DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 50.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Yesterday

Gehaakte DROPS trui met kantpatroon, ronde pas en losse kraag van ”Merino Extra Fine”. Maat: S - XXXL.

DROPS 156-18
DROPS design: Model nr. me-071
Garengroep B
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS MERINO EXTRA FINE van Garnstudio
700-800-850-950-1000-1100 gr (incl. losse kraag) kleur nr. 15, licht grijsgroen
(De kraag alleen weegt ongeveer 100 gr)

DROPS HAAKNLD 4,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 16 stk x 9 toeren = 10 x 10 cm, of A.2 = 2,5 cm breed.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 50.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1-A.4.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang het eerste stk elke toer door 3 l. Vervang de eerste v elke toer door 1 l.
Eindig elke stk toer met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. Eindig elke v toer met 1 hv in de 1e l op de toer.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 2 stk te haken in 1 stk, eerst aan een kant van alle markeerders op de toer, de volgende keer aan de andere kant van alle markeerders op de toer, ga verder met afwisselend meerderen.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Haak 1 stk maar wacht met de laatste doorhaling (= 2 lussen op de haaknaald), haak dan het volgende stk maar haal bij de laatste doorhaling de draad door alle lussen op de haak = 1 st geminderd.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Het werk wordt van boven naar beneden gehaakt, in de rondte vanaf middenachter.
Haak 93-98-103-113-118-128 l met haaknld 4,5 mm en Merino Extra Fine en vorm een ring met 1 hv in de eerste l. Haak de volgende toer als volgt: 1 l, 1 v in de eerste l, 1 v in elke van de volgende 2 l, * sla 1 l over, 1 v in elke van de volgende 4 l *, herhaal van *-* = 76-80-84-92-96-104 v – LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN.
Haak dan een ronding op het achterpand voor de hals als volgt:
TOER 1 (= goede kant): begin middenachter, haak 1 l, 1 v in de 1e v, * 1 l, sla 1 v over, 1 v in volgende v *, herhaal van *-* langs de hals en plaats TEGELIJKERTIJD 1 markeerder na 38-40-42-46-48-52 st (= middenvoor), keer het werk.
TOER 2 (= verkeerde kant): kaak 1 v in elke l en 1 l boven elke v langs de hals tot er 28-30-32-36-38-42 st over zijn voor de markeerder, keer het werk.
TOER 3: haak 1 v in elke l en 1 l boven elke v tot er 28-30-32-36-38-42 st over zijn voor de markeerder, keer het werk.
TOER 4: haak 1 v in elke l en 1 l boven elke v langs de hals tot er 22-24-26-30-32-36 st over zijn voor de markeerder, keer het werk.
TOER 5: haak 1 v in elke l en 1 l boven elke v langs de hals tot er 22-24-26-30-32-36 st over zijn voor de markeerder, keer het werk.
TOER 6: haak 1 v in elke l en 1 l boven elke v langs de hals tot er 16-18-20-24-26-30 st over zijn voor de markeerder, keer het werk.
TOER 7: haak 1 v in elke l en 1 l boven elke v tot 16-18-20-24-26-30 st over zijn voor de markeerder, keer en haak de teruggaande toer tot middenachter.

Haak dan in de ronde met stk en plaats TEGELIJKERTIJD in de 1e toer 19-20-21-23-24-26 markeerders in het werk als volgt: Plaats de 1e markeerder aan het begin van de toer (= middenachter), plaats dan 18-19-20-22-23-25 markeerders met steeds 4 stk ertussen; na de laatste markeerder zijn er nog 4 stk. Haak in de rondte met stk en meerder TEGELIJKERTIJD 1 stk bij alle markeerders als volgt: meerder om de toer 5-6-6-5-5-6 keer, en elke 4e toer 2-2-2-3-3-3 keer - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN = 209-240-252-276-288-338 stk. Haak een toer en meerder TEGELIJKERTIJD 14-7-7-7-19-5 stk gelijkmatig = 223-247-259-283-307-343 stk. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Haak op de volgende toer als volgt vanaf middenachter: 30-34-37-41-45-52 stk, 8 l (onder de mouw), sla 52-56-56-60-64-68 stk van de vorige toer over (deze worden later gebruikt voor de mouw), 60-68-74-82-90-104 stk (voorpand), 8 l (onder de mouw), sla 52-56-56-60-64-68 stk van de vorige toer over (deze worden later gebruikt voor de mouw) en 29-33-36-40-44-51 stk = 135-151-163-179-195-223 stk/l. Plaats een markeerder, MEET NU HET WERK VANAF HIER! Haak 1 stk in elk stk/l en minder TEGELIJKERTIJD 8-8-8-12-12-12 st gelijkmatig – LEES TIP VOOR HET MINDEREN = 127-143-155-167-183-211 stk.

Ga verder en haak als volgt: haak A.1, A.2 30-34-37-40-44-51 keer in totaal in de rondte en eindig met A.3. Ga zo verder in patroon. Als A.1-A.3 een keer in de hoogte zijn gehaakt, herhaal dan A.4 in de hoogte tot het werk klaar is.

Haak tot een hoogte van 14-14-14-15-15-15 cm vanaf de markeerder, pas zo aan dat de volgende toer een laatste toer in A.4 is en meerder dan 1 herhaling van A.2 in de 8e-9e-9e-10e-11e-13e herhaling in de l-lus als volgt: haak 2 l, 1 v in de l-lus, 2 l, 1 stk in dezelfde l-lus, 2 l, 1 v in dezelfde l-lus. Haak 14-16-19-20-22-25 patroonherhalingen van A.2, meerder in de volgende herhaling van A.2 op dezelfde manier. Ga dan verder als hiervoor = 32-36-39-42-46-53 patroonherhalingen van A.2 in de rondte. Hecht af bij een hoogte van 34-34-36-35-37-37 cm vanaf de markeerder, pas zo aan dat u eindigt met de een na laatste toer van A.4 - het werk meet 56-58-60-62-64-66 cm in totaal.

MOUW:
Mouw wordt in de rondte gehaakt, van boven naar beneden. Plaats een markeerder, MEET NU HET WERK VANAF HIER! Begin met haken midden onder de mouw als volgt: haak 1 v in de 5e l van de 8 l gehaakt in het armsgat op het lijf, 3 l (= 1 stk), haak 1 stk in elke van de volgende 3 l, 1 stk in elk stk over mouw, haak dan 1 stk in elke van de overgebleven 4 l onder de mouw = 60-64-64-68-72-76 stk. Plaats 1 markeerder midden onder de mouw.
Ga verder en haak als volgt: 1 stk in elk van de eerste 11-11-11-13-13-15 stk en minder TEGELIJKERTIJD 1 stk (= 10-10-10-12-12-14 stk), A.1, 8-9-9-9-10-10 keer A.2 in de breedte, A.3, haak 1 stk in elk van de laatste 10-10-10-12-12-14 stk. Ga verder met 1 stk in elk van de 20-20-20-24-24-28 stk midden onder de mouw en A.1-A.3 over de mouw. Als A.1-A.3 een keer in de hoogte is gehaakt, herhaal dan A.4 in de hoogte tot het werk klaar is. Ga verder in dit patroon en minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 4 cm 1 stk aan elke kant van de markeerder - denk om de TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal dit minderen elke 3½-3½-3½-2½-2½-2 cm nog 9-9-9-11-11-13 keer. Haak nu alleen A.1-A.3 over de mouw. Hecht af als de mouw 43½-42½-42½-39½-40-38 cm meet – pas zo aan dat u eindigt met een een na laatste toer in A.4 – LET OP – minder cm voor de grotere maten, want deze hebben bredere schouders.
Haak de andere mouw op dezelfde manier.

LOSSE KRAAG:
Wordt in de rondte gehaakt.
Haak 99 l met haaknld 4,5 mm en Merino Extra Fine en vorm een ring met 1 hv in 1e l.
Haak dan de 3e toer in A.1, de 3e toer in A.2 23 keer en de 3e toer in A.3. Herhaal A.4 in de hoogte tot het werk klaar is. Meerder tot een hoogte van 8 cm - pas zo aan dat de volgende toer de laatste toer in A.4 is – en meerder 1 herhaling van A.2 aan elke kant van het werk als volgt: haak A.1, haak dan de eerste A.2 als volgt: haak 2 l, 1 v in de l-lus, 2 l, 1 stk in dezelfde l-lus, 2 l, 1 v in dezelfde l-lus. Haak als hiervoor tot er 1 herhaling van A.2 overblijft voor A.3 en meerder in de volgende herhaling van A.2 op dezelfde manier. Haak dan als hiervoor (= 25 patroonherhalingen van A.2 in de breedte) tot het werk ongeveer 20 cm meet, pas zo aan dat u eindigt met de een na laatste toer van A.4. Hecht af.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 19.11.2020
Correctie: LOSSE KRAAG:
Wordt in de rondte gehaakt.
Haak 99 l met haaknld 4,5 mm en Merino Extra Fine en vorm een ring met 1 hv in 1e l.
Haak 1 l, 1 v in de eerste l, 2 l, sla 2 l over, 1 stk in volgende l, * sla 2 l over, 1 v in volgende l, sla 2 l over, 1 stk in de volgende l *, herhaal van *-* 15 keer, sla 2 l over, 1 v in de laatste l, eindig met 1 hv in de 1e l op de toer.Haak dan de 3e toer in A.1, de 3e toer in A.2 23 keer en de 3e toer in A.3. Herhaal A.4 in de hoogte tot het werk klaar is...

Telpatroon

symbols = losse (l) - LET OP: als de losse aan het eind van de haak wordt gemaakt, wordt hij te strak. 1 losse zou dezelfde lengte moeten hebben als de breedte van een vaste
symbols = vaste (v)
symbols = stokje (st) in de steek
symbols = 1 halve vaste (hv) in de 3e/1e losse aan het begin van de toer
symbols = stokje om de steek
symbols = haak 3 stokjes in 1 stokje in dezelfde steek als volgt: Haak 1 stokje, maar wacht met de laatste doorhaling (= 2 draden op de haak), haak 1 stokje op dezelfde manier, haak dan het volgende stokje, maar op de laatste doorhaling, haalt u het garen door alle steken op de haaknaald.
symbols = 1e toer wordt uitgelegd in het patroon
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 156-18

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (68)

country flag Ivana wrote:

Vorrei sapere alla fine della riga 5 quanti punti in totale devono rimanere. Io ho la taglia XL e mi restano 92 punti ma riesco a mettere solo 19 segnapunti. Grazie

05.01.2021 - 11:24

DROPS Design answered:

Buongiorno Ivana, durante la lavorazione dei ferri accorciati non varia il numero di maglie. Buon lavoro!

05.01.2021 - 11:37

country flag Leeuwerink wrote:

Ik zie dat de vraag al eerder is gesteld maar zie geen antwoord. Mijn probleem doet zich voor bij het haken van de losse kraag. Bij de tweede toer wordt de kraag heel smal. Wat doe ik fout? Hoor graag. Groet Josine Leeuwerink

22.07.2020 - 13:15

DROPS Design answered:

Dag Leeuwerink,

Er stond een fout in het patroon bij de kraag; dat is nu aangepast. Na het sluiten van de ring van lossen begin je gelijk met de 3e toer in het telpatroon.

19.11.2020 - 12:09

country flag Kim wrote:

I figured out the answer to my previous question, but I am having trouble understanding the increase every other round 6 times and every 4th round 2 times. How do I do that?

28.09.2019 - 03:06

DROPS Design answered:

Dear Kim, you will work as follows: 1 round with increases, 1 round without increases; repeat these 2 rounds a total of 5 times, then work 1 round with increases (= every other round 6 times), and then work 3 rounds without increases, work 1 round with increases and repeat these 4 rounds a total of 2 times (= every 4th round 2 times). Happy crocheting!

30.09.2019 - 08:30

country flag Kim wrote:

In the very beginning on the repeat it says skip ch1, 1sc in each of the next 4sc. Am I doing a ch 1 between the sets of 4sc or am I just skipping a stitch? Also when I am counting the stitches in round 1 to place my marker, am I counting the ch 1 as a stitch or just the sc?

27.09.2019 - 21:56

DROPS Design answered:

Dear Kim, the fundation chain is most ofen tighter than the first row so that you first cast on more chain stitches and skip some chains evenly on first row to get the correct number of stitches (and width) - if your chain stitches are large enough (as 1 sc) you can then cast on the number of stitches required on first row. Happy crocheting!

30.09.2019 - 08:19

country flag Petra wrote:

Ik ben nu al voor de 3e x begonnen aan toer 1-7. Ik zet en steekmarkeerder op st 36. Dan keer ik het werk tot ik weer 36 st heb voor de markeerder. Keer weer het werk tot 30 st voor de markeerder. Nu krijg ik als ik doorga aan 1 kant en verhoging een aan de andere zijde loopt de toer schuin af. Klopt dit, vindt het er beetje vreemd uitzien.

14.07.2019 - 19:40

DROPS Design answered:

Dag Petra

Als het goed is haak je aan beide kanten 2 keer tot er 36 steken over zijn en aan beide kanten 1 keer tot er 30 steken over zijn voor de markeerdraad midden voor, voordat je keert en terug haakt. Dan zou het toch aan beide kanten gelijk moeten zijn?

15.07.2019 - 14:39

country flag Audrey Duchene wrote:

Oui j’ai le bon échantillon. Mais si je fais comme vous au 1er tour il est impossible de passer la tête. J’ai déjà réalisé le pull et tout convient. Je ne vois pas pourquoi ça changerai pour le tout de cou alors que j’utilise le même crochet et la même laine.

19.02.2019 - 10:44

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Duchene, votre remarque va être transmise à nos stylistes, essayez d'ajouter quelques mailles en l'air dès le départ pour ajuster le col la la largeur souhaitée (4 mailles en plus par motif de A.2 en largeur en plus). Bon crochet!

19.02.2019 - 12:36

country flag Audrey Duchene wrote:

Bonjour. Je ne comprends pas pour le col. J’ai suivi vos explications et rien que pour le début ça ne va pas. J’ai dû rajouter 2ml entre chaque br et chaque ms pour avoir la largeur nécessaire pour passer la tête. J’ai fait l’augmentation nécessaire à 8cm et continuer jusqu’à ce que le col fasse 20cm. Mais je n’ai pas cet effet large comme sur votre photo. Faut il faire d’autres augmentations? Merci de votre aide

18.02.2019 - 16:21

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Duchene, avez-vous bien le bon échantillon? Vous devez avoir 16 brides = 10 cm de large, et ainsi un total de 15 motifs en largeur (15 x A.2) + A.1 et A.3. Le tour de cou sera plus serré en haut (côté visage) et plus large en bas. Bon crochet!

19.02.2019 - 08:59

country flag Alice wrote:

Salve. È possibile che per fare questa maglia ci vogliono ben 850gr di lana per una taglia L? Ho già fatto un'altra maglia, nemmeno 500gr, e un cardigan, che non arriva ai 700gr. Mi sembrano eccessivi 850gr...o è a "causa" del motivo che viene un tale peso? Grazie

02.12.2017 - 18:37

DROPS Design answered:

Buongiorno Alice. La quantità di lana indicata comprende anche la lana necessaria per realizzare il collo staccato, che di fatto è uno scaldacollo. Buon lavoro!

02.12.2017 - 19:54

Angela Gibson wrote:

Hi, are there any corrections for this lovely design yet? For Rows 2-7 it would be far easier to put markers in foundation row & just say how many stitches to make than to count backwards from a marker (which does not specify if front or back even).

20.07.2017 - 10:44

DROPS Design answered:

Dear Mrs Gibson, there are no correction to this pattern. You are working lace pattern in the round, A.1 shows how to start the rounds, repeat then A.2 and finish with A.3 - feel free to add as many markers as you need to be sure lace pattern works in the round. After diagram has been worked 1 time in height, repeat A.4 in height. Happy crocheting!

20.07.2017 - 15:19

country flag Anna Hayward wrote:

The instructions for the sleeves make no sense, bearing in mind that the sleeves are worked in an openwork pattern. Decreasing one treble in a row (as instructed) is not possible. Instead, I had to calculate how to decrease sections of the pattern every few rows, to shape the sleeve.

18.06.2017 - 14:10

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hayward, you are working tr mid under arm (= 20-24-28 tr (see your size) mid under arm) and lace pattern on remaining sts around, so that you can dec the tr mid under arm without decreasing lace pattern. Happy crocheting!

19.06.2017 - 09:12