Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Breiwebshop website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Tippy Toes |
|
|
|
Gehaakte DROPS sloffen van "Nepal".
DROPS 127-36 |
|
SLOF: Haak 52-60-68 l met haaknld 4 mm en zachtroze en vorm een ring met 1 hv in de eerste l. TOER 1: 1 l, 1 v in iedere van de eerste 7-7-11 l. Keer het werk. TOER 2: 1 l, 1 v in iedere van de 7-7-11 v. Keer het werk. TOER 3 (Maat 35/37 en 38/40): 1 l, 1 v in de 1e v, 1 l, 1 stk in de 3e v, 1 l, 1 stk in de 5e v, 1 l, 1 v in de 7e v. Keer het werk. TOER 3 (Maat 41/43): 1 l, 1 v in de 1e v, 1 l, 1 stk in de 3e v, 1 l, 1 stk in 5e v, 1 l, 1 stk in de 7e v, 1 l, 1 stk in de 9e v, 1 l, 1 v in de 11e v. Keer het werk. TOER 4 (Alle maten): 1 l, 1 v in de v, * 1 l, 1 stk in het stk *, herhaal van *-* in totaal 2-2-3 keer, 1 l, 1 v in de v. Keer het werk. Maat 41/43: Herhaal de 4e toer nog 2 keer (= 5e en 6e toer). TOER 5-5-7: Haak als de 4e toer maar keer het werk niet. Ga nu verder en haak langs de kant: 1 l, 1 v in de v van de 4e-4e-6e toer, 1 v in iedere van de volgende 2-2-4 v, 1 v in l van de 1e toer (= 4-4-6 v langs de kant). Haak dan 1 v in iedere van de volgende 19-23-23 l, 1 stk in iedere van de volgende 7-7-11 l, 1 v in iedere van de volgende 19-23-23 l, ga nu verder en haak langs de kant: 1 v in dezelfde l van 1e toer, 1 v in de v van de 2e toer, 1 v in iedere van de volgende 2-2-4 v (= 4-4-6 v langs de kant), 1 l en 1 hv in de eerste v van het begin van de toer. Knip de draad af en zet vast. Start met zachtroze in de eerste van de 4-4-6 v gehaakt langs de laatste kant. TOER 1 (Maat 35/37 en 38/40): 1 l, 1 v in iedere van de eerste 3 v, 2 hstk in de volgende v, 3 hstk in de v van het begin van de 5e toer, 2 stk in dezelfde st, (1 dstk, 1 l, 1 dstk) in de middelste l, 2 stk in de volgende l, 3 hstk in dezelfde st, 2 hstk in de eerste v langs de kant, 1 v in iedere van de volgende 3 v, 1 v in iedere van de volgende 19-23 v, 1 stk in iedere van de volgende 7 stk, 1 v in iedere van de volgende 19-23 v en eindig met 1 hv in de eerste v van het begin van de toer. TOER 1 (Maat 41/43): 1 l, 1 v in iedere van de eerste 5 v, 2 hstk in de volgende v, 3 hstk in de v van het begin van de 7e toer, 2 stk in dezelfde st, 2 stk in de 2e l, (1 dstk, 1 l, 1 dstk) in de middelste l, 2 stk in de volgende l, 2 stk in de volgende l, 3 hstk in dezelfde st, 2 hstk in de eerste v langs de kant, 1 v in iedere van de volgende 5 v, 1 v in iedere van de volgende 23 v, 1 stk in iedere van de volgende 11 stk, 1 v in iedere van de volgende 23 v en eindig met 1 hv in de eerste v van het begin van de toer. TOER 2 (Alle maten): 1 l, 1 v in iedere van de eerste 3-3-5 v, 1 hstk in het volgende hstk, 2 hstk in het volgende hstk, 1 hstk in het volgende hstk, 2 hstk in het volgende hstk, 1 hstk in het volgende hstk, 1 stk in iedere van de volgende 3-3-5 st, (1 dstk, 1 l, 1 dstk) in de l, 1 stk in iedere van de volgende 3-3-5 st, 1 hstk in het volgende hstk, 2 hstk in het volgende hstk, 1 hstk in het volgende hstk, 2 hstk in het volgende hstk, 1 hstk in het volgende hstk, 1 v in iedere van de volgende 3-3-5 v, * 1 v in de volgende st, sla 1 st over, 1 l *, herhaal van *-* en eindig met 1 v in de volgende st en 1 hv in de eerste v van het begin van de toer. Knip de draad af en wissel van kleur. TOER 3 (met roze): 3 l, 1 stk in de eerste v, * sla 1 st over, 2 stk in de volgende st *, herhaal van *-* in totaal 6-6-8 keer, haak dan 4 stk in de 1 l van de vorige toer, sla 1 dstk over, 2 stk in de volgende st, herhaal van *-* in totaal 6-6-8 keer, haak dan 2 stk in iedere l en eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. TOER 4: 3 l, * haak tussen 2 stk-groepen 2 stk maar wacht met de laatste doorhaling (= 3 lussen op de haak), haal de draad door alle lussen op de haak*, herhaal van *-* in totaal 7-7-9 keer, haak tussen de volgende 4 stk 2 stk (= middenvoor van de teen), haak dan van *-* in totaal 7-7-9 keer, haak dan 2 stk tussen iedere stk-groep de rest van de toer, eindig met 1 stk en 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. TOER 5: 3 l, haak 1 stk in iedere van de volgende 17-17-21 st, haak dan 2 stk tussen de stk-groepen in totaal 8-10-10 keer, haak dan van *-* (als uitgelegd bij de 4e toer) in totaal 6-6-8 keer, haak dan 2 stk tussen de stk-groepen in totaal 8-10-10 keer en eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. TOER 6: 1 l, haak dan 1 v in iedere st de hele toer (= 55-63-69 v) en eindig met 1 hv in de l van het begin van de toer. TOER 7: 1 l * 1 v in iedere van de volgende 2 st maar wacht met de laatste doorhaling (= 3 lussen op de haak), haal de draad door alle lussen *, herhaal van *-* in totaal 9-9-11 keer, haak dan 1 v in iedere van de volgende 14-18-18 v, haak dan van *-* in totaal 4-4-5 keer, haak dan 1 v in iedere van de volgende 15-19-19 v en eindig met 1 hv in de l van het begin van de toer. TOER 8: 1 l, haak dan 1 v in iedere st de hele toer (= 42-50-53 v) en eindig met 1 hv in de l van het begin van de toer. TOER 9: Als de 8e toer. Maat 38/40 en 41/43: TOER 10: Als de 8e toer. ALLE MATEN: TOER 10/11: 1 l, haak dan van *-* (als uitgelegd voor de 7e toer) in totaal 2 keer, haak dan 1 v in iedere van de volgende 1-1-3 st, haak dan van *-* in totaal 2 keer, haak dan 1 v in iedere van de volgende 10-14-15 v, haak dan van *-* in totaal 6 keer, haak dan 1 v in iedere van de volgende 11-15-15 v en eindig met 1 hv in de l van het begin van de toer = 32-40-43 st. TOER 11/12: 1 l, 1 v in iedere van de eerste 1-1-2 v, * 1 v in iedere van de volgende 3 v maar wacht met de laatste doorhaling (= 4 lussen op de haak), haal de draad door alle lussen op de haak *, haak dan 1 v in iedere van de volgende 12-16-18 st, haak van *-* 1 keer, haak dan 1 v in iedere van de volgende 13-17-17 st en eindig met 1 hv in de l van het begin van de toer. Knip de draad af en zet vast. AFWERKING: Naai de slof samen midden onder de voet. Naai met de zijkanten tegen elkaar om een dikke naad te voorkomen. |
|
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (34)
Mack wrote:
I'm sorry. I still don't understand. No where in the pattern does it call for crocheting any stitches "tog" (together). And on round 4: are the dc between the 4 dc on the toe to be done as 2 dc between EACH of the 4dc? Or 2dc in the middle of the 4dc?
25.06.2014 - 22:27DROPS Design answered:
Dear Mrs Mack, on round 4 you work 2 dc but wait with last pull through (= 3 loops on hook), pull yarn through all loops (like a "crochet 2 dc tog") as in the video below each side of the toe sts. Happy crocheting!
26.06.2014 - 09:09Mack wrote:
I also noticed (round 5) that by the time you finish the round, you have far more than the 55 stitches mentioned that will be worked in the next round (in fact I'll have 80-something after round 5....far more than is called for for even the largest slipper). I think this pattern needs a review for errors.
24.06.2014 - 04:39Mack wrote:
Ok. Am on round 5 and have big problem. When I completed the work dc between dc-grouos for the 2nd time (following the *-* portion), I am on the side of the heel yet the next instruction says sl st in 3rd ch from beginning of round when I am no where near the beginning of the round. There are still 11 dc groups between where I am and the beginning of the round! ???
24.06.2014 - 04:26DROPS Design answered:
Dear Mrs Mack, see answer below - on round 4, you work 2 kind of dc group, on toe (crochet 2 dc tog = 1 st ), along sides and heel, work 2 dc between each dc group from previous round. Happy crocheting!
24.06.2014 - 18:32Mack wrote:
TobDawn: I'm having the same issue. Have ripped out & restarted numerous times thinkng I just read the pattern wrong. You got further than me if you made it to round 5. Mine wohld fo lop-sided by round 2 or 3. And in round 4, when it says to "between the next 4dc, work 2dc" - does that mean 2dc between each 1 of the 4 dc, or is it 2dc spread out evenly between the 4dc? Oh, and at that point, I'm also already past the mid-front of toe.
24.06.2014 - 03:02Dawn wrote:
I've got to r5 and I just don't understand. ??? Pattern doesn't seem symetrical. Double crochet 17 takes me almost up to toe but doesn't repeat down other side? Im lost
23.06.2014 - 22:08DROPS Design answered:
Dear Dawn, on round 4, you have 7 times (2 dc crochet tog) each side of the toe, and 2 dc between the 4 dc at toe. On next round (= round 5), work 1 dc in each of the 7 next sts (ie 1 dc over 2 dc tog from round 4) from beg of previous round + 1 dc in each of the 2 dc at toe + 1 dc in each of the next 7 sts + 1 dc in next dc = 17 dc, you continue then with 2 dc between each 2 dc from previous round as on round 4. Happy crocheting!
24.06.2014 - 18:28Mack wrote:
I've tried this pattern numerous times now but in each instance, by the time I get to round #2, the pattern on the top of the slipper has shifted too far left and I don't know why. I think I give up.
23.06.2014 - 05:39Mack wrote:
In Round 2, for the *-* portion atthe end of the round, I don't understand how to do "skip 1 stitch, 1 ch." If I already have a loop on the hook from the previous sc, and then I skip a stitch, do I then ch 1 before doing the next sc? Or does it mean add a chain somehow between the sc stitches? Explain "ch 1", in sequence.
21.06.2014 - 08:25DROPS Design answered:
Dear Mrs Mack, work this part of round 2 as follows: *sc1 in next st from previous row, ch 1, do not work the next sc on previous row*, repeat from *-*, you will have some sc from previous row unworked with 1 ch above these sts. Happy crocheting!
21.06.2014 - 09:42Choe-Mie wrote:
Dag, ik kom er helaas niet uit, al bij de eerste 2 touren. Ik begrijp niet wat ik moet doen. Er staat bij tour 1: 1 l, 1 v in iedere van de eerste 7-7-11 l. Mijn vraag is: 1 v in ieder wat van de eerste 7? En bij tour 2: 1l, 1 v in iedere wat van de 7? Dank alvast voor uw hulp.
07.10.2013 - 10:35DROPS Design answered:
Hoi Choe-Mie. Het hangt er vanaf welke maat je haakt. Haak je bijvoorbeeld maat 35/37 dan haak je toer 1: 1 l, 1 v in de eerste 7 l. Keer het werk. In toer 2 haak je dan 1 l, 1 v in de 7 v.
08.10.2013 - 13:38Charlotte wrote:
Hello. Thank you for providing this great pattern. But i am having a little trouble understanding a small part of it. Please can you help. My question is about round 4. Where do i start this round from? And where is this round for? The front (the toe area)? The back? Or the whole slipper i.e. Right round the slipper? I hope this question makes sense. Sorry if it doesn't. Thanks
26.07.2012 - 22:58DROPS Design answered:
Dear Charlotte, round 4 of the slipper starts and is worked around the slipper to create the sole. Happy crocheting!
30.11.2012 - 13:54DROPS Design wrote:
Hi Corina. Make sure to click US flag for US version of this pattern. You start by "ch 52-60-68 sts", i.e. same number of chain sts for all languages.
11.10.2011 - 00:48