Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
= lichtbruin |
|
= denimblauw |
|
= roze |
|
= donkerroze |
|
= bosgroen |
|
= wordt in donkerroze gebreid, maas met denimblauw |
|
= wordt in beige/bruin, gebreid, maas met donkerroze |
|
= 2 st r samen aan de goede kant en 2 st av samen aan de verkeerde kant |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Martha |
|||||||||||||||||||||||||
|
|
||||||||||||||||||||||||
Gebreid DROPS vest met ronde pas, patroon en elleboogstukken van "Karisma". Maat S - XXXL.
DROPS 143-11 |
|||||||||||||||||||||||||
RIBBELST (heen en weer op rondbreinld): brei alle nld recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen geven de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. De telpatronen worden in tricotst gebreid. ---------------------------------------------------------- LIJF: Wordt heen en weer op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor. Zet 192-208-232-260-284-312 st op met rondbreinld 3 mm en donkerroze. Brei 1 nld boordsteek als volgt (1e nld = goede kant): 1 kant st in RIBBELST - zie uitleg boven - * 2 st r/2 st av *, herhaal van *-* tot er 3 st over zijn, 2 st r en 1 kant st in ribbelst. Ga als er 1 nld met donkerroze is gebreid, verder met lichtbruin. Ga verder in boordsteek tot het boord 4 cm meet. Ga verder met rondbreinld 4 mm en brei 1 nld in tricotst en minder TEGELIJKERTIJD 22-26-26-30-30-34 st gelijkmatig = 170-182-206-230-254-278 st. Plaats 2 markeerders in het werk; 43-46-52-58-64-70 st vanaf elke kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (= 84-90-102-114-126-138 st tussen de markeerders voor het achterpand). Ga verder in tricotst met lichtbruin. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Minder bij een hoogte van ongeveer 10 cm 1 st aan elke kant van de markeerders aan de zijkanten. Herhaal dit minderen elke 4 cm nog 2 keer = 158-170-194-218-242-266 st. Meerder bij een hoogte van 22-23-24-25-26-27 cm 1 st aan elke kant van beide markeerders. Herhaal dit meerderen elke 5 cm nog 2 keer = 170-182-206-230-254-278 st. Kant bij een hoogte van 38-39-40-41-42-43 cm 10 st af aan elke kant voor de armsgaten in de volgende nld aan de goede kant (dus 5 st aan elke kant van de markeerders aan de zijkanten) = 150-162-186-210-234-258 st. Laat het werk rusten en brei de mouwen. MOUW: Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet 52-56-56-60-64-64 st op met donkerroze en breinld zonder knop 3 mm. Brei 1 nld in boordsteek = 2 st r/2 st av. Ga verder met lichtbruin en in boordsteek tot het werk 6 cm meet. Ga verder met breinld zonder knop 4 mm, brei 1 nld in tricotst en minder TEGELIJKERTIJD 4-8-8-0-4-4 st gelijkmatig = 48-48-48-60-60-60 st. Plaats 1 markeerder aan het begin van de nld = midden onder de mouw. Ga verder in telpatroon A.2 en brei de mouw dan verder met lichtbruin. Meerder bij een hoogte van 10-10-12-10-10-12 cm 1 st aan elke kant van de markeerder midden onder de mouw. Herhaal dit meerderen 3-2½-2-3-2½-2 cm nog 11-13-15-11-13-15 keer = 72-76-80-84-88-92 st. Kant bij een hoogte van 47 cm in alle maten 10 st af midden onder de mouw, dus 5 st aan elke kant van de markeerder = 62-66-70-74-78-82 st. Laat het werk rusten en brei nog een mouw. PAS: Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld 4 mm als op het lijf = 274-294-326-358-390-422 st (brei de st niet als u ze op de nld zet). Brei 1 nld av aan de verkeerde kant met lichtbruin en minder TEGELIJKERTIJD 8-4-12-8-4-12 st gelijkmatig = 266-290-314-350-386-410 st. Brei nog 0-2-4-2-4-8 nld in tricotst met lichtbruin, ga dan verder in telpatroon A.1 (1e nld = goede kant) met 1 kant st in ribbelst aan elke kant – zie het telpatroon voor uw maat. Na alle minderen staan er nog 90-98-106-118-130-138 st op de nld en meet het werk ongeveer 58-60-62-64-66-68 cm tot de schouder. Brei dan een ronding op het achterpand met lichtbruin als volgt: 52-56-60-66-72-76 st r, keer het werk, 14 st av, keer het werk, 21 st r, keer, 28 st av. Ga zo verder en brei steeds 7 st meer elke keer als u keert tot er in totaal 70-70-84-84-98-98 st zijn gebreid, keer en brei de rest van de nld. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant over alle st en minder TEGELIJKERTIJD 6-10-14-22-30-34 st gelijkmatig = 84-88-92-96-100-104 st. Plaats 1 markeerder, de halsrand wordt na de voorbiezen gebreid. LINKER VOORBIES: Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld 3 mm. Neem ongeveer 144 tot 168 st op (deelbaar door 4) naast de kant st langs de linker voorbies met lichtbruin. Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant: 1 st in ribbelst, * 2 st av, 2 st r *, herhaal van *-*, eindig met 2 st av en 1 st in ribbelst. Begin en eindig aan de goede kant de boordsteek met 2 st r en 1 st in ribbelst. Ga verder met recht boven recht en averecht boven averecht tot de boordsteek 3 cm meet, kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. RECHTER VOORBIES: Brei als de linker voorbies maar maak na 1 cm 7 knoopsgaten gelijkmatig verdeeld (maak knoopsgaten in de av-delen gezien aan de goede kant). 1 KNOOPSGAT = brei 2 st av samen en maak 1 omsl – het bovenste knoopsgat komt ongeveer 6-7 cm van de bovenkant (er wordt ook 1 knoopsgat gemaakt op de halsrand) en het onderste knoopsgat komt ongeveer 5-6 cm vanaf de onderkant. HALSRAND: Wordt heen en weer gebreid met lichtbruin op rondbreinld 3 mm als volgt: neem 6 st op boven de rechter voorbies (naast de kant st), brei de 84-88-92-96-100-104 st van de hulpdraad langs de hals op de nld en neem 6 st op boven de linker voorbies = 96-100-104-108-112-116 st. Brei boordsteek als volgt (1e nld = verkeerde kant): 1 st in ribbelst, * 2 st av, 2 st r *, herhaal van *-*, eindig met 2 st av en 1 st in ribbelst. Ga verder met recht boven recht en averecht boven averecht met 1 st in ribbelst aan elke kant. Maak als de halsrand 1 cm meet 1 knoopsgat boven de andere knoopsgaten op de rechter voorbies. Ga verder in boordsteek tot de halsrand 3 cm meet, kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. ELLEBOOGSTUK: Het elleboogstuk wordt in ribbelst heen en weer gebreid met donkerroze op 2 breinld zonder knop 3 mm. Zet 10 st op. Brei 1 nld recht en meerder in de volgende nld 1 st aan elke kant door 1 omsl te maken naast de buitenste st, brei de omsl in de volgende nld gedraaid recht, dus brei achter in de st in plaats van voor in de st om een gaatje te voorkomen. Herhaal dit meerderen om de nld nog 3 keer en dan elke 4e nld 2 keer = 22 st. Brei tot het werk 12 cm meet, minder nu 1 st aan elke kant door de 2 st voor de laatste st r samen te breien. Herhaal dit minderen elke 4e nld nog 1 keer en dan om de nld 4 keer = 10 st over. Kant af, het elleboogstuk meet ongeveer 15 cm in de hoogte en 10 cm in de breedte. AFWERKING: Naai de openingen onder de mouwen samen en naai de knopen aan. Naai de elleboogstukken op de mouwen met lichtbruin en naast de buitenste st. De elleboogstukken komen ongeveer 21 cm vanaf de onderkant en ongeveer 2-3 cm vanaf de markeerder midden onder de mouw en aan de achterkant van de mouw. Pas het vest aan voor de juiste plaats, speld de stukken op de mouwen en naai ze dan vast. |
|||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
|||||||||||||||||||||||||
|
|||||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (76)
Eva Björmander wrote:
I mönstret står det att man ska sticka på rundsticka fram och tillbaka, att alla maskor ska stickas räta, jag kan inte få ihop det hela. Om man ska sticka runt borde det ju stå att man ska klippa upp, dela på arbetet någon stans, men icke. För att få slätstickning måste man sticka aviga maskor på rundsticka om man ska sticka fram och tillbaka. Hur gör jag. Fråga 2 : är storlekarna små börja jag sticka en storlek L om personen i fråga normalt har storlek M Med vänlig hälsning Eva
16.12.2014 - 11:18DROPS Design answered:
Hej På fram- och bakstycket ska du sticka fram och tillbaka på rundsticka. Det står att när du ska sticka rätstickning ska du sticka alla varv räta. När du stickar slätstickning stickar du som vanligt vartannat varv räta och vartannat avigt när du stickar fram och tillbaka. Längst ner på mönstret finns det en måttskiss, där kan du se vilken storlek som passar. Lycka till!
15.05.2015 - 10:49Randi wrote:
Hei. Jeg holder på med jakka, og er akkurat begynt på mønster på bærestykke. Har rett maskeantall i forhold til oppskrifta, men da får jeg ikke hel rapport på siste? Strikker den rundt, med 5m vrang til oppklipp, for å slippe strikke annenhver omg vrang.
26.10.2014 - 17:25DROPS Design answered:
Hej Randi, Husker du også at trække de 2 kantm fra som vi har med hvis man strikker frem og tilbage? S 266 - 2 = 264 / 12 = 22 gange strikkes diagrammet i small.
28.10.2014 - 09:07Sonja wrote:
Superfin mönster. Började i Cotton Merino men upptäckte att det inte stämmer med måtten (sticker ganska fast) - att byta till stickor 4,5 blev inte snyggt, så jag repade upp och började följa ett M-mönster för att få S-bredd. Hittills ser det ut som om det fungerar.
24.08.2014 - 14:04Anja wrote:
Da bin ich ja wirklich froh, dass ich nicht alles wieder auftrennen muss ;-) Herzlichen Dank für die Hilfe! Anja
01.07.2014 - 11:40Anja wrote:
Den Rumpfteil der Jacke habe ich natürlich am vorderen Rand begonnen. In der Anleitung für die Ärmel steht jedoch:"Zu Beginn der Rd 1 Markierer anbringen (= untere Ärmelmitte)", d.h., dass auch dort die Maschen abgekettet werden und damit ist man zwischen zwei Runden. Anders kann ich das nicht verstehen. Können Sie es bitte noch einmal erklären? Lieben Dank! Anja
01.07.2014 - 08:35DROPS Design answered:
Liebe Anja, ja, es stimmt, es wird am Übergang der Rd abgekettet. Sie können die ersten 5 M abketten, die Rd stricken und die letzten 5 M abketten, oder Sie ketten die letzten 5 M der Rd ab, dann die ersten 5 M und stricken die Rd noch zu Ende.
01.07.2014 - 09:46Anja wrote:
Da unten an der Ärmelmitte meine Runde beginnt, kette ich also bevor ich den Ärmel stillege "zwischen" zwei Runden ab (5 Maschen am Ende der einen, 5 Maschen am Beginn der anderen Runde). Stricke ich dann die zweite Runde noch zu Ende, bis ich wieder beim Beginn des Abkettens angekommen bin oder lege ich die Maschen direkt nach dem Abketten still? Danke! Anja
24.06.2014 - 11:10DROPS Design answered:
Liebe Anja, bei der Jacke haben Sie ja am vorderen Rand begonnen und können daher eigentlich keinen Beginn unter dem Arm haben... für einen Pulli gilt, dass Sie die Rd beenden können, wenn Sie für beide Armausschnitte abgekettet haben. Ansonsten würden Sie ja nur bis zum nächsten Armausschnitt stricken können und hätten dann am Vorder- oder Rückenteil 1 R mehr.
29.06.2014 - 14:29Mervat wrote:
Hi please i can not understand the inc in the patch how can i make making 1 YO inside outermost st,?? thanks
04.02.2014 - 10:02DROPS Design answered:
Dear Mrs Mervat, you will inc after 1st st at beg of row and before last st at end of row with 1 yo as shown in the video below. Happy knitting!
04.02.2014 - 14:30Sandra wrote:
Hallo, ich bin gerade dabei diese Jacke zu stricken. Allerdings kommt mir etwas komisch vor. Und zwar soll man im Rumpf Teil (Größe S) für beide Vorderteile 43M und 86M für den Rücken nehmen. Aber zwischen die Vorderteile kommt doch noch das Bund von 3cm. Meiner Ansicht nach müsste das doch im Rückenteil berücksichtigt werden, damit sich die Seitennaht nicht nach Hinten verzieht. Oder habe ich hier einen Denkfehler?
30.12.2013 - 19:00DROPS Design answered:
Liebe Sandra, das können Sie so arbeiten wie beschrieben, es zieht nicht nach hinten, bei Jacken hat man oftmals vorne geringfügig mehr Weite als hinten (durch die Blende).
01.01.2014 - 17:01Anna wrote:
Mein Lieblingsmodell auf Garnstudio.com wurde dieses Jahr vollendet. Tolles Ergebnis, auch dank Maritas Tipp Farbe 55 statt 54 zu verwenden. Falls man etwas großzügiger abmisst- so wie ich- sollte man ggf. eine graue Wolle mehr bestellen.
05.11.2013 - 21:10Reichl Lilo wrote:
Hab das Jäckchen in Gr L gestrickt. Eins meiner Lieblingsteile. Tolle Farbkombi und schöne Passform. Ein dickes Lob an das Team.
12.10.2013 - 11:05