DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 5.27 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.81€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Agnes

Gebreid vest voor kinderen in DROPS Sky. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas, kantpatroon, tricotsteek en ribbelsteek. Maten 3-12 jaar.

DROPS Children 34-9
DROPS Design: Patroon nr. sk-001-bn
Garengroep B
-------------------------------------------------------

MATEN:
3/4 - 5/6 - 7/8 - 9/10 - 11/12 jaar
De maten komen overeen met ongeveer de hoogte van het kind in cm;
98/104 - 110/116 - 122/128 - 134/140 - 146/152

MATERIAAL:
DROPS SKY van garnstudio (behoort tot garengroep B)
150-150-200-200-200 g kleur 13, licht denimblauw

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 MM.
DROPS RONDBREINAALD 4 MM: lengte 40 cm en 60 cm.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

DROPS PARELMOERKNOPEN, Gebogen, wit NR 522: 6-6-6-7-7 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 5.27 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.81€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. Kies het telpatroon voor uw maat. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 72 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 17) = 4.2.
In dit voorbeeld, meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer elke 4e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de zijkanten van het lijf):
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, 1 omslag, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 omslag = 2 steken gemeerderd. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek = 2 steken geminderd.

KNOOPSGAT:
Brei de knoopsgaten op rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). 1 knoopsgat = begin aan de verkeerde kant en brei de 2e en 3e steek vanaf de rand, maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslag recht zodat er een gaatje ontstaat.
Het eerste knoopsgat wordt na ongeveer 1 cm vanaf de halsrand gebreid, dan de volgende 5-5-5-6-6 knoopsgaten iedere 5-6-6-6-7 cm.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald, van boven naar beneden. Het wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen. Het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald.

PAS:
Zet 72-76-80-86-92 steken op met rondbreinaald 4 mm en Sky. Brei 2 RIBBELS – zie uitleg hierboven – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – zie uitleg hierboven. Brei 1 naald recht terwijl u 17-19-21-23-24 steken verdeeld op de naald meerdert - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1! = 89-95-101-109-116 steken op de naald.
Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant. Voeg een markeerdraad in op deze naald en meet het werk vanaf hier. Brei volgens telpatronen A.1 en A.2 als volgt aan de goede kant: Brei 5 voorbiessteken in RIBBELSTEEK, brei A.1 over 1 steek, A.2 in totaal 13-14-15-14-15 keer op de naald en dan 5 voorbiessteken in ribbelsteek. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als telpatronen A.1 en A.2 klaar zijn in de hoogte zijn er 219-235-251-263-281 steken op de naald. Pas op de volgende naald aan de goede kant het aantal steken aan naar 219-235-253-261-283 steken. Brei verder in tricotsteek tot het werk 15-15-16-17-18 cm meet vanaf de markeerdraad. De volgende naald aan de goede kant wordt als volgt gebreid: Brei 5 voorbiessteken in ribbelsteek, 30-32-35-36-37 steken in tricotsteek (= voorpand), plaats de volgende 44-48-51-53-62 steken op een hulpdraad (= mouw), zet 6 nieuwe steken op onder de mouw, brei 61-65-71-73-75 steken in tricotsteek (= achterpand), plaats de volgende 44-48-51-53-62 steken op een nieuwe hulpdraad (= mouw), zet 6 nieuwe steken op, brei 30-32-35-36-37 steken (= voorpand) en 5 voorbiessteken in ribbelsteek.

LIJF:
Er zijn 143-151-163-167-171 steken op de naald. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN! Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de 6 nieuw opgezette steken aan elke kant. Brei tricotsteek heen en weer met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant. Als het werk 3 cm meet, meerder dan 1 steek aan elke kant van elke markeerdraad (= 4 steken gemeerderd) LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2! Herhaal dit meerder iedere 3-4½-5½-6½-7½ cm in totaal 3 keer = 155-163-175-179-183 steken op de naald. Brei verder tot het werk 15-17-20-23-26 cm meet (of tot de gewenste lengte, er is ongeveer 2 cm over tot de gewenste afmetingen). Brei 2 cm ribbelsteek. Kant dan losjes af met recht. Knip en hecht de draad af.

MOUW:
Plaats de steken van de ene draad op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4 mm (= 44-48-51-53-62 steken) en neem 1 nieuwe steek op in elk van de 6 nieuwe steken op het lijf (= 50-54-57-59-68 steken). Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van deze 6 steken. Brei in tricotsteek in de rondte tot de mouw 3 cm meet. Minder nu 1 steek aan elke kant van de markeerdraad - LEES TIP VOOR HET MINDEREN. Ga verder met tricotsteek en herhaal het minderen iedere 4-4-4-4-3½ cm tot u in totaal 5-6-7-8-10 keer heeft geminderd = 40-42-43-43-48 steken op de naald. Brei tricotsteek tot de mouw 23-28-31-35-38 cm meet.
Brei ribbelsteek voor 2 cm. Kant af met recht. Knip en hecht de draad af.

Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING: Naai knopen op de linker voorbies.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 04.04.2019
Correctie - PAS: Als telpatronen A.1 en A.2 klaar zijn in de hoogte zijn er 219-235-251-263-281 steken op de naald. Pas op de volgende naald aan de goede kant het aantal steken aan naar 219-235-253-261-283 steken.
Gewijzigd online: 10.04.2019
Correctie - LIJF: Brei verder tot het werk 15-17-20-23-26 cm meet (of tot de gewenste lengte, er is ongeveer 2 cm over tot de gewenste afmetingen).

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = recht op de verkeerde kant
symbols = 2 recht samen
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken; de omslag wordt averecht gebreid op de volgende naald zodat er een gaatje ontstaat.
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken; de omslag wordt op de volgende naald gedraaid gebreid om een gaatje te voorkomen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen en haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Agnes

beldent1, United Kingdom

Agnes

Enni / Tänkimäätein, Finland

Agnes cardigan

Ekaterina Parnevova, Russian Federation

Agnes

Daniela, Germany

Kofta

Jeanette, Norway

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 34-9

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (107)

country flag Annick Poncelet wrote:

Joli modèle intemporel

01.04.2021 - 13:16

country flag Nadine wrote:

Hallo. Wie stricke ich die 5 Blendemaschen? Kraus rechts?

24.03.2021 - 11:42

DROPS Design answered:

Liebe Nadine, ja genau, die 5 Blendemaschen beidseitig werden krausrechts gestrickt. Viel Spaß beim stricken!

24.03.2021 - 12:51

country flag Nola wrote:

Please could i knit this on 2 needles and not on a round needle. Thanks

07.03.2021 - 11:28

DROPS Design answered:

Dear Nola, round yoked sweaters, are much easier to knit on circulars, than on straight needles. Not entirely impossible, a cardigan is somewhat easier to do on straights than circulars, but it involves uncomfortably many stitces on a short(er) needle, sewing up the sleeves, and other modifications. These styles are really designed for circular needles. Sorry. Do not forget, yoou can always ask for help, either in person, or over the phone, in the store, you bought your DROPS yarn from. Happy knitting!

08.03.2021 - 03:29

country flag Elizabeth wrote:

Hej! Jag älskar mönster Agnes (Modell sk-001-bn). Går det att göra mönster en storlek större då vuxen model av liknande mönster är för stor? Alltså den största storlek är för 11/12 år, så den skulle passa typ 12/13. Tack på förhand! Mvh Elizabeth

15.02.2021 - 20:17

DROPS Design answered:

Hej, der er 5 cm forskel i bredden på de to størrelser. Det er svært at lave mønsteret om i og med du behøver det rigtige antal masker for at få diagrammerne til at gå op hele vejen rundt. Så du er nok nødt til at vælge en af dem :)

19.02.2021 - 14:26

country flag Kerstin wrote:

Hallo, Wie komme ich beim Strickmuster Agnes auf 235 Maschen, wenn Diagramm A1 und A2 fertig gestrickt sind? Wo nehme ich Maschen zu? Liebe Grüße

14.02.2021 - 16:14

DROPS Design answered:

Liebe Kerstin, die Zunahmen sind in A.2 gezeichnet (siehe 5. Symbol). Diagramme stricken Sie bei der 1. Reihe so: 5 Blenden-Maschen, A.1 (= 1 Masche), 14 x A.2 (=14x6= 84Maschen), 5 Blenden-Maschen (= 95 M) - wenn A.1/A.2 fertig sind, dann haben Sie 16 M in jedem A.2: 5 Blenden-Maschen, A.1 (= 1 Masche), 14 x A.2 (= 14x16=224 Maschen), 5 Blenden-Maschen = 235 Maschen. Viel Spaß beim stricken!

15.02.2021 - 09:06

country flag Valentina wrote:

Ahhh that makes sense. Thank you so much! I got confused because the piece is knitted from top to bottom, so I though it would be the same with the diagram. Thanks again!

08.01.2021 - 10:13

country flag Valentina wrote:

Hello! I'm doing size 5/6 and have just tried the 6th row of the diagram, where there are still 16 stitches. With 84 total stitches for the 16-stitch diagram (leaving aside 10 for the bands and 1 for A1), I end up with 4 stitches left (as expected, considering that 16x5=80). I don't know what to do with those 4? Do I just restart A2 and pick up from stitch 12 in the next row? Thank you!

07.01.2021 - 23:03

DROPS Design answered:

Dear Valentina, diagrams should be read from the bottom up, ie you start A.2 with 6 sts and work like this: 5 front band sts in garter st, A.1 (= 1 st), repeat 14 times the 6 sts in A.2 over the next 84 sts, and finish with 5 front band st in garter st = 5+1+84+5= 95 sts. You will increase on 4th row in diagram with a yarn over, there will be 7 sts in each diagram. Continue like this, reading diagram from the right towards the left from RS and from the left towards the right from WS. Read more about diagrams here. Happy knitting!

08.01.2021 - 07:46

country flag Ann wrote:

Nu har jag läst alla kommentarer och förstår att mönstret är väldigt otydligt. Snälla ändra i mönstret så att man förstår att A1 bara ska vara först på varvet. (Om jag har fattat rätt)När jag läser mönstret kan jag inte förstå något annat än att A1 alltid följs av A2. Har lagt ner mycket jobb, så synd!

11.12.2020 - 09:41

country flag Ann wrote:

Hej igen! Tack för svar! Jag kan ändå inte få det att stämma A1+A2 blir 7 maskor och 91 maskor delat på 7 blir 13!

11.12.2020 - 09:30

country flag Ann wrote:

Hej! Jag stickar tröjan Agnes stl 7/8. Upplägg 80 maskor, öka21 =101. 10 maskor är kantmaskor. Kvar är 91 maskor. Mönstret är 7maskor. Det blir 13 mönster. I mönstret står det 15. Har jag missuppfattat något? Det blir inte rätt maskantal när jag har stickat klart mönsterstickningen.??

10.12.2020 - 23:06

DROPS Design answered:

Hej Ann. Du ska sticka efter den högra A.2 (det är olika A.2 beroende på storlek) och den A.2 är 6 maskor. Mvh DROPS Design

11.12.2020 - 06:57