-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
Dit patroon is gecorrigeerd. Klik hier om de correcties te bekijken.
= 1 v |
|
= 1 l |
|
= 1 stk |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Camille |
||||||||||
|
||||||||||
Gehaakt babymutsje met waaierpatroon in DROPS BabyAlpaca Silk. Maat prematuur tot 4 jaar.
DROPS Baby 25-14 |
||||||||||
INFORMATIE VOOR HET HAKEN: Vervang eerste v aan begin van elke v toer door 1 l, eindig toer met 1 v in 3e l van begin van vorige toer. Vervang eerste stk aan begin van elke stk toer door 3 l, eindig toer met 1 stk in l van begin van vorige toer. STRUCTUURPATROON: * 1 toer v (aan de verkeerde kant), 1 toer stk (aan de goede kant) *, herhaal van *-* (1 toer v en 1 toer stk = 1 toer in structuurpatroon). TIP VOOR HET MEERDEREN: Meerder 1 v/stk door 2 v/stk in dezelfde st te haken. PATROON: Zie telpatroon A.1. ---------------------------------------------------------- MUTSJE: Wordt eerst in de rondte gehaakt vanaf middenachter en haak dan heen en weer over het hoofd. Haak 4 l met haaknld 3.5 mm en poeder en vorm een ring met 1 hv in eerste l. TOER 1: LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak 12 stk in l-ring. TOER 2: haak 1 v in elk stk = 12 v. TOER 3: haak 2 stk in elke v = 24 stk. TOER 4: haak 1 v in elk stk = 24 v. TOER 5: * haak 1 stk in eerste v, 2 stk in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer = 36 stk. TOER 6: haak 1 v in elk stk = 36 v. TOER 7: * haak 1 stk in elke van de eerste 2 v, 2 stk in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer = 48 stk. TOER 8: haak 1 v in elk stk = 48 v. Stop hier voor maat 0/1 en 1/3 maanden. TOER 9: * haak 1 stk in elke van de eerste 3 v, 2 stk in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer = 60 stk. TOER 10: haak 1 v in elk stk = 60 v. Stop hier in maat 6/9 en 12/18 maanden. TOER 11: * haak 1 stk in elke van de eerste 4 v, 2 stk in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer = 72 stk. TOER 12: haak 1 v in elk stk = 72 v. Stop hier voor maat 2 en 3/4 jaar. ALLE MATEN: Plaats 1 markeerder aan het begin van de toer en 1 markeerder na 6-6-6-8 (8-8) st (gezien aan de goede kant). Begin aan de goede kant bij de markeerder aan het begin van de toer en haak 1 stk in elke v tot de tweede markeerder en meerder TEGELIJKERTIJD 20-26-20-28 (20-22) stk gelijkmatig over deze st – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN = 62-68-74-80 (84-86) stk op de toer (haak niet over de 6-6-6-8 (8-8) v tussen de 2 markeerders). Haak dan STRUCTUURPATROON heen en weer – zie uitleg boven – tot het werk ongeveer 8-9-10-11 (12-13) cm meet vanaf de markeerders – eindig na 1 toer met v aan de verkeerde kant. Hecht af. GAATJES VOOR DE STRIKBANDEN: Haak een rand aan de onderkant van de muts met poeder als volgt: begin aan de goede kant en haak v langs een korte kant aan de onderkant van het mutsje (haak 1 v in elke v-toer en 2-3 v in elke stk-toer), haak 1 v in elke van de 6-6-6-8 (8-8) v tussen de 2 markeerders op de cirkel en haak v langs de andere korte kant (1 v in elke v-toer en 2-3 v in elke stk-toer). Keer het werk en haak nog 1 toer met v en pas TEGELIJKERTIJD het aantal v aan zodat het deelbaar is door 5 en 1. Haak volgende toer als volgt: 1 l, 1 v in elke van de eerste 2 v, * sla 2 v over, 2 l, 1 v in elke van de volgende 3 v *, herhaal van *-* tot er 4 st over zijn, sla 2 v over, haak 2 l en 1 v in elke van de laatste 2 v. Haak 2 toeren heen en weer met v (1 v in elke v en 2 v in elke l-lus). Hecht af. STRIKBANDEN: Knip 4 draden naturel garen van 2,5 meter elk. Draai de draden om elkaar heen tot ze gaan krullen, vouw ze dan dubbel en laat ze om elkaar heen krullen. Leg een knoopje in elk uiteinde. Rijg de strikband door de gaatjesrand op de muts. WAAIERRAND: Ga verder met naturel en haak 1 toer v aan de verkeerde kant aan de voorkant van de muts en meerder TEGELIJKERTIJD gelijkmatig tot 64-70-76-82 (88-94) v – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN. Haak dan het WAAIERPATROON volgens telpatroon A.1, dus haak als volgt: TOER 1 (= goede kant): 1 l, 1 v in eerste v, * 3 l, sla 2 st over, 1 v in volgende st *, herhaal van *-* de hele toer = 21-23-25-27 (29-31) l-lussen, keer. TOER 2 (= verkeerde kant): 3 l (= 1 stk), 3 stk en 2 l en 3 stk in eerste l-lus, * 1 stk in volgende l-lus, 3 stk en 2 l en 3 stk in volgende l-lus *, herhaal van *-* de hele toer en eindig met 1 stk in eerste v van begin van vorige toer = 11-12-13-14 (15-16) stk-groepen met 1 stk tussen elke stk-groep, keer het werk. TOER 3 (= goede kant): 3 l (= 1 stk), 3 stk en 2 l en 3 stk in l-lus in eerste stk-groep, * 1 stk in volgende stk, 3 stk en 2 l en 3 stk in l-lus in midden van volgende stk-groep *, herhaal van *-* de hele toer en eindig met 1 stk in 3e l van begin van vorige toer, hecht af. |
||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||
|
||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (35)
Willow wrote:
I am beginning the Eyelet Tie section. I have 10 stitches on my short sides and 6 stitches in middle, a total of 26. If I do 2 dc in each dc I will have total of 36. This is divisible by 5, 7 times with 1 stitch remaining. But at "ch 1, 1 sc in each of the first 2 sc, * skip 2 sc, ch 2, 1 sc in each of the next 3 sc *, repeat from *-* until 4 sts remain, skip 2 sc, ch 2 and work 1 sc in each of the last 2 sc." , it won't work with 36 stitches. Where am I messing up?
04.12.2015 - 04:27DROPS Design answered:
Dear Willow, work as follows over 36 sc: 2 sc (over 2 sc), repeat a total of 6 times: *skip 2 sc, ch 2, 1 sc in each of the next 3 sc* (= you work over 5 sc a total of 6 times = 30 sc from previous row), finish with skip 2 sc, ch2 and 1 sc in each of the last 2 sc (4 sc at the end of row), so that you have worked over 2+30+4=36 sc from previous row. Happy crocheting!
04.12.2015 - 09:17Willow wrote:
Please clarify "do not work over sc in 6 btwn two markers". Thank you!!
19.11.2015 - 17:02DROPS Design answered:
Dear Willow, these 6 sts are between both markers on mid back: 1st marker = beg of round, 1nd marker is inserted after the 6th st from beg of round seen from RS. Happy crocheting!
20.11.2015 - 09:47Willow wrote:
Thank you so much for getting back to me quickly. I almost put a marker after every 6 stitches. It says to dc in every sc but round 8 was dc so I'm confused where sc are. What does "increase at the same time mean". Where are am I increasing 20? If round 8 is all dc then do I just crochet 2 dc in each of the first 6 stitches? That would only be an increase of 6. What do I do in the remaining 42 stitches? And how do I get 60? That would be an increase of 12....
19.11.2015 - 16:57DROPS Design answered:
Dear Willow, on round 8 you worked 1 sc in every dc (=48 sc). Then place 2 markers from RS: 1st one at beg of round and 2nd one after 6 sts. Starting from WS from marker at beg of round work 1 dc in each of the next 42 st (48 sts from previous row less 6 sts unworked) to 2nd marker (= you leave 6 sts unworked at mid back), at the same time inc 20 sts evenly to get 62 dc at the end of this row between both markers - see here how to inc evenly. Happy crocheting!
20.11.2015 - 09:45Willow wrote:
I am stuck. I finished round 8. I have 48 stitches. I don't understand what to do next? Under All sizes, what does this section mean? Beg from WS at marker at beg of round and work 1 dc in every sc until second marker AT THE SAME TIME inc 20-26-20-28 (20-22) dc evenly over these sts – READ INCREASE TIP = 62-68-74-80 (84-86) dc on row (do not work over the 6-6-6-8 (8-8) sc between the 2 markers).
19.11.2015 - 06:23DROPS Design answered:
Dear Willow, after you have 48 sts (1st size), go to "All sizes" and insert 2 markers: 1 at the beg of round and 1 after 6 sts. Then work as stated, and follow instructions for 1st size (= 1st of the numbers). Happy crocheting!
19.11.2015 - 10:11AUJOGUE wrote:
Bonjour, a la seconde étape du bonnet j'ai du mal a comprendre certaines phrases, pourriez vous m'expliquer s'il vous plait. "1 autre marqueur après 6-6-6-8 (8-8) m (vu sur l'endroit)." Que veulent dire les 8-8 entre parenthèse et cette phrase non plus "augmenter 20-26-20-28 (20-22) B à intervalles réguliers" en vous remerciant sincerement
12.10.2015 - 19:20DROPS Design answered:
Bonjour Mme Aujogue, ce bonnet existe en 6 tailles: du 0/1 mois au 12/18 mois avant la parenthèse et les 2 plus grandes tailles: 2 et 3/4 ans dans la parenthèse. Chaque chiffre/nombre se réfère à la taille dans l'ordre indiqué. Voir ici comment répartir des augmentations. Bon crochet!
13.10.2015 - 09:34Louise Tremblay wrote:
Bonjour; je ne comprends pas du tout quoi faire avec l'arrière du bonnet; avez-vous une photo pour voir comment faire? Merci.
20.08.2015 - 17:25DROPS Design answered:
Bonjour Mme Tremblay, le fond du bonnet est un simple rond fait de ms et de brides: on commence par un rond de 12 B, puis 12 ms, puis on augmente tous les 2 tours: 24 B, puis 24 ms, puis 36 B, 36 ms et ainsi de suite jusqu'à la taille souhaitée. Bon crochet!
20.08.2015 - 18:24Céline wrote:
Bonjour. Merci de votre réponse, mais je ne vois vraiment pas comment on peut faire un lien pour un bonnet de 20 cm de large avec des fils plus de dix fois plus grands. Je n'arrive pas du tout à faire la cordelette, même en regardant la vidéo...
20.03.2015 - 12:02DROPS Design answered:
Bonjour Céline, une autre façon de faire consiste à plier les 4 fils en double et nouer les extrémités ensemble. Accrochez ensuite le côté noué à un point fixe et glissez une aiguille/un crochet dans la boucle, tournez l'aiguille jusqu'à ce que le cordon soit très serré. Pliez en double (en tendant si nécessaire) et laissez s'enrouler. Le cordon fait le tour du bonnet et doit être suffisamment long pour faire une boucle. N'hésitez pas à réaliser un autre type de cordon si vous préférez (une chaînette de la longueur souhaitée + 1 rang de mc par ex).
20.03.2015 - 13:46Céline wrote:
Pour faire le lien, vous dites de couper 4 fils de 2,5 mètres chacun. N'y-a-t-il pas une erreur ? J'ai essayé avec des fils de 25 cm, mais c'est trop court.
18.03.2015 - 22:47DROPS Design answered:
Bonjour Céline, il faut couper des liens de 2,50 m (= 250 cm) pour le lien. Vous pouvez ajuster si nécessaire pour un lien plus long. Bon crochet!
19.03.2015 - 11:01Paulina Membrila wrote:
Sigo las instrucciones y a partir de la vuelta 9 es mi duda, trato de hacer una boina talla 3 meses... Mi duda es simple cuantos puntos tengo que aumentar en cada vuelta a partir de la 9? Segun yo, 26 en cada 'fila con relieve' pero se empieza a hacer muy olanuda. Gracias
30.01.2015 - 00:57DROPS Design answered:
Hola Paulina, los aumentos estarían bien. Si lo que te sucede es que se ondula puede ser debido a una incorrecta tensión del tejido. Comprueba que no estés trabajando con una tensión irregular.
04.02.2015 - 20:19Cristina wrote:
Hi I'm trying to follow the pattern but all that is happening is the start is just creating a ball it's not working flat please help I love this pattern and really want to make it but towns 1-6 are not working out
02.10.2014 - 12:18DROPS Design answered:
Dear Cristina, the video below shows how to crochet a circle with tr, start 1st round with 12 tr as stated in pattern. Happy crocheting!
02.10.2014 - 14:06