DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 55.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Moonlit Ocean

Gebreide trui in DROPS Merino Extra Fine en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met dubbele halsrand, raglan, kabels en split in de zijkanten. Maten S - XXXL.

DROPS 245-13
DROPS Design: Patroon me-262
Garengroep B + A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

GAREN:
DROPS MERINO EXTRA FINE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
450-500-550-600-650-700 g kleur 13, denimblauw
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
125-125-150-150-175-175 g kleur 39, stormblauw

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – u heeft dan alleen een rondbreinaald van 80 cm nodig in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
16 steken in de breedte en 20 naalden in de hoogte met tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 55.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:
-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Het aantal steken in A.1 varieert van 7 tot 6. Bij het tellen van de steken in de tekst worden wordt dit gedaan op de naalden in het patroon met 7 steken.

RAGLAN:
Meerder voor/na A.1 in elke overgang tussen het lijf en de mouwen.
Meerder 1 steek door 1 omslag te maken welke gedraaid wordt gebreid op de volgende naald om een gaatje te voorkomen. De nieuwe steken worden vervolgens in tricotsteek gebreid.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraadsteek als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraadsteek, 2 recht samen, 1 recht (markeerdraadsteek), haal 1 steek recht af, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK.
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden achter en van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop.

DUBBELE HALSRAND:
Zet 80-84-88-88-92-96 steken op met 1 draad DROPS Merino Extra Fine en 1 draad DROPS Kid-Silk met korte rondbreinaald maten 5 en 3.5 mm samen gehouden. Verwijder naald 5 mm en houd de steken op naald 3.5 mm (dit geeft een elastische opzetrand). Brei boordsteek in de rondte (1 recht, 1 averecht) voor 10 cm. Vouw de hals naar de binnenkant en brei nog 1 naald boordsteek, brei iedere 4e steek samen met zijn respectievelijke steek op de opzetrand. U heeft nu een dubbele halsrand.

PAS:
Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Brei patroon en meerder als volgt: Brei 9-11-11-11-13-13 recht en meerder 1-2-1-2-2-2 steken verdeeld over deze steken, brei A.1 (helft van het achterpand), brei 7 recht en meerder 3 steken verdeeld over deze steken (mouw), A.1, 19-21-23-23-25-27 recht en meerder 1-4-2-4-4-4 steken verdeeld over deze steken, A.1 (voorpand), brei 7 recht en meerder 3 steken verdeeld over deze steken (mouw), A.1, brei 10-10-12-12-12-14 recht en meerder 0-2-1-2-2-2 steken verdeeld over deze steken (helft van het achterpand). Er zijn 88-98-98-102-106-110 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Ga verder met tricotsteek en patroon A.1 en meerder 1 steek voor de RAGLAN aan elke kant van elke A.1 – lees beschrijving hierboven. Meerder zo iedere 2e naald in totaal 15-16-18-20-21-22 keer.
Ga verder met meerderen voor de raglan maar iedere 2e meerdering is alleen op de voor- en achterpanden (4 gemeerderde steken), dus, meerder op de voor- en achterpanden iedere 2e naald en op de mouwen iedere 4e naald. Meerder zo 6-6-6-6-6-8 keer op de voor- en achterpanden (3-3-3-3-3-4 keer op de mouwen). U heeft in totaal 21-22-24-26-27-30 keer gemeerderd op de voor- en achterpanden en 18-19-21-23-24-26 keer op de mouwen.

Er zijn 244-262-278-298-310-334 steken (met 7 steken in A.1). Ga verder met tricotsteek en A.1 zonder verdere meerderingen tot het werk 22-23-25-27-28-31 cm meet, gemeten midden voor, na de hals.

Verdeel het werk voor het lijf en de mouwen als volgt:
Brei 35-39-40-43-46-49 recht (helft van het achterpand), plaats de volgende 52-54-58-62-64-68 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-9-9-11-11 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 70-77-81-87-91-99 recht (voorpand), plaats de volgende 52-54-58-62-64-68 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 7-7-9-9-11-11 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 35-38-41-44-45-50 steken recht (helft van het achterpand).

LIJF:
= 154-168-180-192-204-220 steken. Brei in de rondte in tricotsteek met A.1 over de 7 middelste steken in de opgezette steken onder elke mouw. Brei tot het lijf 18-19-19-19-20-19 cm meet vanaf de scheiding.
Verdeel nu het werk voor de split aan elke kant en eindig de voor- en achterpanden apart.
Houd de eerste 77-84-90-96-102-110 steken op de naald en plaats de laatste 77-84-90-96-102-110 steken op een hulpdraad. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder 32-37-37-41-43-47 steken verdeeld = 109-121-127-137-145-157 steken. Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm en brei de volgende naald als volgt aan de verkeerde kant: 2 RIBBELSTEKEN – lees beschrijving hierboven, * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, 1 averecht en 2 ribbelsteken. Ga verder met deze boordsteek heen en weer gebreid voor 10 cm. Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. Plaats de steken van de hulpdraad op naald 3.5 mm en brei op dezelfde manier. De trui meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder.

MOUWEN:
Plaats de 52-54-58-62-64-68 steken van de hulpdraad op de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 5 mm en neem 1 steek op in elk van de 7-7-9-9-11-11 opgezette steken onder de mouw = 59-61-67-71-75-79 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de 7-7-9-9-11-11 steken onder de mouw.
Begin op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte.
Als de mouw 4-4-4-1-4-1 cm meet, minder dan 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-2½-2-2-1½-1½ cm in totaal 9-10-12-13-14-15 keer = 41-41-43-45-47-49 steken. Brei verder tot de mouw 33-31-30-28-28-25 cm meet vanaf de scheiding. Brei 1 naald recht en meerder 19-19-19-19-19-21 steken verdeeld = 60-60-62-64-66-70 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei boordsteek (1 recht, 1 averecht) voor 10 cm. Kant dan losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. De mouw meet ongeveer 43-41-40-38-38-35 cm vanaf de scheiding.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = haal 1 steek recht af, 2 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken welke recht gebreid wordt op de volgende naald, zodat er een gaatje ontstaat
symbols = dit vierkant heeft geen steek, ga gelijk verder met het volgende symbool in het telpatroon
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 245-13

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (14)

country flag KrisTina wrote:

Hallo, ich habe eine Frage: Wenn ich die Passeganz ganz genau so stricke, wie es in der Anleitung steht, dann habe ich nach wie vor nur 80 und nicht wie in der Beschreibung 88 Maschen auf der Nadel. Was mache ich falsch?

02.05.2024 - 18:43

DROPS Design answered:

Liebe Tina, bei der 1. Runde der Passe werden in S 8 Maschen zugenommen, so sind es 80+ 8 Zunahmen = 88 Maschen. A.1 wird immer mit 7 Maschen gezählt, auch wenn bei der 1. Reihe nur 6 Maschen übrig sind. Viel Spaß beim Stricken!

03.05.2024 - 07:51

country flag Maj-Britt wrote:

Jeg har en dialog med jer angående mønster på denne genser. Mønster A1 1. p. er jo 2 r , 1 r løs af 2 r den løse over de 2 r, og tilsidst 2 r. Det giver da 6 m og ikke 7,det vil da sige jeg har 94 og ikke 98 når jeg har strikket den. Jeg er ikke meget for at strikke løs hvis der bliver fejlmasker. Jeg bor i Ålesund Norge, og der er langt mellem garnbutikker, især dem der sælger Drops.

20.03.2024 - 16:16

DROPS Design answered:

Hei Maj-Britt. A.1 går over 7 masker, men hver gang du strikker pinne 1, 5 og 9 vil du ha 1 maske mindre (4 mindre masker pr omgang), MEN på omgang 3, 7 og 11 lager du et kast og du har da 7 masker i A.1. Se evnt. forklaringen til den sorte firkanten i diagramteksten. I str. M har du 84 masker og på første omgang strikkes det slik: 11+2+A.1 (=7 masker selv om den på omgang 1,5 og 9 kun er 6 masker) + 7 + 3 + A.1 (=7/6 masker) + 21 + 4 + A.1 (=7/6 masker) + 7+3 + A.1 (=7/6 masker) + 10+2 = 98 masker (4 masker mindre på omgang 1,5 og 9). mvh DROPS Design

02.04.2024 - 13:07

country flag Maj-Britt Otto wrote:

Som svar til jeres svar til mig, så strikker jeg i størrelse M, og 1.p (ikke 2. P)efter halssammenstrikning har jeg 94 m,så er det ikke først på 3. P jeg slår om? Og får da 98 m. På 5. P får jeg da igen 94 m??

24.02.2024 - 08:21

DROPS Design answered:

Hej Maj-Britt, i M har du 84 masker, strikker første pind: 11+2, A.1=7, 7+3, A.1=7, 21+4, A.1=7, 7+3, A.1=7, 10+2 = 98 masker. Nu tager du ud på hver side af A.1 og får 8 nye masker på hver udtagningsomgang :)

01.03.2024 - 14:07

country flag Maj-Britt Otto wrote:

Jeg kan ikke få bærestykke på denne genser til at passe med at jeg har 98 m på pinden, når jeg har strikket første afsnit. Starter med 88 m, følger indtagninger, A1 mønster 1 r løs af, strik 2 r og træk den løse over, det gør at der bliver 1 m mindre for hver gang jeg strikker A1 mønster, dvs. jeg har 94 m tilbage på bærestykkets i første afsnit. Jeg tager 10 m ud,men mister en m ved hver A1 mønsterrække.Læser jeg opskriften forkert.

14.02.2024 - 22:00

DROPS Design answered:

Hej Maj-Britt, ja det stemmer at du på nr 2 p har 1 maske mindre i hver A.1, men den tager du ud igen ved at lave et omslag på 3 pind i diagrammet. Hvis du stadigvæk er usikker, så skrive hvilken størrelse du strikker :)

23.02.2024 - 10:56

country flag FRANÇOISE LELARGE wrote:

Bonjour Puis-je faire se modèle aussi avec de la laine brusced alpaca silk merci

22.01.2024 - 10:15

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lelarge, même réponse qu'hier, vous pouvez car vous aurez la même tension que même avec 1 fil Alpaca + 1 fil Kid-Silk, toutefois, la texture sera différente, en fonction du résultat que vous souhaitez, vous pourrez alors tricoter ce pull avec 1 fil Brushed Alpaca Silk. Bon tricot!

23.01.2024 - 07:04

country flag FRANÇOISE LELARGE wrote:

Bonjnour, Puis-je faire se modèle avec la laine alpaga + kid-silk merci

20.01.2024 - 11:31

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lelarge, vous pouvez car vous aurez le même échantillon en largeur, toutefois la texture sera différente, moins dense qu'en tricotant avec Merino Extra Fine (groupe B) et Kid-Silk. Faites un échantillon au préalable pour vérifier si la texture vous convient. Bon tricot!

22.01.2024 - 08:17

country flag Maj-Britt Otto wrote:

Skal til at strikke Moonlit ocean, kan jeg bruge italiensk opslag istedet for pinde 5 og 3.5??

15.01.2024 - 08:19

DROPS Design answered:

Hej Maj-Britt, lav en prøve først, så du ser om det fungerer :)

16.01.2024 - 13:56

country flag Radhika Compton wrote:

Hi, I love this jumper! Can I make it with a yarn from Yarn Group C like Drops Air?

26.11.2023 - 21:15

DROPS Design answered:

Dear Radhika, yes, you could use a group C yarn; check your gauge so that it's the same as in the pattern. If the gauge doesn't match you would need to recalculate the pattern. You can see more information in the following lessons: https://www.garnstudio.com/video.php?id=66&page=2&lang=es and https://www.garnstudio.com/lesson.php?id=14&cid=19. Happy knitting!

27.11.2023 - 00:09

country flag FRANÇOISE LELARGE wrote:

Bonjour, Puis-je faire ce modèle avec 1 fils de la laine air. Merci . Bonne journée

15.11.2023 - 14:27

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lelarge, oui, à condition de choisir alors une laine du groupe de fils C pour obtenir la bonne tension, notez juste que la texture sera différente en raison de la différence de composition des laines. Bon tricot!

16.11.2023 - 09:17

country flag Valerie Jégu wrote:

Très jolie modèle . Je voudrais le réaliser en merino vert mousse mais quelle couleur lui associer en kid-silk ?? Merci pour votre réponse Valérie

27.10.2023 - 14:46

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Jégu, pour toute aide au choix d'une couleur, merci de bien vouloir contacter directement votre magasin, même par mail ou téléphone, ils sauront vous proposer les assortiments possibles. Bon Tricot!

28.10.2023 - 08:41