang osv. men der er ikke angivet noget mål for hvornår man skal gøre det ??? Kan i hjælpe ? Anne

25.09.2008 - 18:47

wrote:

sehr gut

17.02.2006 - 00:43

country flag elisabeth salomonsen wrote:

Meget flot model.

10.02.2006 - 19:49