DROPS Lima
DROPS Lima
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 29.88€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Ornella

Gehaakt cirkelvest met stokjes en lossenlussen. Maten S - XXXL. Het werk wordt gehaakt in DROPS Lima.

DROPS 184-9
DROPS Design: Patroon nr. li-082
Garengroep B
-----------------------------------------------------------
Maten: S/M - L - XXL/XXXL
Materiaal:
DROPS LIMA van garnstudio (behoort tot garengroep B)
600-650-750 g kleur 9018, zeegroen

Het werk kan tevens gehaakt worden met garen van:
"Alternatief garen (Garengroep B)" – zie de link hieronder.

DROPS HAAKNAALD 5 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 16 stokjes en 8 toeren is 10 cm breed en 10 cm hoog.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Lima
DROPS Lima
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 29.88€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Iedere toer van stokjes begint met 3 lossen en eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer (en wordt als aanvulling gehaakt op telpatronen A.1 – A.5).

TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld meerdert, telt u het totaal aantal steken (dus 28 steken) en deelt u deze door het aantal te maken meerderingen (dus 2) = 14. In dit voorbeeld, meerdert u door 2 stokjes in iedere 14e steek te haken.

TIP VOOR HET MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert, telt u het totaal aantal steken (dus 64 steken) en deelt u deze door het aantal te maken minderingen (dus 4) = 16. In dit voorbeeld, haakt u iedere 15e en 16e steek samen.
Minder 1 stokje door 2 stokjes als volgt samen te haken: haak 1 stokje, maar wacht met de laatste omslag en doorhaling (= 2 lussen op de haaknaald), haak dan het volgende stokje maar als u de laatste doorhaling maakt, haal de draad dan door alle 3 lussen op de haaknaald (= 1 stokje geminderd).

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.8.
----------------------------------------------------------

CIRKELVEST:
Het werk wordt in de rondte gehaakt in een cirkel en de armsgaten worden gehaakt op de cirkel. Daarna worden de mouwen in de rondte gehaakt en de voorpanden worden heen en weer gehaakt. Tot slot haakt u een afwerkingsrand rondom de hele cirkel en de voorpanden. Het begin van de toer = midden achter/hals.

CIRKEL:
Haak 6 lossen met haaknaald 5 mm en Lima en vorm deze tot een ring met 1 halve vaste in de eerste losse. Haak A.1 in totaal 13 herhalingen op de toer - lees INFORMATIE VOOR HET HAKENRMATION! DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Wanneer u de een na laatste toer in telpatroon A.1 gehaakt heeft, ga dan verder als volgt in de verschillende maten:

MATEN S/M EN L
Er zijn nu 182 steken op de toer en het werk meet ongeveer 36 cm in diameter.
Haak nu de armsgaten en meerder steken verdeeld op de toer als volgt:
Haak 1 stokje in elk stokje/om elke losse over de eerste 28-28 steken en meerder 2-2 stokjes verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld). Haak 32-36 lossen, sla de volgende 32-36 steken over. Haak 1 stokje in elk stokje/om elke losse in de volgende 62-54 steken en meerder 9-9 stokjes verdeeld. Haak losjes 32-36 lossen en sla 32-36 steken over. Haak 1 stokje in elk stokje/om elke losse over de overgebleven 28-28 steken en meerder 2-2 stokjes verdeeld = 195-195 stokjes.
Haak nu A.2 (= 13 herhalingen op de toer), MAAR over de 32-36 nieuwe lossen, vervang het stokje op toer 2 in telpatroon A.2 met 1 vaste om de toer met lossen. Op de toer nadat u de armsgaten heeft gehaakt, zijn er in totaal 52-52 lossenlussen op de toer en 9-10 lossenlussen en 8-9 vasten om de 32-36 lossen voor de armsgaten. Als A.2 helemaal klaar is in de hoogte, zijn er 78 lossenlussen op de toer. Het werk meet ongeveer 63 cm in diameter.

MAAT XXL/XXXL
Haak de laatste toer in telpatroon A.1. Haak dan A.2 (= 13 herhalingen op de toer). Als u de eerste 3 toeren gehaakt heeft, zijn er 234 steken op de toer en meet het werk ongeveer 45 cm. Haak nu de armsgaten en meerder steken verdeeld als volgt:
Haak 1 stokje in elk stokje/om elke losse over de eerste 36 steken en meerder 2 stokjes verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld). Haak 40 lossen, sla de volgende 40 steken over. Haak 1 stokje in elk stokje/om elke losse in de volgende 82 steken en meerder 9 stokjes verdeeld. Haak 40 lossen en sla 40 steken over. Haak 1 stokje in elk stokje/om elke losse over de overgebleven 36 steken en meerder 2 stokjes verdeeld = 247 stokjes. Ga verder met A.2, MAAR over de 40 nieuwe lossen, vervang het stokje op de 5e toer in telpatroon A.2 met 1 vaste om de losse-steek toer. Op de toer nadat u de armsgaten heeft gehaakt, zijn er in totaal 65 lossenlussen op de toer en 11 lossenlussen en 10 vasten om de 40 lossen voor de armsgaten. Als de A.2 helemaal klaar is in de hoogte, zijn er 78 lossenlussen op de toer. Het werk meet ongeveer 63 cm in diameter.

ALLE MATEN:
Begin op de 3e toer in de telpatronen en haak in patroon als volgt: Haak * A.3, A.4 *, haak van *-* in totaal 13 keer op de toer. Als A.4 klaar is in de hoogte, herhaal dan de laatste 4 toeren in het telpatroon tot de gewenste lengte.
Als de toer gemarkeerd met een ster in telpatroon A.3 klaar is, zijn maten S/M en L klaar. Voor maat XXL/XXXL gaat u verder totdat telpatroon A.3 klaar is in de hoogte. Er zijn nu 117-117-130 lossenlussen op de toer. Het werk meet ongeveer 91-91-101 cm in diameter.

MOUWEN:
De mouwen worden in de rondte gehaakt.
Begin midden onder het armsgat en haak 3 lossen (= 1 stokje), haak 64-72-80 stokjes verdeeld in de stokjes/om de lossenlussen in het ene armsgat (= 32-36-40 stokjes langs elke kant van het armsgat). Haak nu vanaf toer 2 in telpatroon A.5 (in totaal 16-18-20 herhalingen op de toer), Minder TEGELIJKERTIJD op de toer met een zwarte punt in het telpatroon, 4 stokjes verdeeld over de toer. Herhaal de laatste 4 toeren in het telpatroon en minder op de toer met de zwarte punt in totaal 7-8-10 keer in de hoogte = 36-40-40 stokjes op de toer. Haak dan nog 3-3-1 herhalingen van A.5 in de hoogte zonder stokjes te minderen. De mouw meet ongeveer 51-56-56 cm. Knip en hecht de draad af.

RECHTER KANT VAN HET WERK:
Haak verkorte toeren heen en weer gehaakt op het rechter voorpand. Begin in het eerste stokje na de 16e-16e-18e lossenlus vanaf het begin van de toer en haak aan de goede kant. LET OP: In telpatroon A.6, A.7 en A.8 haakt u vanaf de toer met de pijl en in telpatroon A.3 haakt u vanaf de toer met het zwarte vierkant!
Haak A.6 over de eerste 10 lossenlussen, haak A.3 over 3 lossenlussen, haak A.7 over de volgende 2-2-4 lossenlussen (= 2-2-4 herhalingen), haak A.3 over de volgende 3 lossenlussen, haak A.8 over de volgende 10 lossenlussen. Ga verder op deze manier, heen en weer gehaakt. Als A.7 klaar is in de hoogte, herhaal dan de laatste 4 toeren in het telpatroon in de hoogte. Als A.6 en A.8 klaar zijn in de hoogte en als de toer met de ster in telpatroon A.3 klaar is, knip en hecht de draad dan af.

LINKER KANT VAN HET WERK:
Sla 29-29-34 lossenlussen over de onderrand van het vest en hecht de draad af met 1 vaste in het volgende stokje. Haak dan het linker voorpand op dezelfde manier zoals het rechter voorpand. Er zouden 29-29-34 lossenlussen tussen het voorpanden over de onderrand en 32-32-36 lossenlussen tussen het voorpanden op de hals moeten zijn (= 16-16-18 lossenlussen op elke kant van het begin van de toer).

RAND:
Haak nu een afwerkingsrand rondom de hele cirkel als volgt:
TOER 1: Begin op het begin van de toer (= op de achterkant van de hals), haak 3 lossen (= 1 stokje), * 3 lossen, sla 3 lossen over, 1 stokje in het volgende stokje *, herhaal van *-* tot het einde van de toer, maar langs de rand van telpatronen A.6 en A.8 slaat u ongeveer 2 cm over. Eindig de toer met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer.
TOER 2: Haak 3 lossen (= 1 stokje), * haak 4 stokjes om de volgende lossenlus, 1 losse *, herhaal van *-* tot het einde van de toer. Eindig met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer.
Knip en hecht de draad af.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 11.02.2022
CIRKEL:...Wanneer u de een na laatste toer in telpatroon A.1 gehaakt heeft, ga dan verder als volgt in de verschillende maten:

Telpatroon

symbols = haak 6 lossen en vorm deze tot een ring met 1 halve vaste in de eerste losse.
symbols = 1 losse
symbols = 1 stokje in de steek
symbols = 1 stokje om de losse/lossenlus
symbols = begin op deze toer!
symbols = als deze toer klaar is, is de cirkel in maten S/M en L klaar - zie beschrijving in tekst.
symbols = minder op deze toer stokjes verdeeld - zie beschrijving in tekst.
symbols = 1 vaste in de steek
symbols = haak 3 stokjes samen als volgt: Haak 1 stokje maar wacht met de laatste omslag en doorhaling, haak nog 2 stokjes op dezelfde manier, maar als u de laatste doorhaling maakt, haal dan de draad door alle lussen op de haaknaald
symbols = zwart vierkant, zie uitleg in de patroontekst
symbols = 1 half stokje in de steek
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 184-9

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (29)

country flag Stephanie wrote:

Ich will mit A.3,A.4 anfangen(Größe S/M). Muss ich erst A.3 bis zum Stern fertig häkeln und dann mit A.4 weiter machen? Oder muss ich beide Diagramme kombinieren? Und wenn ich A.4 in der Höhe fertig habe, muss ich dann wirklich die 4 letzten Reihen von A.3 und A.4 nochmal häkeln, also 8 Reihen?

02.04.2018 - 15:03

DROPS Design answered:

Liebe Stephanie, wenn Sie A.3 und A.4 häkeln, häkeln Sie zuerst die dritte Reihe beide Diagramme, dh: *1. Reihe A.3 (= mit Pfeil), dann 1. Reihe A.4 (= mit Pfeil)* von *bis* die ganze Runde wiederholen, dann häkeln Sie 2. Reihe beide Diagramme bei der nächsten Runde und sw. Wenn A.4 fertig ist, von Anfang an (= mit Pfeil) wiederholen. Viel Spaß beim häkeln!

03.04.2018 - 09:12

country flag Marla Benabdallah wrote:

A6 - Rows 2, 6 and 10 A8 - rows 2, 6 and 10 the rows are x . . . and then there is a symbol which is not listed. it appears to be the height of a double crochet but it is NOT listed in the symbol legend. Please let everyone know what this symbol means please

26.02.2018 - 14:57

DROPS Design answered:

Dear Mrs Benabdallah, this symbol has been aded, it's a half double crochet (US-terminology) in the stitch. Happy crocheting!

06.03.2018 - 09:13

country flag LuAnne Cutrano wrote:

Please help! On diag. A.6, what does the symbol in the 2nd row, 2nd st. (looks like a dc with a heart shape on top of it) mean?

25.02.2018 - 16:40

DROPS Design answered:

Dear Mrs Cutrano this symbol is a half double crochet (US-crochet terminology). Happy crocheting!

06.03.2018 - 09:13

country flag Susan wrote:

Continued: 4. IF so, how many Chain Spaces should be there? I think I have too many. 5. Back in diagram A.2 for size S/M what row/round should I have started on? If you say row 2 then that'd be 4 rows of chain spaces. I am trying to figure out where I went wrong. e-mail me if you need to. Thank you, Susan

14.02.2018 - 19:45

DROPS Design answered:

4. you are repeating (A.3, A.4) a total of 13 times in width, on row with a star you will then have [A.3 (= 6[ ch-spaces), A.4 (= 3 ch-spaces)]x13 = 6+3 x13 = 117 ch-spaces. 5. You start A.2 on row with an arrow = 4 ch-spaces in each A.2 in width x 13 repeats = 52 ch-spaces on 1st row. On next row you will have also 4 ch-spaces, but then after the 2 dc-rows you will have 2 rows with 5 ch-spaces in each A.2 and after the next 2 dc-rows there will be 2 rows with 6 ch-spaces in each A.2. Happy crocheting!

15.02.2018 - 09:13

country flag Suasn wrote:

Continued: 1. Do I start on the 3rd round in both A.3 and A.4 diagrams, is that what the arrows are meant for? 2. I am wondering WHAT is meant by *-* since there is only 1 * in Diagram A.3, or does *-* simply mean = 13 times on the round in A.3? 3. When the * Diagram A.3 row is complete, is THAT where I stop for Size S/M and do not complete A.4?

14.02.2018 - 19:44

DROPS Design answered:

Dear Susan, 1. you sstart both A.3 and A.4 on row with an arrow (= row 3 in diagram but row 1 in A.3/A.4). 2. You will repeat (A.3,A.4) around, ie when you have worked 1 time row 1 in A.3, A.4 in width, repeat row 1 in A.3, A.4 all the round, ie you will work alternately A.3 and A.4 to the end of round (first row 1, then row 2 etc...). 3. When A.4 has been worked 1 time in height (= 4 rows), repeat these 4 rows while continuing A.3 to the star (size S/M). In size S/M you don't work A.3 to the end but finish by the row with a star. Last row worked on A.4 will be then also the same = 1st ch-spaces row after the 2 dc-rows. Happy crocheting!

15.02.2018 - 09:09

country flag Susan wrote:

I have 5 more questions. I realize this step is for ALL sizes. However, I am having trouble with the following step: "Start on the 3rd round in the diagrams and work pattern as follows: Work * A.3, A.4 *, work from *-* a total of 13 times on the round. When A.4 has been completed in height, repeat the last 4 rounds in the diagram to finished length. When the round marked with a star in diagram A.3 has been completed, sizes S/M and L are finished. More to follow:

14.02.2018 - 19:42

country flag Charlotte Bækdahl wrote:

Efter diagram A1 skal man hækle en runde, hvor man laver ærmegab og tager ud. Men så skal man derefter følge A2, hvilket jeg ikke kan få til at passe. A2 starter, hvor A1 stopper, og der ser ikke ud til at være taget hensyn til den ekstra række med udtagelser og ærmegab. Række 1 i A2 svarer således ikke til det, der er hæklet, og jeg kan ikke komme videre.

03.02.2018 - 23:06

DROPS Design answered:

Hej Charlotte, de nye luftmasker erstatter de luftmasker du hoppede over, det vil sige du häkler nöjagtig som för men over de nye luftmasker istedet for dem du hoppede over. God fornöjelse!

12.02.2018 - 15:35

country flag Susan wrote:

I am making this for a preteen, she is not very big. I am wondering if I NEED to do the right and left sides? Can't I just do the main circle and of course finish the edge and the sleeves and call it perfect? I see in another circle pattern that there is not a right and left side on the pattern. I wish you'd post pictures the models holding out the sides so we could see them better. The photos are very helpful, this is my first circle. Thank you, Susan

28.01.2018 - 21:03

DROPS Design answered:

Dear Susan, the pattern pictured has been worked as written in the explanation, ie with extra rows for each front piece as shown in measurement chart. Feel free to adjust the pattern the way you'd like. Happy crocheting!

29.01.2018 - 10:03

country flag Katrina Yeager wrote:

Is this patttern written out long hand somewhere? I do not know how to read crocheting diagrams......it would be really helpful.

24.01.2018 - 06:06

DROPS Design answered:

Dear Mrs Yeager, there is only diagrams to this pattern. Start reading diagrams from the bottom corner on the right side and read from the right towards the left every round - you'll find symbol matching each stitch or group of stitches under diagram text. Happy crocheting!

24.01.2018 - 09:36