DROPS Brushed Alpaca Silk
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.97 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.82€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 159-22
DROPS design: Model nr. as-037
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maten:
Breedte: ongeveer 62 cm
Lengte: ongeveer 142 cm
Materiaal:
DROPS BRUSHED ALPACA SILK van Garnstudio
150 gr. kleur nr. 01, naturel

DROPS RONDBREINLD (60 of 80 cm) 5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 st x 33 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Brushed Alpaca Silk
DROPS Brushed Alpaca Silk
77% Alpaca, 23% Zijde
vanaf 2.97 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 17.82€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.
----------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet LOSJES 99 st op met rondbreinld 5 mm en Brushed Alpaca Silk. Brei 1 nld recht over alle st.
Brei dan volgens de telpatronen, begin aan de goede kant als volgt: A.1 (= 15 st), 21 ribbelst, A.2 (= 3 st), 21 ribbelst, A.2 (= 3 st), 21 ribbelst en eindig met A.3 (= 15 st). Als A.1/A.2/A.3 een keer in de hoogte zijn gebreid, herhaal dan steeds de laatste 10 nld van het telpatroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Brei tot een hoogte van ongeveer 142 cm (pas zo aan dat het na een 10e nld in het telpatroon is) en brei dan 1 nld recht over alle st. Kant losjes alle st af.

Telpatroon

symbols = r aan de goede kant, r aan de verkeerde kant
symbols = 2 r samen aan de goede kant, 2 r samen aan de verkeerde kant
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = kant deze st losjes af
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 159-22

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (54)

Martha Lindner wrote:

Should I start knitting the A.1 diagram from the bottom or from the top. Thanks a million.

11.05.2016 - 14:06

DROPS Design answered:

Dear Martha, you should start from the bottom diagram and read it from right to the left and up. See also How do I read the diagrams that come with the patterns? in our Lessons. Happy knitting!

11.05.2016 - 14:33

Martha Lindner wrote:

I finished A.1/A.2/A.3 (1) time vertically - then repeat the last 10 rows in diagram - meaning starting again with A.1 [16 sts.]/A.2/A.3. I finished with A.3 diagram (11 row [15 sts]). Should I start with Diagram A.3 [15 sts]. Please confirm. Thank you in advance for your help.

11.05.2016 - 13:56

DROPS Design answered:

Dear Mrs Lindner, when A.1,A.2 and A.3 have been worked 1 time in height, repeat them starting this time on row 2 in diagram (= to repeat the last 10 rows), ie: A.1 (= over 15 sts, you will have 16 sts at the end of 1st row), then A.2 (= 3 sts), A.3 (= 15 sts on 1st row)- the 10 last rows to repeat are those framed on the right side of each of them. Happy knitting!

11.05.2016 - 14:01

Adrien Reynolds wrote:

Having problems with this pattern. Have had several trial runs. The charts don't make things easier for me, prefer the old style written patterns. Can't find the video on your site, only help with stitch descriptions. What replaces the cast off stitches? I know I am a bit thick! Hope you can help. Adrien Reynolds.

17.01.2016 - 17:38

DROPS Design answered:

Dear Mrs Reynolds, the sts you will cast off on 9th row in A.1 are the sts you increased on row 1, 3, 5 and 7. Please click here to read more about diagrams. Happy knitting!

18.01.2016 - 14:41

country flag Monika wrote:

Liebes Drops Team, jetzt habe ich diesen schönen Schal auch schon mehrere Male angefangen... klar ist: die Hinreihe endet mit A3. Ich wende und in der Rückreihe beginne ich mit A3? Oder doch mit A1? Vielen Dank für die Antwort

15.01.2016 - 20:24

DROPS Design answered:

In der Rück-R müssen Sie die Diagramme wie begonnen weiterstricken, daher beginnt die Rück-R mit A.3.

23.01.2016 - 18:00

country flag Nicole Lelievre wrote:

Peut-on avoir le modèle écrit car je ne comprends pas les grilles.Merci

25.06.2015 - 01:39

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lelievre, vous trouverez ici toutes les explications à propos des diagrammes. Pour toute assistance complémentaire, vous pouvez poser votre question ici ou bien demander conseil à votre magasin DROPS qui pourra vous assister dans la réalisation de votre ouvrage. Bon tricot!

25.06.2015 - 10:46

country flag Steph wrote:

Hello. quand A1/A2/A3sont tricotés une fois en hauteur, je répète les 10 derniers rangs du diagramme : ok. Mais après, pour continuer, je dois répéter les 10 derniers rangs ou les 11 rangs du diagramme ?? Merci de votre aide.

02.06.2015 - 16:46

DROPS Design answered:

Bonjour Steph, après avoir tricoté 1 fois les diagrammes A.1/A.2 et A.3 en hauteur, reprenez au rang 2 des diagrammes et répétez ces 10 rangs - la hauteur finale se mesure après le 10ème rang du diagramme (= l'avant-dernier rang), tricotez alors le dernier rang à l'endroit et rabattez toutes les mailles. Bon tricot!

02.06.2015 - 17:00

country flag Birgit wrote:

Ich verstehe die Anleitung zu diesem schönen Schal überhaupt nicht, ich habe inzwischen das 6. Mal einen Anlauf genommen. Die Diagramme sollen doch nacheinander gestrickt werden. Also A1, A2, A3, gelesen von rechts nach links. Aber dann erhalte ich die gelochte Borte nur an einer Seite. Wie ist das gemeint, dass die Diagramme alle Hin- und Rückseiten zeigen, wie sie auf der Vorderseite erscheinen. Nehme ich auf der Hinreihe das Muster und auf der Rückreihe nur rechte Maschen?

30.05.2015 - 20:55

DROPS Design answered:

Alle Diagramme werden in einer R gestrickt, zuerst A.1, dann 21 M kraus re, dann in der Mitte A.2, dann 21 M kraus re, zum Schluss A.3. Wenn Sie sich die beiden Muster A.1 & A.3 anschauen, sehen Sie, dass sie gegengleich sind, somit haben Sie auf beiden Seiten die Zackenborte. Die Diagramme zeigen ALLE Hin- und Rück-REIHEN, nicht -SEITEN, das soll heißen, dass alle Musterreihen gezeichnet sind, und zwar so, wie sie auf der Vorderseite aussehen. Sie müssen jeweils die Anweisung zum Symbol beachten, nämlich, ob es sich um eine Hin- oder Rück-R handelt. Die erste R der Muster ist eine Hin-R. Sie muster also auch in Rück-R, d.h. Umschläge und M zusammenstricken.

30.05.2015 - 23:35

country flag Karin Neumann wrote:

Die Diagramme zeigen alle Hin- und Rück-R, wie sie auf der Vorderseite erscheinen. bei der zeichenerklärung jedoch ist genau das Gegenteil erklärt, z.b. hinreihe rechts, rückreihe auch rechts, obwohl lt. Diagramm auf der Vorderseite rechts erscheint

29.05.2015 - 21:49

DROPS Design answered:

Das Symbol bedeutet tatsächlich 1 M re in Hin-R, 1 M re in Rück-R, was ja kraus rechts entspricht, und so erscheint es auch auf das Vorderseite. Das Tuch wird kraus re gestrickt, auch die entsprechenden M des Zackenrandes. Die Symbole sind ja nicht übergreifend für alle Anleitungen gültig, sondern haben jeweils in jeder Anleitung ihre für diese Anleitung gültige Bedeutung. Hier in dieser Anleitung steht das Symbol nun für kraus re.

30.05.2015 - 11:12

country flag Ster wrote:

Beste, u schrijft: "Als A.1/A.2/A.3 een keer in de hoogte zijn gebreid, herhaal dan steeds de laatste 10 nld van het telpatroon." mijn vraag is: van welk telpatroon moeten steeds de laatste 10 nld herhaald worden? Kan je dit verduidelijken? Dank je wel voor je hulp.

28.05.2015 - 10:12

DROPS Design answered:

Hoi Ster. Je herhaalt de laatste 10 nld van alle drie (A.1, 2 en 3). De 10 nld zijn gemarkeerd op alle 3

28.05.2015 - 15:55

country flag Mette wrote:

Jeg er videre :) Veldig enkelt når man først forstår mønsterdiagrammet. Burde nok ha googlet "hvordan lese strikkemønster" først. For andre nybegynnere: "strikkediagrammer viser resultatet sett fra rettsiden av arbeidet, det skal leses i samme retning som en strikker. Dvs at diagrammet leses nedenfra og opp - og at en begynner første linje fra høyre mot venstre. (forutsetter at første pinne på strikketøyet er en rettpinne)

16.04.2015 - 13:38