DROPS Big Delight
DROPS Big Delight
100% wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale
DROPS 156-42
DROPS design: Model nr. db-035
Garengroep C of A en A
-----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL – XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BIG DELIGHT van Garnstudio
400-500-500-600-600-700 gr. kleur nr. 02, zomerheide

DROPS HAAKNLD 5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van ongeveer 3 keer (1 stk en 3 l) in de breedte en 7 toeren = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Big Delight
DROPS Big Delight
100% wol
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatroon A.1.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 herhaling (= 1 stk en 3 l) door geen l te haken, maar haak 2 stk in 1 stk als volgt:
Haak 1 stk maar wacht met de laatste doorhaling (= 2 lussen op de haak), haak dan het volgend stk maar haal bij de laatste doorhaling de draad door alle lussen op de haak.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gehaakt vanuit middenachter op het achterpand.
Haak 6 l met haaknld 5 mm en Big Delight en vorm een ring met 1 hv in de eerste l.
Haak volgens telpatroon A.1, dus haak als volgt:
TOER 1: haak 3 l, 13 stk in de l-ring, eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer.
TOER 2: 5 l, sla 1 stk over, 1 stk in volgend stk, * 2 l, 1 stk in volgend stk *, herhaal van *-* de hele toer, eindig met 2 l = 12 stk en 2 l.
TOER 3: haak nu de cirkel tot een vierkant, dus haak als volgt: haak 3 stk en 3 l en 3 stk (= hoek) in de eerste l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, * 3 stk en 3 l en 3 stk (= hoek) in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l *, herhaal van *-* 3 keer in totaal, 1 stk in de volgende l-lus (= laatste 2 l van de vorige toer), 3 l.
TOER 4: haak 3 stk en 3 l en 3 stk (= hoek) in de eerste l-lus, * 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 3 stk en 3 l en 3 stk (= hoek) in de volgende l-lus *, herhaal van *-* 3 keer in totaal, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l, 1 stk in de volgende l-lus, 3 l. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Herhaal de 4e toer met meerderingen, dus haak 1 stk en 3 l meer tussen elke hoek elke toer (= 4 meerderingen per toer) en meerder TEGELIJKERTIJD elke 6e toer 1 stk en 3 l extra aan elke kant van elke hoek – zie ster in het telpatroon (= 8 extra meerderingen per toer). Ga zo verder tot het vierkant de volgende afmetingen heeft: 36-38-40-42-44-46 cm x 36-38-40-42-44-46 cm.
Haak nu de armsgaten als volgt: haak als hiervoor tot de eerste hoek, haak 3 stk en 3 l en 3 stk in de l-lus in de hoek. Haak nu l tot het midden van de volgende kant (dus in het midden tussen de 1e en 2e hoek) als volgt:
Haak 1 l voor elke overgeslagen l/stk. Haak dan in patroon als hiervoor tot het midden tussen de 3e en 4e hoek. Haak nu l tot het begin van de toer als volgt: haak 1 l voor elke overgeslagen l/stk. Haak op de volgende toer in patroon en meerder als hiervoor over alle st, ook in de l voor de armsgaten.
Ga zo verder tot het vierkant meet: 78-80-82-84-86-88 cm x 78-80-82-84-86-88 cm (dus 21 cm in alle maten vanaf het armsgat). Hecht af.

VOORPAND:
Haak nu heen en weer tussen de eerste en tweede hoek. LET OP! Haak het voorpand zonder te meerderen.
TOER 1: Haak vanaf de eerste hoek als volgt: 3 stk in l-lus in de hoek, * 3 l, 1 stk in l-lus *, herhaal *-* en eindig met 3 l en 3 stk in l-lus in de hoek.
TOER 2: Keer en haak terug als volgt: 1 stk in de eerste 3 stk, * 1 stk in l-lus, 3 l *, herhaal *-* en eindig met 1 stk in laatste l-lus en 1 stk in de laatste 3 l.
TOER 3: Keer en haak terug als volgt: * 1 stk in de eerste 3 stk, * 3 l, 1 stk in l-lus *, herhaal *-* en eindig met 3 l en 1 st in de laatste 3 stk.
Herhaal steeds toer 2 en 3 en ga zo verder tot er 19-20-21-22-23-24 cm zijn gehaakt heen en weer en hecht dan af. Herhaal aan de andere kant, haak heen en weer van de derde tot de vierde hoek.


MOUW:
Haak in de rondte, van boven naar beneden vanuit het armsgat, begin vanaf midden onder de mouw aan de goede kant.
TOER 1: haak 6 l (= 1 stk en 3 l), * 1 stk in de volgende l-lus, 3 l *, herhaal van *-* 16-17-18-19-20-21 keer in totaal en eindig met 1 hv in 3e l.
TOER 2: haak 5 l, * 1 stk in de volgende l-lus, 3 l *, herhaal van *-* 16-17-18-19-20-21 keer in totaal, haak 1 l, eindig met 1 hv in de 3e l aan het begin van de toer.
Herhaal de 1e en 2e TOER - minder TEGELIJKERTIJD 1 stk en 3 l aan het begin van e 4e-6e-6e-8e-8e-6e toer door 2 stk samen te haken – LEES TIP VOOR HET MINDEREN – midden onder de mouw. Herhaal dit minderen elke 6e-6e-6e-4e-4e-4e toer = 12-12-13-13-14-14 stk. Herhaal toeren zonder te minderen tot de mouw ongeveer 56 cm meet voor alle maten. Hecht af. Haak nog een mouw.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 02.10.2014
Onder VOORPAND: Haak nu heen en weer tussen de eerste en tweede hoek. LET OP! Haak het voorpand zonder te meerderen.
TOER 1: Haak vanaf de eerste hoek als volgt: 3 stk in l-lus in de hoek, * 3 l, 1 stk in l-lus *, herhaal *-* en eindig met 3 l en 3 stk in l-lus in de hoek.
TOER 2: Keer en haak terug als volgt: 1 stk in de eerste 3 stk, * 1 stk in l-lus, 3 l *, herhaal *-* en eindig met 1 stk in laatste l-lus en 1 stk in de laatste 3 l.
TOER 3: Keer en haak terug als volgt: * 1 stk in de eerste 3 stk, * 3 l, 1 stk in l-lus *, herhaal *-* en eindig met 3 l en 1 st in de laatste 3 stk.
Herhaal steeds toer 2 en 3 en ga zo verder tot er 19-20-21-22-23-24 cm zijn gehaakt heen en weer en hecht dan af. Herhaal aan de andere kant, haak heen en weer van de derde tot de vierde hoek.

Telpatroon

symbols = l
symbols = hv
symbols = stk in st eronder
symbols = stk in l-lus eronder
symbols = 4e TOER
symbols = hoek nr.
symbols = meerder hier 1 extra stk en 3 l in l-lus elke 6e toer
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 156-42

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (128)

country flag Loele Van Den Bergh wrote:

Kan iemand mij uitleggen hoe de mouwen gehaakt worden. Ik begrijp het principe wel, maar als ik op de goede kant haak en met de 5 losse de nieuwe toeren begin loopt de hele mindering gedraaid over de voorkant van de mouw. Ik heb overigens ook meer losse bogen dan aangegeven in het patroon. Dit kan ik oplossen door midden onder te minderen maar hoe voorkom ik dat het begin van de rondes over de mouw lopen?

03.01.2016 - 18:02

DROPS Design answered:

Hoi Loele. Je moet ervoor zorgen, dat de minderingen steeds op dezelfde plek worden gemaakt. Het lijkt dat je de minderingen op de toer opschuift waardoor ze zich verplaatsen en het mouw "draait". Ik zou ook kijken of je het patroon volgt zodat er niet steeds meer bogen komen.

05.01.2016 - 15:39

country flag Yvonne Pottgießer-Bündgen wrote:

Meine Frage vom 20.12.15 wurde leider noch nicht beantwortet. Darf ich mich nochmal in Erinnerung rufen? Vielen Dank.

30.12.2015 - 17:33

DROPS Design answered:

Sie müssen bis zur Mitte einer Seite des Quadrats häkeln, Sie häkeln also die Hälfte dieser Seite, dann überspringen Sie den Rest der Seite (also die andere Hälfte), indem Sie statt der Maschen die entsprechende Anzahl an Luftmaschen häkeln. Die Ecke häkeln Sie dann wieder normal und wiederholen das Ganze dann an der gegenüberliegenden Seite. Die Armausschnitte umfassen also jeweils die Hälfte einer Seite.

05.01.2016 - 19:18

country flag Christine Hohenstein wrote:

Are any further questions being answered????? I have a customer waiting on this item to be made. Can someone else help me if the creator isnt available to help me?

29.12.2015 - 16:55

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hohenstein, please find answer below and thank you very much for your patience. Happy crocheting!

02.01.2016 - 15:17

country flag Christine Hohenstein wrote:

I am so confused as to how to do the sleeve. I got the first corner done. But from there I do not understand the written instructions I have also read many comments and answers and am still confused is there anyway that you can try and in a very simple way explain how to do the first side including the first sleeve? Please and thank you

27.12.2015 - 21:39

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hohenstein, to shape armholes, work to 1st corner, work 3 dc+3ch+3 dc in corner, then you will work a chain to shape the hole for the sleeve as follows: count number of sts from the 1st corner to the middle of side between 1st and 2nd corner and chain this number of sts, continue working as before from middle of this side to 2nd corner, continue as before to the 3rd corner, then work as before from the corner to the mid of side between 3rd and 4th corner, you will now skip the next sts to the 4th corner and replace these skipped sts by a chain of the number of skipped sts. Finish round as before. Happy crocheting!

02.01.2016 - 14:19

country flag Yvonne Pottgießer-Bündgen wrote:

Ich habe Probleme mit den Ärmelausschnitten. Verstehe ich das richtig, dass ich ein Stäbchen gehäkelt habe, dann 3 Lfm + nochmal 3 Lfm um das nächste Stb.zu überspringen,dann wieder 3 Lfm und das nächste Stb häkele? Wenn ja, wie wiederhole ich dass in der nächsten Runde? Verdoppele ich die Lfm zum überspringen, da ja auch der Luftmaschenbogen breiter ist? Ich hoffe, ich habe mich einigermaßen verständlich ausgedrückt. Vielen Dank.

20.12.2015 - 18:15

DROPS Design answered:

Antwort siehe oben!

25.01.2016 - 11:09

country flag Tara wrote:

Sorry, I wasn't talking about the armholes, but the sides. It's under the "Front Piece" section of the pattern.

18.11.2015 - 02:35

DROPS Design answered:

Dear Tara and sorry, my mistake - the 2nd front piece is worked as you did for the first side but this time crochet between the 3rd and 4th corner (seen from RS): crochet row 1 starting in the 3rd corner and finishing in the 4th corner. Happy crocheting!

18.11.2015 - 09:44

country flag Tara wrote:

This is under the Front section: Repeat on the other side, now work back and forth from third to fourth corner. So am I working this on 3 out of 4 sides? If so, on the bottom side, do I go all the way to the front corners or just the middle to connect the sides (which would not make the sides any longer in front)? I hope this makes sense. I appreciate the help!

17.11.2015 - 14:32

DROPS Design answered:

Dear Tara, first armhole is worked between 1st corner and middle of side before 2nd corner, 2nd armhole is worked from middle of side after 3rd corner (work to the middle of the side as before) to the 4th corner (ch same number of ch you crocheted for 1st armhole and skip same number of sts as for 1st armhole). Happy crocheting!

17.11.2015 - 16:39

country flag Tara wrote:

I have read through all the comments and I am confused on Lauren's question. She said that on the 4th side there is an extra DC + 3ch but you said there should not be. However, in the diagram if you count the DC lines it shows 4 on the 4th side and 3 on the other side. When does this get straightened out to be an equal number of DC's on each side? Thanks in advance.

11.11.2015 - 03:10

DROPS Design answered:

Dear Tara, your question has been forwarded. Thank you in advance for your patience and comprehension.

12.11.2015 - 09:49

Helen Watt wrote:

Hi there! I would like some clarification regarding the increase on the body after the chain for the armhole. The pattern reads"On next round work pattern and inc as before OVER ALL STS, also in ch for armholes." To increase over all sts would make the garment very large? I assume this is incorrect and the increase is the same as previous to the making the armhole. Therefore increasing every 6th row? I just want to make sure that this is correct.

05.11.2015 - 10:06

DROPS Design answered:

Dear Mrs Watt, yes that's correct, you continue as before and increase as you did before (= continue increasing every 6h row). Happy crocheting!

05.11.2015 - 10:27

country flag Sarah wrote:

I am not sure what to do on round 5, it says to increase on each corner, which is a total of 4 increases? Correct? Where do i increase and do i still do the extra treble and chain 3 in the last chain space?

01.11.2015 - 17:42

DROPS Design answered:

Dear Sarah, on round 5 continue as before (there will be 3 ch, 1 tr more between corners), and on round 6 start inc with 1 tr + 3 ch more in every place with a star in the diagram. Happy crocheting!

02.11.2015 - 09:22