DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
DROPS Alaska-Tweed
DROPS Alaska-Tweed
100% puur wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale
DROPS 43-10
Maat: Medium
Materiaal: DROPS Alaska van Garnstudio

700 gr. kleur nr. 23, bruin
100 gr. kleur nr. 2, naturel
50 gr. kleur nr. 46, roest
50 gr. kleur nr. 36, paars
50 gr. kleur nr. 48, mosterdgeel
50 gr. kleur nr. 51, olijfgroen mix

Of gebruik:
DROPS Nepal van Garnstudio
700 gr. kleur nr. 612, bruin
100 gr. kleur nr. 100, naturel
50 gr. kleur nr. 2920, oranje
50 gr. kleur nr. 4399, aubergine
50 gr. kleur nr. 8038, licht olijf
50 gr. kleur nr. 8906, bosgroen

DROPS rondbreinld en breinld zonder knop 4 mm en 5 mm

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
DROPS Alaska-Tweed
DROPS Alaska-Tweed
100% puur wol
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Stekenverhouding: 17 st x 22 nld op nld 5 mm in patroon = 10 x 10 cm. Of gebruik de maat breinld die u nodig heeft voor de juiste stekenverhouding.

Patroon: Zie telpatronen. 1 telpatroon = 1 herhaling. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. Brei het hele patroon in tricotst.

De Nederlandse vertaling van de termen in de teltekening staat onderaan dit patroon in dezelfde volgorde als de termen in de teltekening staan.

Lijf: Brei de trui in de rondte op de rondbreinaald en knip later de armsgaten in.

Zet 182 st op met rondbreinld 4 mm en bruin en brei 1 nld tricotst en dan 5 x M.1 in de hoogte (= ongeveer 16 cm). Ga verder met rondbreinld 5 mm en brei M.2 en meerder 14 st gelijkmatig in de 1e nld = 196 st. Denk om de stekenverhouding! Zet bij een hoogte van 45 cm 5 st op aan iedere kant voor de armsgaten (knipbiezen voor het armsgat – brei niet in patroon). Zet bij een hoogte van 55 cm de middelste 8 st voor de hals op het voorpand op een hulpdraad en brei verder heen en weer op de nld. Ga verder en kant af voor de hals om de nld: 15 x 1 st. Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 68 cm de middelste 34 st op het achterpand af voor de hals. Kant dan 2 st af aan iedere kant in de volgende nld voor de hals. Kant af bij een hoogte van 70 cm (pas zo aan dat het netjes uitkomt met het patroon).

Mouw: Zet 42 st op met breinld zonder knop 4 mm en bruin en brei 1 nld tricotst en dan 4 x M.1 in de hoogte – Meerder TEGELIJKERTIJD midden onder de arm elke 5e nld: 6 x 1 st. Ga verder met breinld zonder knop 5 mm, brei steeds M.2 (zorg dat een patroonherhaling netjes midden boven op de mouw komt) en meerder 8 st gelijkmatig in de 1e nld = 56 st. Meerder TEGELIJKERTIJD na M.1 midden onder de arm: 15 x 2 st elke 5e nld = 86 st. Brei bij een hoogte van 50 cm 2 cm averechte tricotst voor een naadtoeslag over de knipkant op het lijf, kant dan alle st af.

Afwerking: Rijg een markeerdraad door het midden van de knipbies st op ieder armsgat en middenvoor. Naai met de naaimachine twee zomen aan iedere kant van de markeerdraad, 1/2 st van de markeerdraad. Knip de biezen in tussen de genaaide zomen. Naai de schoudernaden dicht.

Naai de mouwen in het lijf op de goede kant als volgt: Naai afwisselend een steek in de laatste naald gebreid op de mouw voor de naadtoeslag en een steek op de lijf na de naaimachine zoom. Keer het vest binnestebuiten en naai de naadtoeslag van de mouw met de hand over de knipbiesranden op het lijf.

Neem ongeveer 98 st op rond de hals met breinld zonder knop 4 mm en bruin en brei 2 x M.1 in de hoogte en kant alle st af.

Telpatroon

symbols = bruin / bruin recht
symbols = bruin / bruin av
symbols = naturel / naturel
symbols = roest / oranje
symbols = paars / aubergine
symbols = mosterdgeel / licht olijf
symbols = olijfgroen mix / bosgroen
symbols = 1 omsl
symbols = 2 st recht samen achter in de st
symbols = 2 st recht samen
symbols = 1 st recht afh, 2 st recht samen, afgeh st overh
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 43-10

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (6)

country flag Michelle wrote:

Thanks for the reply about the neckline. But if you look at the photo of the finished garment on the model, the neckline starts only a few cms before the shoulder seam. The way the instructions read, the neckline starts much further down - only 10cm after the start of the armholes. The way the instructions read and the way the garment looks on the model are completely different.

13.01.2022 - 13:47

DROPS Design answered:

Dear Michelle, correct, you start neck 15 cm before shoulder, ie 10 cm after armhole (= armhole is a total of 25 cm). Feel free to make it shorter. Happy knitting!

13.01.2022 - 16:15

country flag Michelle wrote:

Two problems: 1. I have left 8 stitches on a holder after 55cm but this leaves the front of the sweater looking more like a V neck than what is shown on the model photo. My tension is correct yet 55cm brings me to nowhere near where the pattern is showing as being at the neckline in the photo. Is there a typo?? 2. Pattern says only one ball of each shade other than brown & cream but I have run out of the olive half way up the 2nd sleeve and now it's out of stock!

11.01.2022 - 14:37

DROPS Design answered:

Dear Michelle, the neck on front piece started when piece measures 55 cm - see also measurement chart for the V-neck. You then continue back and forth decreasing for neck on each side, and cast off stitches for neck on back piece when piece measures 68 cm. The height of the neck is now shown on the chart, only its shape. You then will work M.1 around (picking sts around + 8 sts on thread). Sorry for the missing yarn, this info will be forwarded to our design team. Happy knitting!

12.01.2022 - 06:32

country flag Michelle wrote:

What a good job I decided to watch some of the explanatory videos BEFORE buying all my yarn etc. There is nothing in the pattern itself that mentions that you need A SEWING MACHINE!!!! Is it possible to complete this sweater by splitting the front and the back at the beginning of the armholes and working from two lots of yarn? I really don't want to have to go out an buy a sewing machine - that makes it a very expensive sweater indeed.

18.11.2021 - 12:09

DROPS Design answered:

Dear Michelle, sure you can adjust the pattern to divide piece for armholes instead of casting on steek stitches - just cast on 1 extra st on each side for seam allowance and adapt pattern if necessary - or find with this video other way to work and cut steek stitches without sewing machine, but with a crochet hook. Happy knitting!

18.11.2021 - 17:18

country flag Rita wrote:

Grazie per la risposta, ma intrecciando solo sul diritto (ferri alterni), significa che lo scollo a V viene modellato sempre e solo da una parte delle 8 maglie messe in attesa sul ferro ausiliario. Cosa non capisco? Grazie Rita

07.05.2018 - 23:17

DROPS Design answered:

Buongiorno Rita, si, quando mette le maglie centrali in sospeso lavora le parti laterali in modo separato, come indicato, prima una spalla poi l'altra. Buon lavoro!

08.05.2018 - 09:23

country flag Rita wrote:

“Quando il lavoro misura 55 cm trasferire le 8 m centrali per il collo davanti su un fermamaglie e finire il lavoro avanti e indietro sui f. Continuare a intrecciare per modellare la scollatura a f alterni: 1 m 15 volte. “ significa che intreccio una maglia sul diritto vicino alle 8 maglie in attesa, poi giro il lavoro e intreccio una maglia sul rovescio vicino alle maglie in attesa. Faccio un avanti e un indietro senza intrecciare (ferri alterni) e poi ripeto per altre 14 volte? Grazie Rita

06.05.2018 - 23:26

DROPS Design answered:

Buongiorno Rita. Deve chiudere la maglia un ferro sì e un ferro no, quindi se intreccia la prima volta sul diritto del lavoro, lavora il ferro successivo (sul rovescio) senza intrecciare, poi intreccia nuovamente sul diritto. Buon lavoro!

07.05.2018 - 08:49

country flag Sophie Serot wrote:

Ce modèle est superbe j'ai promis de le réaliser pour ma fille le problème c'est qu'elle fait une taille xs/S comment adapter ce pull à sa taille (en réduisant d'un motif soit 14 mailles la réduction sera -t' elle suffisante et comment du coup adapter les manches? merci de votre aide je n'ai pas l'habitude des jacquards mais plutôt des torsades ou des points ajourés.

30.11.2016 - 16:29

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Serot, vous pouvez vous aider du schéma des mesures et d'un modèle analogue qui lui irait pour ajuster comme vous le souhaitez. Pour toute assistance personnalisée, contactez votre magasin, il pourra vous aider et vous renseigner. Bon tricot!

01.12.2016 - 08:53