DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale

Timeless Beauty

Gebreide DROPS trui in ribbelst met kantpatroon en ronde pas, wordt van boven naar beneden gebreid van ”BabyAlpaca Silk”. Maat: S - XXXL.

DROPS 160-7
DROPS design: Model nr. bs-081
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BABYALPACA SILK van Garnstudio
300-350-400-400-450-500 gr. kleur nr. 1306, poeder

DROPS RONDBREINLD (80 cm) 3 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst of 24 st keer 48 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (40 en 80 cm) 2,5 mm - voor de randen in ribbelst.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (in de rondte gebreid):
* brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*. 1 ribbel = 2 nld.

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.9. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid recht (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Wordt van boven naar beneden gebreid in de rondte op de rondbreinld. De nld begint middenachter. De mouwen worden heen en weer gebreid op de rondbreinld.

PAS:
Zet 120-128-144-148-148-164 st op met rondbreinld 2,5 mm en BabyAlpaca Silk. Brei 2 ribbels in RIBBELST in de rondte - zie uitleg boven. Brei nu PATROON A.1 en meerder TEGELIJKERTIJD in de 3e nld 18-20-30-32-32-34 st gelijkmatig - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN en meerder in de 11e nld 15-19-29-29-29-33 st gelijkmatig = 153-167-203-209-209-231 st. DENK OM DE STEKENVERHOUDING. Als A.1 in de hoogte is gebreid, ga dan verder in ribbelst en plaats 10 markeerders in het werk als volgt: brei de eerste 9-12-12-15-15-12 st, plaats een markeerder en plaats de volgende markeerders steeds met 15-16-20-20-20-23 st ertussen; na de laatste markeerder zijn er 9-11-11-14-14-12 st over.
Begin in de volgende nld met meerderen. Meerder afwisselend links en rechts van de markeerders (= 10 meerder). Meerder om de nld 0-2-0-3-7-7 keer, elke 4e nld 10-10-9-9-8-8 keer en elke 6e nld 5-5-7-7-7-8 keer = 303-337-363-399-429-461 st. Meerder in de volgende nld 8-4-10-2-4-10 st gelijkmatig = 311-341-373-401-433-471 st. Het werk meet ongeveer 19-20-21-22-23-24 cm. Brei nu als volgt: brei de eerste 45-50-55-60-66-74 st r (= helft van het achterpand), zet de volgende 66-72-76-80-84-88 st op een hulpdraad (= mouw), zet 10-10-10-12-12-12 nieuwe st op onder de mouw, brei de volgende 89-97-111-121-133-147 st (= voorpand), zet de volgende 66-72-76-80-84-88 st op een hulpdraad (= mouw), zet 10-10-10-12-12-12 nieuwe st op onder de mouw, brei de overgebleven 45-50-55-60-66-74 st (= andere helft van het achterpand).

LIJF:
Er zijn nu 199-217-241-265-289-319 st voor het lijf.
Ga nu verder met rondbreinld 3 mm. Brei dan als volgt: A.2, A.3 tot er 6 st over zijn, A.4. Als A.2-A.4 in de hoogte is gebreid, ga dan verder met A.5 (brei in de 7e nld de laatste st r). Ga verder met A.6, pas TEGELIJKERTIJD in de 1e nld het aantal st aan naar 204-216-240-264-288-324. Als A.6 in de hoogte is gebreid, ga dan verder met A.7 1 keer in de hoogte. Brei dan A.8 en meerder 4-8-8-8-8-4 st gelijkmatig in de 1e nld = 208-224-248-272-296-328 st.
Als A.X een keer in de hoogte is gebreid, herhaal dan A.X nog 0-0-0-0-1-1 keer en ga dan verder met de rest van A.8. Ga nu verder met A.7. Brei dan als volgt: A.2, A.3 tot er 6 st over zijn op de nld en meerder TEGELIJKERTIJD 3-5-5-5-5-3 st gelijkmatig in de 1e nld (over A.3), A.4 = 211-229-253-277-301-331 st. Brei nu A.7 0-0-1-1-0-0 keer in de hoogte (brei in de 5e nld de laatste st op de nld r).
Brei als het hele telpatroon in de hoogte is gebreid 2 nld in tricotst en meerder TEGELIJKERTIJD in de laatste nld 17-21-23-25-25-27 st gelijkmatig = 228-250-276-302-326-358 st. Ga verder met rondbreinld 2,5 mm en brei 2 cm in ribbelst. Kant af, afwisselend met 1 r en 1 av. Het werk meet ongeveer 54-55-58-59-65-66 cm.

MOUW:
Brei de mouw in RIBBELST heen en weer - zie uitleg boven – op de rondbreinld. Er zijn 66-72-76-80-84-88 st voor elke mouw. MEET NU DE WERK VAN HIER. Zet de st van de hulpdraad terug op de rondbreinld 2,5 mm en zet 6-6-6-7-7-7 nieuwe st op aan het einde van de volgende 2 nld = 78-84-88-94-98-102 st.
Minder als de mouw 4 cm meet 1 st naast de kant st aan elke kant van het werk door 2 r samen te breien. Herhaal dit minderen elke 1½-2-2½-3-3½-3½ cm nog 7-6-5-4-3-3 keer = 62-70-76-84-90-94 st. Brei bij een hoogte van 19 cm in alle maten als volgt: 1 kant st in ribbelst, A.9 tot er 1 st overblijft, 1 kant st in ribbelst. Als A.9 in de hoogte is gebreid, brei dan 1 ribbel. Kant losjes alle st af.
Brei nog een mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de onderarmnaden samen in de buitenste lusjes van de kant st. Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Telpatroon

symbols = r
symbols = av
symbols = 1 omsl, 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh, 1 omsl
symbols = 2 r samen, 1 omsl
symbols = 1 omsl, 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = nld met meerderingen: meerder st gelijkmatig – zie uitleg in patroon.
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Timeless Beauty

Eefje, Netherlands

Timeless Beauty

Margaret, France

Timeless Beauty New

Lyudmila, Russian Federation

Timeless Beauty - meine Version

Beierts Nadelspiel, Germany

Timeless Beauty #2 - fertig!

Beierts Nadelspiel, Germany

Laat een opmerking achter voor DROPS 160-7

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (93)

country flag Ulrike wrote:

Sorry, ich habe es verstanden. Ein Teil der Rundung wird ja Ärmel. Viele Grüße Ulrike

02.02.2020 - 15:25

country flag Ulrike wrote:

Ich habe den oben genannten Pullover angefangen. Beim Zunehmen komme ich bei meiner Größe XXL auf 433 Maschen. Bei einer Maschenprobe von 24 M = 10 cm kommt man damit auf 1,80 m Umfang. Das kann doch nicht stimmen. Was mache ich falsch? Vielen Dank im Voraus Ulrike

02.02.2020 - 14:59

DROPS Design answered:

Liebe Ulrike, der Pullover wird von oben nach unten gestricht, dh die 433 Maschen sind für den gesamten Umfang: Rückenteil, Ärmel, Vorderteil, Ärmel (siehe gepunktete Linie in der Maßskizze). Nach der Verteilung haben Sie nur noch 289 Maschen für Rumfpteil = ca 120 cm (= 2x 60 cm wie in der Maßskizze). Viel Spaß beim stricken!

03.02.2020 - 10:15

country flag Ursula Blohm wrote:

Ich verstehe leider die Interpretation von A.2 bis A.4 nicht. Strickt man zuerst A.2 hoch, dann A.3 und danach A.4 oder strickt man die 19 Maschen insgesamt von rechts nach links oder von links nach rechts ? Und was bedeutet A.2, A.3 stricken bis noch 6 Maschen übrig sind ? Was geschieht mit denen ? Vielen Dank für Eure Hilfe im voraus

07.01.2020 - 23:38

DROPS Design answered:

Liebe Frau Blohm, wenn Sie A.2 bis A4 stricken sollen Sie die Diagramme so arbeiten: A.2 über die ersten 7 Maschen der Runde, dann wiederholen Sie die 6 Maschen von A.3 bis 6 Maschen am Ende der Runde bleiben, und jetzt stricken Sie A.4 über diese 6 letzten Maschen. Viel Spaß beim stricken!

08.01.2020 - 09:10

country flag Liz wrote:

Hello, I really love this pattern but would like a smaller neckline for size medium. Currently it is about 23cm based on your diagram and I would like to reduce it to about 16 or 17cm. How many stitches should I cast on and how can I adjust the increases to accommodate the change? Thank you!

31.12.2019 - 20:11

DROPS Design answered:

Dear Liz, we are unfortunately not able to adjust every pattern to every single request. For any individual assistance please contact your DROPS store, even per mail or telephone. Happy knitting!

02.01.2020 - 14:14

country flag Lorinda wrote:

I am at diagram A.9 for the sleeves. Because the sleeves are knitted flat, are the rows in the diagram only for when I knit on the right side of the work or is this diagram for every row no matter right side or wrong?

28.12.2019 - 14:29

DROPS Design answered:

Dear Lorinda, start working A.9 from the right side, so that the eyelet rows will be worked from RS. Read diagram from the right towards the left from RS and from the left towards the right from WS. Read more about diagrams here. Happy knitting!

02.01.2020 - 12:32

country flag Lorinda wrote:

Hello, I am just finishing the yoke of this pattern and saw your answer to a question regarding how to work diagram A.2-A.4. The first row of that group of diagrams has a star indicating it is an increase row. But I dont see any instruction on what to increase. Is that only for the second time I knit A.2, A.3 and increase to 229 sts. For the size M I am knitting? There is no increase the first time I kn it these diagrams?

11.12.2019 - 13:03

DROPS Design answered:

Dear Lorinda, that's right, the only increase you will work in A.2-A.4 is when you will increase 5 sts to adjust to 229 sts in size M. Happy knitting!

11.12.2019 - 13:09

country flag Maria wrote:

Jag undrar över minskningen på ärmen. I texten står det ”När ärmen mäter 4 cm minskas det 1 m innanför 1 kantm i varje sida genom att sticka 2 m räta tills.” På bilden ser det ut som minskningen ska ligga på ärmens ovansida. Vad menas med minskning i varje sida? Vänliga hälsningar Maria

19.08.2019 - 20:56

DROPS Design answered:

Hej Maria. Minskningarna hamnar på undersidan av ärmen (när ärmen sedan sytts ihop). Du minskar 1 maska i varje sida på ärmen innanför 1 kantmaska (dvs 2 minskade maskor per varv). Lycka till!

20.08.2019 - 08:56

country flag Deb wrote:

Perfetto, grazie mille!!

02.06.2019 - 14:01

country flag Deb wrote:

Buongiorno, vorrei lavorare questo modello con una alzata sul dietro, come posso procedere? grazie mille!

28.05.2019 - 16:11

DROPS Design answered:

Buongiorno Deb. Dovrebbe lavorare qualche ferro accorciato sul dietro, nei primi giri. Può provare a vedere se c'è qualche altro modello simile che preveda già un'alzata (per esempio questo modello), oppure chiedere aiuto al suo rivenditore Drops di fiducia. Buon lavoro!

28.05.2019 - 16:44

country flag Barbara wrote:

Salve sono arrivata al davanti e dietro con 241 maglie che non sono divisibili per 19 quindi devo lavorare i diagrammi A2A3 poi A2 A3 per tutto il giro e solamente nelle ultime maglie 7 e non 6 il diagramma A4 . Grazie per l a risposta

02.04.2019 - 07:05

DROPS Design answered:

Buongiorno Barbara. Lavora il diagramma A2 (7 maglie), poi ripete il diagramma A3 38 volte (quindi sulle 38 x 6 = 228 maglie successive) e il diagramma A3 sulle ultime 6 maglie. In tutto 7 + 228 +6 = 241 maglie. Buon lavoro!

02.04.2019 - 08:32