DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.95€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS Baby 11-27
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 - 24 mnd
Maat in cm: 50/56 - 62/68 - 74/80 - 86/92
Materialen: DROPS Snow van Garnstudio
250-250-300-300 gr nr. 01, naturel.
DROPS Houten knoop nr. 511: 4-4-5-5 stk

DROPS Breinld 8 mm, of de maat die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.95€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Steekverhouding:
11 st x 15 nld = 10 x 10 cm met breinld 8 mm in tricotst.

Ribbelst (heen en weer): alle naalden r breien.

Knoopsgat: kant af voor de knoopsgaten in de rechter knoopbies. Kant af op de goede kant (buitenkant) vanaf de kant als volgt: 2 st r sam.br, 1 omsl, 1 r. Brei in de volgende nld de omslag verdraait.
Kant af voor knoopsgaten bij een hoogte van:
Maat 1/3 mnd: 6, 12, 18 en 24 cm.
Maat 6/9 mnd: 6, 13, 19 en 26 cm.
Maat 12/18 mnd: 6, 12, 18, 24 en 29 cm.
Maat 24 mnd: 6, 13, 19, 26 en 34 cm.

Knoopbies: de knoopbies (= 3 st) in ribbelst breien. Brei de knoopbies een beetje strakker dan de rest van het werk, dat geeft een mooi resultaat.
Info minderen (voor de raglanmouwen):
Minder naast de 1 kantst in tricotst.
Minder als volgt op de goede kant (buitenkant): na de 1 kantst: 2 st r sam.br. Voor de 1 kantst: 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh.
Minder als volgt op de verkeerde kant (binnenkant): voor de 1 kantst: 2 st av sam.br. Na de 1 kantst: 2 st verdraaid av sam.br.

Achterpand: zet met breinld 8 mm en Snow 30-34-38-42 st op (incl. 1 kantst aan weerskanten) en brei 4 nld ribbelst. Brei vervolgens door in tricotst. Brei bij een hoogte van 12-13-15-18 cm 1 nld r op de verkeerde kant en brei vervolgens tricotst op de rest van het achterpand. Kant tegelijkertijd bij een hoogte van 18-19-22-25 cm 3 st af aan weerskanten voor de armsgaten = 24-28-32-36 st. Minder vervolgens voor de raglanmouwen aan weerskanten – zie info minderen! Minder 1 x 1 st in elke 4e nld en 5-5-6-6 x 1 st in elke 2e nld en 0-2-2-4 x 1 st in elke nld. Kant bij een totale hoogte van ca 28-30-34-39 cm, de overige 12-12-14-14 st af.

Linker voorpand: zet met breinld 8 mm en Snow 18-20-22-24 st op (incl. 1 kantst aan de zijkant en 3 knoopbiesst langs het middenvoor). Brei 4 nld ribbelst. Brei door in tricotst – zie de beschrijving voor de knoopbiesst hierboven. Brei bij een hoogte van 12-13-15-18 cm 1 nld r op de verkeerde kant, en brei vervolgens de rest van het voorpand in tricotst. Kant tegelijkertijd bij een hoogte van 18-19-22-25 cm 3 st af aan de zijkant voor het armsgat = 15-17-19-21 st. minder vervolgens voor de raglan zoals beschreven voor het achterpand. Zet tegelijkertijd bij een hoogte van 25-27-30-35 cm de eerste 5-5-6-6 st van het middenvoor op 1 hulpdraad (of st houder) voor de hals. Kant vervolgens af voor de hals in elke 2e nld: 1 x 2 st en 2 x 1 st. Het voorpand heeft nu een hoogte van ca 28-30-34-39 cm.

Rechter voorpand: zet op en brei zoals het linker voorpand, in spiegelbeeld. Kant af voor de knoopsgaten in de knoopbies – zie de beschrijving hierboven

Mouwen: zet met breinld 8 mm en Snow 20-22-22-24 st op (incl. 1 kantst aan weerskanten) en brei 4 nld ribbelst. Brei door in tricotst. Brei bij een hoogte van 5 cm 1 nld r op de verkeerde kant en brei de rest van de mouw in tricotst. Meerder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 6 cm 3-3-4-5 keer 1 st aan weerskanten op elke 4-4,5-4-4 cm = 26-28-30-34 st. Kant bij een hoogte van 18-20-22-25 cm 3 st af aan weerskanten = 20-22-24-28 m. Minder vervolgens voor de raglan – zie info minderen! Minder 7-8-9-10 keer 1 st af in elke 2e nld en 0-0-0-1 keer 1 st in elke nld. Kant de overige 6 st af. De mouw heeft een totale lengte van ca 28-31-34-39 cm.

Zakjes: zet met breinld 8 mm en Snow 9-10-10-11 st op. Brei ribbelst tot het zakje een hoogte van ca 6-7-8-9 cm heeft, en kant de st af. Brei nog een zakje. Naai de zakjes op de voorpanden ca 3-3-4-5 cm vanaf de onderkant.

Afwerken: sluit de raglannaden met de kantst als naadtoeslag.

Capuchon: neem met breinld 8 mm en Snow ca 32 tot 38 st op (incl. de draden op de hulpdraad/st houder) rondom de halsopening en brei vervolgens tricotst met 3 ribbelst aan weerskanten. Meerder na 1 cm gelijkmatig verdeeld naar een totaal van 38-40-42-44 st. Brei door tot een totale hoogte van 21-23-25-27 cm, en kant af. Sluit de naad aan de bovenkant van de capuchon – naai met mooie kleine st aan de buitenkant, zodat de naad niet te dik wordt. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer met de kantst als naadtoeslag. Naai de knopen op de linker knoopbies.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 11-27

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (37)

country flag Susan McMurrich wrote:

As to above answer. Im not sure I was clear with my question. once the 6 stitches are on the holder Im talking about the remaining stitches. It doesnt say how many to have left I would probably need to do another 10 rows to complete the cast off stitch by stitch. Is this ok. So the top of the neck edge at the front would be higher than the ones on the holder.....??

21.08.2020 - 21:49

DROPS Design answered:

Dear Mrs McMurrich, at the beg of a row from neck (towards armhole) you work the first 6 sts and slip them on a thread, work row to the end, turn and work return row. Now cast off at the beg of every row from neck 2 sts 1 time and 1 st 2 times = if your tension is right in height, you should have now reach same height as on back piece, now cast off all sts. The 6 sts from stitch holder will be knitted later when working the hood. Hope this now answers the question. Happy knitting!

24.08.2020 - 08:01

country flag Susan McMurrich wrote:

Im completing the baby its cold out and having trouble with the front pieces. when I get to 13 3/4 " and put the 6 stitches on the holder I have too many stitches left to complete as described. If I go on casting off one at a time it is way higher than the stitches on the holder - is this supposed to happen?

20.08.2020 - 16:28

DROPS Design answered:

Dear Mrs McMurrich, make sure you get the correct tension in height, if yours is different, adjust the height of stitches put on a st holder for neck so that both shoulders will match together. Happy knitting!

21.08.2020 - 07:50

country flag Lisa wrote:

Hallo. Warum werden die beiden Vorderteile und das Rückenteil einzeln gestrickt? Kann ich die drei Teile gemeinsam aufnehmen und stricken oder funktioniert das mit den Raglan Nähten bei den Ärmeln dann nicht? Vielen Dank

04.12.2019 - 21:46

DROPS Design answered:

Liebe Lisa, wenn Sie die drei Teile gemeinsam stricken wollen, dann passen Sie die angeschlagtene Maschenanzahl an (Randmaschen brauchen Sie dann nicht); beachten Sie nur, daß nähen manchmal mehr "Stabilität" bring. Viel Spaß beim stricken!

05.12.2019 - 10:04

country flag Camilla wrote:

Hej. Jag förstår inte "2 m 1 gång och 1 m 2 ggr" i framstyckena. Hur gör man? Borde jag inte maska av alla resterande när jag spar de 6 andra maskorna? Det blir ju som en längre kant annars?

12.11.2018 - 17:47

DROPS Design answered:

Hej, nej du ska maska av för halsen på vartannat varv först 2 maskor en gågng och sedan 1 maska 2 gånger. Detta för att halsen ska få en fin rund form.

14.11.2018 - 17:29

country flag Beatrice Felder wrote:

Beim Rückenteil für den Raglan verstehe ich nicht genau wie es gemeint ist mit der Maschenabnahme. Soll man 4 Reihen stricken und in jeder von diesen 4 Reihen je eine Masche abketten, dann 2 Reihen stricken und in jeder von diesen 2 Reihen je 5 bzw. 6 Maschen abketten und dann in jeder weiteren Reihe, bis 14 Maschen übrig sind, je 0 bzw. 2 bzw. 4 Maschen abketten. Danke für ihre rasche Antwort und tolle Anleitung.

08.09.2016 - 15:42

DROPS Design answered:

Liebe Frau Felder, am Rückenteil müssen Sie zuerst 3 R stricken, dann am 4. R (= von der Vorderseite) 1 M auf jeder Seiten abnehmen, dann *1 Reihe ohne Abn. stricken, 1 Reihe mit Abn stricken*, von *-* 6 Mal insgesamt wiederholen, dann in jeder R 1 M abn (= ins 2-4 mal - siehe Grösse). Siehe "Tipp für das Abenehmen (gilt für Raglanabnahme)".

08.09.2016 - 16:11

country flag Anni wrote:

Toll, diese Jacke! Allerdings ist uns bei der Anleitung aufgefallen, dass das Garn nicht ausgereicht hat. Es waren 300g angegeben für die größte Größe. Meine Mutter hat aber eine Zwischengröße gestrickt (etwas kleiner als die größte Größe) und wir mussten leider nochmal ein Garn nachbestellen. Also brauchte sie 350g. Und sie strickt ganz normal. Also bestellt lieber 50g mehr.

14.11.2015 - 00:44

country flag Danielle wrote:

Ik kom niet uit bij het linkervoorpand. Ik start met 22 steken. Dan minder ik er eerst drie voor het armsgat = 19 steken. Dan minder ik voor de mouwen (totaal 9 steken) en ondertussen zet ik 6 steken bij 30 cm op een stekenhouder. Dan heb ik dus 4 steken over en die moet ik afkanten voor de hals dus dan houd ik geen steken over... In het patroon staat echter: kant bij 34 cm de rest van de steken af (staat niet bij hoeveel). Wat gaat hier fout? Groet, Danielle

01.08.2015 - 16:26

DROPS Design answered:

Hoi Danielle. Ik zie dat het een klein vertaalfoutje is. Je moet klaar zijn met alle minderingen / afkanten bij ca. 34 cm - je houdt inderdaad geen steken over. Ik heb het aangepast

03.08.2015 - 14:56

Carolyn Jones wrote:

Having great difficulty understanding the pattern, knitted the back up to armhole now trying to decrease for raglan but pattern very difficult to understand from "Decrease for raglan each side" Help!

17.05.2015 - 05:56

DROPS Design answered:

Dear Mrs Jones, when decreasing for raglan, please follow instructions under "Decreasing" at the beg of the pattern, ie dec from RS after 1st st on row and before last st on row = 2 sts dec. Happy knitting!

18.05.2015 - 09:46

country flag Maria wrote:

Hej, som Sinne skrev i 2010, så er der i den danske opskrift angivet lavere garnforbrug end i den engelske opskrift. Det ville være lækkert for fremtidige strikkede hvis det blev rettet :)

16.01.2015 - 16:26

country flag Helmi wrote:

Hei. Erittäin suureksi harmikseni huomasin, että kokoon 6/9kk varaamani 250g ei riittänyt tarpeeksi isoon huppuun. Saman erän lankaa en taida saada enää mistään. Laittakaa ohjeeseen sellainen lankamäärä että mieluummin jää vähän yli koska tässä vaiheessa harmittaa niin kovasti. Täytyy kai purkaa taskut ja jatkaa huppua sillä langalla. Argh.

18.04.2014 - 08:40