DROPS Lin
DROPS Lin
100% linnen
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale
DROPS 139-7
DROPS design: Model nr. LN-024
Garengroep B
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS LIN van Garnstudio
Kleur nr. 103, naturel:
350-400-450-500-550-600 gr

Of gebruik:
Materiaal: DROPS BELLE van Garnstudio
Kleur nr. 09, beige:
350-400-450-500-550-600 gr

DROPS RONDBREINLD 5 mm (80 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 st x 28 nld in telpatroon M.1 met Lin of Belle = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD 4 mm (80 cm) - voor de boordsteek
DROPS PARELMOER KNOPEN NR. 522: 2 stuks voor alle maten
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Lin
DROPS Lin
100% linnen
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht. LET OP: Alle kant st worden in ribbelst gebreid.

PATROON:
Zie telpatronen M.1, M.1A = 3 st, M.1B = 6 st en M.1C = 4 st. De telpatronen geven de geode kant van het werk weer.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st door 2 st samen te breien.

KNOOPSGATEN:
Maak 2 knoopsgaten op de rechter voorbies, ongeveer 33-34-35-36-37-38 cm en 38-39-40-41-42-43 cm vanaf de bovenkant van de schouder.
1 KNOOPSGAT = kant 2 st af en zet 2 nieuwe st op in de volgende nld boven deze st.
--------------------------------------------------------

ACHTERPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de nld.
Zet 172-196-220-220-244-244 st op (incl 1 kant st aan iedere kant) met rondbreinld 4 mm en Lin of Belle. Brei dan boordsteek als volgt (1e nld = goede kant): 1 kant st in ribbelst - zie uitleg boven, * 2 st r, 4 st av *, herhaal van *-* en eindig met 2 st r en 1 kant st in ribbelst = 28-32-36-36-40-40 av-delen (gezien aan de goede kant).
Minder bij een hoogte van 3-3-3-4-4-4 cm 1 st in ieder av-deel (gezien aan de goede kant) - Lees TIP VOOR HET MINDEREN = 144-164-184-184-204-204 st. Ga verder in boordsteek met 2 st r/3 st av en 1 kant st aan iedere kant.

Minder bij een hoogte van 5-5-5-6-6-6 cm nog 1 st in ieder av-deel (gezien aan de goede kant) = 116-132-148-148-164-164 st. Ga verder in boordsteek met 2 st r/2 st av en 1 kant st aan iedere kant. Minder bij een hoogte van 6-6-6-7-7-7 cm 29-33-37-37-41-41 st gelijkmatig verdeeld in de laatste nld aan de verkeerde kant = 87-99-111-111-123-123 st. Ga in de volgende nld aan de goede kant verder met rondbreinld 5 mm en brei als volgt: 1 kant st, brei telpatroon M.1A, 1 keer (= 3 st), brei dan telpatroon M.1B in totaal 13-15-17-17-19-19 keer en brei tot slot telpatroon M.1C, 1 keer (= 4 st) en eindig met 1 kant st. Ga verder telpatroon M.1 met 1 kant st aan iedere kant tot het werk 41-43-41-43-41-43 cm meet. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Plaats nu een markeerder aan iedere kant van het werk (= armsgaten beginnen hier).
Ga verder en brei tot het werk 60-62-64-66-68-70 cm meet. Brei dan in ribbelst over alle st tot het werk klaar is – kant TEGELIJKERTIJD in de 1e nld aan de goede kant de middelste 17 st af voor de hals en eindig iedere schouder apart. Kant 2 st af in de volgende nld langs de hals = 33-39-45-45-51-51 st over op de schouder. Kant losjes alle st af bij een hoogte van 62-64-66-68-70-72 cm.

LINKER VOORPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de nld.
Zet 62-74-86-86-98-98 st op (incl 1 kant st aan iedere kant) met rondbreinld 4 mm en Lin of Belle. Brei dan boordsteek als volgt (1e nld = goede kant): 1 kant st, * 4 st av, 2 st r *, herhaal van *-* en eindig met 1 kant st middenvoor = 10-12-14-14-16-16 av-delen (gezien aan de goede kant).
Minder bij een hoogte van 3-3-3-4-4-4 cm 1 st in ieder av-deel (gezien aan de goede kant) = 52-62-72-72-82-82 st. Ga verder in boordsteek met 2 st r/3 st av en 1 kant st aan iedere kant.
Minder bij een hoogte van 5-5-5-6-6-6 cm nog 1 st in ieder av-deel (gezien aan de goede kant) = 42-50-58-58-66-66 st. Ga verder in boordsteek met 2 st r/2 st av en 1 kant st aan iedere kant.
Minder bij een hoogte van 6-6-6-7-7-7 cm 9-11-13-13-15-15 st gelijkmatig in de laatste nld aan de verkeerde kant = 33-39-45-45-51-51 st. Ga in de volgende nld aan de goede kant verder met rondbreinld 5 mm en brei verkorte toeren voor de schuining middenvoor als volgt: 1 kant st, brei telpatroon M.1A 1 keer (= 3 st), telpatroon M.1B in totaal 1-2-3-3-4-4 keer (= 6-12-18-18-24-24 st) = 10-16-22-22-28-28 st op de nld, keer het werk, trek de draad aan en brei terug. Brei de volgende nld aan de goede kant als volgt: 1 kant st, brei telpatroon M.1A 1 keer, telpatroon M.1B in totaal 2-3-4-4-5-5 keer = 16-22-28-28-34-34 st op de nld, keer het werk, trek de draad aan en brei terug.

Brei de volgende nld aan de goede kant als volgt: 1 kant st, brei telpatroon M.1A, 1 keer, telpatroon M.1B in totaal 3-4-5-5-6-6 keer = 22-28-34-34-40-40 st op de nld, keer het werk, trek de draad aan en brei terug. Brei in de volgende nld aan de goede kant alle st als volgt: 1 kant st, brei telpatroon M.1A, 1 keer, telpatroon M.1B in totaal 4-5-6-6-7-7 keer, brei dan telpatroon M.1C, 1 keer en eindig met 1 kant st = 33-39-45-45-51-51 st.
Ga verder in telpatroon M.1 met 1 kant st aan iedere kant tot het werk 41-43-41-43-41-43 cm meet. Plaats nu een markeerder aan de rechterkant van het werk gezien aan de goede kant (het armsgat begint hier). Ga verder en brei tot het werk 60-62-64-66-68-70 cm meet. Brei nu in ribbelst over alle st tot het werk klaar is. Kant losjes alle st af bij een hoogte van 62-64-66-68-70-72 cm.

RECHTER VOORPAND:
Brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de nld. Neem aan de goede kant met rondbreinld 5 mm ongeveer 80 tot 100 st op tussen de markeerders langs een armsgat met Lin of Belle. Brei de volgende nld aan de verkeerde kant – pas TEGELIJKERTIJD het aantal st aan naar 75-75-87-87-99-99 st (incl 1 kant st aan iedere kant). Brei in de volgende nld aan de goede kant als volgt: 1 kant st, brei telpatroon M.1A, 1 keer (= 3 st), brei dan telpatroon M.1B in totaal 11-11-13-13-15-15 keer, brei telpatroon M.1C, 1 keer (= 4 st) en eindig met 1 kant st. Ga verder en brei telpatroon M.1 met 1 kant st aan iedere kant tot het werk ongeveer 9-9-8-8-7-7 cm meet (minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders). Ga in de volgende nld aan de goede kant verder met rondbreinld 4 mm en minder 1 st op de nld - en brei TEGELIJKERTIJD boordsteek (2 st r, 2 st av) met 1 kant st aan iedere kant = 74-74-86-86-98-98 st. Kant als de mouw 13-13-12-12-11-11 cm meet losjes af met recht boven recht en averecht boven averecht. Brei nog een mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de mouw- en zijnaden samen naast de kant st.

RECHTER VOORBIES:
Wordt heen en weer gebreid op de nld. Neem aan de goede kant met rondbreinld 4 mm en Lin of Belle 110 tot 130 st op langs het hele rechter voorpand, zet aan het einde van de nld 15 nieuwe st op voor de halsbies langs het achterpand. Brei de volgende nld aan de verkeerde kant recht – pas TEGELIJKERTIJD het aantal st langs het rechter voorpand aan naar 112-116-120-124-128-132 (meerder/minder niet over de halsbies st voor het achterpand) = 127-131-135-139-143-147 st in totaal. Brei dan boordsteek aan de goede kant als volgt: * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-*, eindig met 2 st r en 1 kant st in ribbelst (= 31-32-33-34-35-36 av-delen). Ga verder in boordsteek tot de voorbies 3 cm meet, meerder dan aan de goede kant 1 av st in de laatste 12-12-14-14-16-16 av-delen (= meerdering langs de hals) = 139-143-149-153-159-163 st. Maak als de voorbies 5-5-5-6-6-6 cm meet knoopsgaten - zie uitleg boven. Ga verder met recht boven recht en averecht boven averecht tot de voorbies 6-6-6-7-7-7 cm meet, kant dan losjes alle st af met recht boven recht en averecht boven averecht.

LINKER VOORBIES:
Zet 15 st op met rondbreinld 4 mm voor de halsbies langs het achterpand, neem dan st op langs de linker voorbies als op de rechter voorbies. Brei als de rechter voorbies maar in spiegelbeeld en zonder knoopsgaten.

AFWERKING:
Naai de bies samen middenachter naast de kant st (met de verkeerde kant tegen de verkeerde kant), en naai de bies langs de hals op het achterpand. Naai de knopen op de linker voorbies.

Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = 2 st recht samen
symbols = 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh
symbols = 1 st r afh, 2 st recht samen, afgeh st overh
symbols = 1 omsl tussen 2 st
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 139-7

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (84)

country flag Danka Falconer-Bannon wrote:

Hello Please could you explain what you mean, in this pattern (139/7), by ' in every P-section (seen from RS) ' throughout the pattern. Many thanks and kind regards Danka

06.03.2021 - 15:08

DROPS Design answered:

Dear Danka, the piece is started with a rib, in which you have knit stitches (2) and purl stitches (4) repeated. The 4 purl stitch is a "purl section), these 4 will be decreased to 3 P stitches, etc. Happy knitting!

07.03.2021 - 21:49

country flag Jutta wrote:

Hallo,ich habe das rechte Vorderteil 10x wieder aufgemacht. Wenn ich die verkürzten Reihen von der linken Seite anfange, stimmt das Muster überhaupt nicht mehr überein in den Reihen. das linke Teil sieht gut aus vom Muster her und das rechte dann ganz anders. Wäre viel besser , man würde in der Anleitung das rechte genau beschreiben und das linke soll spiegelverkehrt sein. Denn das linke ist einfach. Bitte die verkürzten R von links erklären

26.05.2018 - 12:13

DROPS Design answered:

Liebe Jutta, Sie stricken die erste Reihe von der Rückseite: 1 RdM, M.1C, M.1B x 1-4 Mal (= 1+4+ 6-24 = 10-29 M), wenden und die erste Reihe im Diagram über diese 10-29 M (starten Sie mit M.1B und enden Sie mit M.1C, 1 RdM), bei der nächsten Rückreihe stricken Sie 6 Maschen mehr (= 1 x M1B), wenden und die 2. Hinreihe wie im Diagram stricken. So weiterstricken, dh bei der Rückreihe noch 6 M mehr stricken (M.1B x 1 Mal) und bei der letzten (= 4. Rückreihe), alle Maschen stricken dann wird die nächste Hinreihe über alle Maschen so gestrickt: 1 RdM, M.1A, M.1B x 4-7 Mal, M.1C, 1 RdM. Viel Spaß beim stricken!

28.05.2018 - 09:08

country flag Jutta wrote:

Hallo,ich habe das rechte Vorderteil 10x wieder aufgemacht. Wenn ich die verkürzten Reihen von der linken Seite anfange, stimmt das Muster überhaupt nicht mehr überein in den Reihen. das linke Teil sieht gut aus vom Muster her und das rechte dann ganz anders. Wäre viel besser , man würde in der Anleitung das rechte genau beschreiben und das linke soll spiegelverkehrt sein. Denn das linke ist einfach. Bitte die verkürzten R von links erklären

26.05.2018 - 12:05

country flag Jutta wrote:

Hallo, bei den verkürzten Reihen ist die letzte Masche von M1B ein Umschlag. Wie stricke ich den denn in der Rückreihe? Habe ja den Faden dann bzw. Umschlag auf der linken Nadel und keine Masche mehr dahinter oder davor. Oder lässt man beim drehen der Reihe den Umschlag weg?

22.05.2018 - 16:48

DROPS Design answered:

Liebe Jutta, Sie können die nächste Masche nach dem Umschlag noch stricken und dann bei der nächsten verkürzte Reihe 1 M weniger stricken. Viel Spaß beim stricken!

23.05.2018 - 07:47

country flag Jutta wrote:

Hallo, wie stricke ich denn beim rechten Vorderteil die verkürzten Reihen? Verstehe ich nicht, wie das spiegelverkehrt funktioniert.

15.05.2018 - 07:37

DROPS Design answered:

Liebe Jutta, die verkürzten Reihen beim rechten Vorderteil werden von der Rücksteite angefangen. Viel Spaß beim stricken!

15.05.2018 - 09:38

country flag Carla De Waal wrote:

Dat filmpje met daarbij het telpatroon staat in een van deze berichten, kijkt u bij het bericht van 26.04.2016, geplaatst door Garnstudio in het Frans.

05.01.2018 - 17:59

DROPS Design answered:

Hoi Carla, In het filmpje dat je bedoelt wordt ook met enkele omslagen gebreid, net als in dit patroon. Heb je een proeflapje gemaakt en klopt de stekenverhouding? Misschien moet je grotere naalden gebruiken, zodat het werk ook automatisch wat opener wordt (maar de stekenverhouding moet natuurlijk nog wel kloppen).

10.01.2018 - 12:02

country flag Carla De Waal wrote:

Wordt in het filmpje hierboven van 26.04.2016 het patoon met dubbele omslag gebreid? Het is anders als dat ik nu brei met het proeflapje, het resultaat is ook niet zo open van structuur. Ik brei het patroon met met Drops Belle.

05.01.2018 - 10:54

DROPS Design answered:

Hallo Carla, In het telpatroon zijn alleen enkele omslagen, geen dubbele. Welk filmpje heb je bekeken? Er zit een video instructie bij hoe je een groot knoopsgat maakt, waarbij je in de 2e naald 2 nieuwe steken opzet boven de afgekante steken in de vorige toer. Misschien ben je hiermee in de war (...?)

05.01.2018 - 11:46

country flag Bianca wrote:

Excuus voor het roven van uw tijd. Na wat uitvergroten ben ik eruit. Ik zag het inderdaad verkeerd.

25.04.2017 - 14:36

country flag Bianca wrote:

Ik bedoel de (enige) video die hieronder (op 26.04.2016) is geplaatst, exact het zelfde telpatroon als bij 139-7, maar naar mijn idee toch een heel ander patroon dan op de foto. Of zie ik het verkeerd?

25.04.2017 - 10:26

country flag Bianca wrote:

Hallo, Bedankt voor de reactie, maar toch begrijp ik het nog niet. De "hulp-video" en de beschrijving 139-7 hebben hetzelfde telpatroon. Als ik het telpatroon van de beschrijving brei, krijg ik niet die mooie open steek van de foto, maar inderdaad het patroon van de "hulp-video". Hoe krijg ik dat "gatenpatroon"? Ik hoor het graag. M vr gr Bianca

24.04.2017 - 17:15

DROPS Design answered:

Hallo Bianca, Kun je evt. een link geven van welke hulpvideo je gebruikt? Het is namelijk de bedoeling dat je het telpatroon gebruikt welke bij de beschrijving in het patroon staat. Dan krijg je wel het open kantpatroon. In de video's die bij het patroon staan, zijn alleen algemene instructies te vinden over hoe je meerdert en mindert etc, en er is geen specifieke video voor dit kantpatroon.

25.04.2017 - 09:00