DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.90 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale

Greyscale

DROPS Vest met plooien en strepen, overdwars gebreid in ribbelst van ”Alpaca” en ”Cotton Viscose”. Maat S t/m XXXL.

DROPS 106-1
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materialen: DROPS Alpaca
Kleur nr. 501, lichtgrijs:
250-250-300-300-350-400 gr
Kleur nr. 517, grijs:
100-150-150-150-150-200 gr
Kleur nr. 1101, wit:
50-100-100-100-100-100 gr
En gebruik: DROPS Cotton Viscose
Kleur nr. 18, parelgrijs:
150-150-150-200-200-200 gr
Garenalternativen en samenstelling van het garen – zie pagina 2.
Bekijk de verkoopprijs op pagina 3.

DROPS Breinaald 3,5 mm – of de breinld, die u nodig heeft voor de volgende steekverhouding: 23 st x 45 nld ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS Haaknaald 3 mm – voor de gehaakte rand.
DROPS Hoekig zilveren knoop, nr. 534:
6-6-6-7-7-7 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.90 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

Kleuralternatief: Rood/Oranje versie
Materialen: DROPS Alpaca
Kleur nr. 3620, rood:
250-250-300-300-350-400 gr
Kleur nr. 3650, rood mix :
100-150-150-150-150-200 gr
Kleur nr. 2925, oranje mix:
50-100-100-100-100-100 gr
En gebruik: DROPS Cotton Viscose
Kleur nr. 06, roestrood:
150-150-150-200-200-200 gr

Kleuralternatief: Bruin
Materialen: DROPS Alpaca
Kleur nr. 618, lichtbeige:
250-250-300-300-350-400 gr
Kleur nr. 403, bruin :
100-150-150-150-150-200 gr
Kleur nr. 100, naturel:
50-100-100-100-100-100 gr
En gebruik: DROPS Cotton Viscose
Kleur nr. 26, kastanjebruin:
150-150-150-200-200-200 gr

Kleuralternatief: Grijs/Groen
Materialen: DROPS Alpaca
Kleur nr. 7120, lichtgrijs/groen:
250-250-300-300-350-400 gr
Kleur nr. 7139, grijs/groen:
100-150-150-150-150-200 gr
Kleur nr. 100, naturel:
50-100-100-100-100-100 gr
En gebruik: DROPS Cotton Viscose
Kleur nr. 29, lichtgrijs/groen:
150-150-150-200-200-200 gr

Kleuralternatief: Roze
Materialen: DROPS Alpaca
Kleur nr. 3720, oudroze:
250-250-300-300-350-400 gr
Kleur nr. 3140, lichtroze:
100-150-150-150-150-200 gr
Kleur nr. 100, naturel:
50-100-100-100-100-100 gr
En gebruik: DROPS Cotton Viscose
Kleur nr. 27, lila:
150-150-150-200-200-200 gr

Kleuralternatief: Blauw/grijs
Materialen: DROPS Alpaca
Kleur nr. 501, lichtgrijs:
250-250-300-300-350-400 gr
Kleur nr. 6347, grijs/paars:
100-150-150-150-150-200 gr
Kleur nr. 8105, ijsblauw:
50-100-100-100-100-100 gr
En gebruik: DROPS Cotton Viscose
Kleur nr. 18, parelgrijs:
150-150-150-200-200-200 gr




Tip Breien: Ribbelst zijn erg elastisch. Het breiwerk kan daarom zowel in de breedte als in de hoogte erg rekken in vergelijking met de afmetingen op de schematekening.

Plooi: Brei een plooi van Cotton Viscose.
1 plooi wordt met verkorte nld gebreid als volgt (1e nld = verkeerde kant):
Brei 75 st, keer het werk en brei terug,
Brei 68 st, keer het werk en brei terug,
Brei 62 st, keer het werk en brei terug,
Brei 55 st, keer het werk en brei terug,
Brei 49 st, keer het werk en brei terug,
Brei 42 st, keer het werk en brei terug,
Brei 36 st, keer het werk en brei terug,
Brei 29 st, keer het werk en brei terug,
Brei 23 st, keer het werk en brei terug,
Brei 16 st, keer het werk en brei terug,
Brei alle st op de nld, keer het werk en brei terug,
Brei alle st op de nld, keer het werk en brei terug,
Brei 16 st, keer het werk en brei terug,
Brei 23 st, keer het werk en brei terug,
Brei 29 st, keer het werk en brei terug,
Brei 36 st, keer het werk en brei terug,
Brei 42 st, keer het werk en brei terug,
Brei 49 st, keer het werk en brei terug,
Brei 55 st, keer het werk en brei terug,
Brei 62 st, keer het werk en brei terug,
Brei 68 st, keer het werk en brei terug,
Brei 75 st, keer het werk en brei terug.

Tip Meten: Meet vanaf de opzetnld en meet waar de plooi het smalste is.

Achterpand: Het achterpand wordt heen en weer op de breinld gebreid. Het hele vest wordt in ribbelst gebreid, dwz, alle naalden recht breien. Begin aan de zijkant. Lees Tip Breien!
Zet 102-104-106-109-111-113 st losjes op met breinld 3,5 mm en Grijs Alpaca. Brei 5-11-13-15-19-21 nld ribbelst (1e nld = goede kant). Let op de steekverhouding! Meerder aan het eind van de volgende nld (op de verkeerde kant) 3 st voor het armsgat. Meerder daarbij aan het eind van elke 6e nld (op de verkeerde kant): 0-0-1-2-4-5 x 3 st = 105-107-112-118-126-131 st. Meerder aan het eind van de volgende nld op de verkeerde kant 38-41-40-39-35-35 st = 143-148-152-157-161-166 st. Brei door in ribbelst over alle st tot een hoogte van 9-10-11-12-14-16 cm (de volgende nld moet op de goede kant van het werk komen). Brei door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei 1 nld r. Brei vervolgens de Plooi – lees de instructie hierboven. Brei, als de plooi voltooid is, 1 nld r over alle st (op de verkeerde kant). Brei door met Lichtgrijs Alpaca. Brei heen en weer over alle st tot een hoogte van 17-19-21-23-26-28 cm – lees Tip Meten. Kant nu 5 st af aan het begin van de nld voor de hals (op de goede kant) = 138-143-147-152-156-161 st. Brei door tot een hoogte van 25-27-29-31-36-38 cm. Meerder vervolgens aan het eind van de nld 5 st (op de verkeerde kant) = 143-148-152-157-161-166 st. Brei door heen en weer over alle st tot een hoogte van 32-35-38-41-47-49 cm (de volgende nld moet op de goede kant van het werk komen). Brei door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei 1 nld r. Brei de Plooi. Brei, als de plooi voltooid is 1 nld over alle st (op de verkeerde kant), en brei vervolgens door met Grijs Alpaca. Brei zo door tot een hoogte van ca 40-43-45-47-52-54 cm. Kant nu de 38-41-40-39-35-35 st aan het begin van de nld af (op de goede kant) voor het armsgat = 105-107-112-118-126-131 st. Kant in de volgende nld (op de goede kant) 3 st af aan het begin van de nld. Kant daarbij af aan het begin van elke 6e nld (op de goede kant) als volgt: 0-0-1-2-4-5 x 3 = 102-104-106-109-111-113 st. Brei door tot een totale hoogte van 42-46-50-54-62-66 cm. Kant losjes af.

Linker voorpand: Het voorpand wordt overdwars gebreid. Zet de st op en brei vanaf de zijkant tot aan het middenvoor.
Zet 102-104-106-109-111-113 st losjes op met breinld 3,5 mm en Grijs Alpaca. Brei ribbelst en meerder voor het armsgat zoals op het achterpand = 143-148-152-157-161-166 st. Brei bij een hoogte van 6-7-8-9-12-14 cm (de volgende nld moet op de goede kant van het werk komen) door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei 1 nld r. Brei de Plooi. Brei, als de plooi voltooid is 1 nld over alle st (op de verkeerde kant). Brei door met Lichtgrijs Alpaca. Brei heen en weer over alle st. Brei bij een hoogte van 13-15-17-17-19-21 cm - lees Tip Meten - (de volgende nld moet op de goede kant van het werk komen) door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei 1 nld r. Brei de Plooi. Brei, als de plooi voltooid is 1 nld over alle st (op de verkeerde kant). Brei door met Wit Alpaca. Brei tot een hoogte van 3-3-3-5-6-6 cm van de laatste plooi (het werk heeft nu een totale hoogte van ca 17-19-21-23-26-28 cm). Kant nu af voor de hals aan het begin van elke nld op de goede kant: 1 x 9-9-11-9-11-8 st, 7 x 5 st en 1-1-1-2-2-4 x 2 st = 97-102-104-109-111-115 st. Brei 11 nld ribbelst heen en weer over alle st. Kant losjes af.

Rechter voorpand: Het voorpand wordt overdwars gebreid. Zet de st op en brei vanaf het middenvoor tot aan de zijkant.
Zet 97-102-104-109-111-115 st losjes op met breinld 3,5 mm en Wit Alpaca. Brei 11 nld ribbelst (1e nld = goede kant) heen en weer over alle st. Meerder vervolgens voor de hals aan het eind van elke nld op de verkeerde kant: 1-1-1-2-2-4 x 2 st, 7 x 5 st en 1 x 9-9-11-9-11-8 st = 143-148-152-157-161-166 st. Brei heen en weer over alle st tot een hoogte van ca 10-10-10-12-13-14 cm (de volgende nld moet op de goede kant van het werk komen). Brei door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei 1 nld r. Brei de Plooi. Brei, als de plooi voltooid is 1 nld over alle st (op de verkeerde kant). Brei door met Lichtgrijs Alpaca. Brei heen en weer over alle st tot een hoogte van ca 17-18-19-20-20-21 cm (de volgende nld moet op de goede kant van het werk komen). Brei door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei 1 nld r. Brei de Plooi. Brei, als de plooi voltooid is 1 nld over alle st (op de verkeerde kant). Brei door met Grijs Alpaca. Kant tegelijkertijd 4-4-3-2-2-2 cm na de laatste plooi de eerste 38-41-40-39-35-35 st (op de goede kant) af voor het armsgat. Kant in de volgende nld (op de goede kant) de eerste 3 st van de nld af. Kant daarbij af aan het begin van elke 6e nld (op de goede kant) als volgt: 0-0-1-2-4-5 x 3 st = 102-104-106-109-111-113 st. Brei heen en weer over alle st tot een hoogte van 6-7-8-9-12-14 cm na de laatste plooi. Kant losjes af.

Mouwen: De mouwen worden in ribbelst heen en weer gebreid op de breinld.
Zet 55-57-60-62-62-66 st losjes op (incl. 1 kantst aan weerskanten) met breinld 3,5 mm en Lichtgrijs Alpaca. Brei ca 3 cm ribbelst. Brei door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei bij een hoogte van 5 cm door met Lichtgrijs Alpaca. Meerder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 5-5-5-7-9-7 cm 9-11-12-15-17-18 x 1 st aan weerskanten van de mouw op elke 5-4-3½-2½-2-2 cm = 73-79-84-92-96-102 st. Wissel tegelijkertijd bij een hoogte van 18 cm naar Parelgrijs Cotton Viscose. En wissel bij een hoogte van 20 cm weer naar Lichtgrijs Alpaca.
Kant bij een hoogte van 48-48-47-47-45-44 cm 3 st af voor de mouwkop aan weerskanten. NB! De grote maten hebben kortere mouwen omdat de mouwkop langer is en de schouders breder. Kant daarbij af voor de mouwkop aan weerskanten van de mouw in elke 2e nld: 2-2-2-2-1-0 x 2 st en 10-12-14-15-24-28 x 1 st. Kant daarna steeds 2 st af aan weerskanten tot een hoogte van 54-55-55-56-56-57 cm en kant dan nog 1 x 3 st af aan weerskanten. Kant de resterende st af. De mouw heeft een totale hoogte van ca 55-56-56-57-57-58 cm.

Afwerken: Sluit de schoudernaden. Naai de mouwen in het vest. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer met 1 kantst als naadtoeslag.

Gehaakte rand: Begin beneden aan het middenvoor van het rechter voorpand. Haak met haaknld 3 mm en Wit Alpaca als volgt: 1 v, * 2 l, ca 1 cm overslaan, en 1 v in de volgende st *, herhaal *-* langs het rechter voorpand, rondom de hals en langs het linker voorpand.

Afwerken: Naai de knopen op het linker voorpand, ca 1 cm vanaf het middenvoor. Plaats de bovenste knoop ca 1 cm onder het begin van de hals, en de overige knopen met een afstand van 4 cm er tussen. De lusjes in de gehaakte rand worden als knoopsgaten gebruikt.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 106-1

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (290)

country flag Ria Agterberg wrote:

Ik ben bij de plooi aangekomen en lees het volgende Brei met Cotton Viscose 75 st, keer het werk en brei terug, Brei 68 st, keer het werk ...7x steeds minder tot 16 st, daarna steeds meer tot 75 st. Volgens mij is dit fout en moet je juist omgekeerd beginnen, dus de plooi beginnen met 16 st. met Viscose. Mag ik aub snel een reactie van u want ik wil graag verder breien en kan nu niet verder.

23.01.2017 - 11:45

DROPS Design answered:

Hoi Ria. Nee, het is correct als er staat. Vergeet niet dat je begint aan de verkeerde kant - dus vanaf de onderkant naar boven en dat je steeds minder st breit voordat je keert. Op deze manier wordt de plooi breder aan de onderkant dan aan de bovenkant (zie ook foto).

23.01.2017 - 14:09

country flag Ria Agterberg wrote:

Ik begrijp het begin en einde van de plooien niet. Er staat brei door met Parelgrijs Cotton Viscose. Brei 1 nld r. Brei de Plooi. Brei, als de plooi voltooid is 1 nld over alle st (op de verkeerde kant). Brei door met Lichtgrijs Alpaca. Ik zou denken dat ik met Parelgrijs Cotton Viscose gelijk met de plooi moet beginnen en ook eindigen en niet eerst over alle steken met Cotton Viscose Parelgrijs een toer moeten breien, dit kan ik ook niet terugzien op het plaatje van het patroon.

22.01.2017 - 17:23

DROPS Design answered:

Hoi Ria. Nee, je breit eerst 1 nld over alle st (je breit van beneden naar boven) en dan brei je de plooi (die gaat niet over alle st) en na de plooi brei je ook 1 nld over alle st. Je kan op de foto zien dat er een dunne ribbel met Cotton Viscose aan de bovenkant is.

23.01.2017 - 14:17

country flag Ria Agterberg wrote:

Weer een geweldig duidelijk patroon, die video's die erbij staan zijn ook zo makkelijk. Wat ik ook brei of haak van uw site het kan niet mislukken.

21.01.2017 - 06:51

country flag Ginny wrote:

Hi - back piece for 104 stitches states 'work 11 rows then inc 3 stitches for armholes'. Is this correct? 11 rows is not even 6 inches in length! What have I misunderstood?

02.01.2017 - 10:17

DROPS Design answered:

Dear Ginny, it's correct, you only work 11 rows in 2nd size before casting on the 3 sts for armhole. Happy knitting!

02.01.2017 - 10:48

country flag Susan Pod wrote:

Love pattern but have a problem with pleat pattern indicates for back to work first row of pearl grey on right side then do the short row on wrong side if I do that the pleat ends up towards the top of the jacket not the bottom what am I doing wrong. Thanks for your help.

31.10.2016 - 18:14

DROPS Design answered:

Dear Mrs Pod, first row with pearl grey is worked from RS then work the pleat: 1st row = from WS. So that the pleat will be at the bottom of the jacket and not at the top. Happy knitting!

01.11.2016 - 12:17

country flag Angelika wrote:

Ich glaube das der angegebene Halsausschnit bei Größe S mit 8 cm nicht richtig ist. Ich stricke immer ca das Doppelte. Auch das Diagramm zeigt einen anderen Armausschnitt als auf der Abbildung der Jacke zu sehen ist. Wo habe ich meinen Denkfehler Ein weiteres Problem ist für mich das Stricken mit verkürzten Reihen bei der Falte. Ich erhalte dann kleine Löcher. Ist nicht schön. Im vorwege vielen Dank für Ihre Hilfe

15.03.2016 - 11:03

DROPS Design answered:

Liebe Angelika, am besten schauen Sie sich alle unsere Tutorialvideos zum Thema verkürzte Reihen an, dann sind Sie bestens vorbereitet, um diese ohne Löcher zu stricken. Die Anleitung stimmt mit der Schnittzeichnung überein, Sie beginnen am Rückenteil mit dem Halsausschnitt bei 17 cm und beenden diesen bei 25 cm (Grösse S) - das gibt die 8 cm. Ich habe die Jacke selbst schon nachgestrickt und kann Ihnen bestätigen, dass auch der hintere Ausschnitt gut passt.

15.03.2016 - 18:25

Heike wrote:

Meine Maschenprobe war genau so wie angegeben bei 3.5 mm Nadel 23 M x 45 R. Bei XL ist aber der Ärmel viel zu breit, also schon am Bündchen, so daß ich anstatt 62 M nur 55 M beim zweiten Versuch angeschlagen habe. Ich habe sehr große Handgelenke, aber 27 cm sind die nicht im Umfang. Da brauche ich wirklich nur 21 cm.

04.03.2016 - 21:00

country flag Kirsten wrote:

Muss man für die Falten Cotton Viskose nehmen? Würde die ganze Jacke gerne in Baby Alpaca stricken und außerdem auch glatt rechts, weil ich kraus rechts nicht so schön finde.

21.02.2016 - 16:32

DROPS Design answered:

Sie können die ganze Jacke in Baby Alpaca Silk stricken, sollten jedoch kraus re str und nicht glatt re, da ansonsten die Falten zu breit werden, glatt re hat in der Höhe ja eine andere Maschenprobe als kraus re.

24.02.2016 - 20:11

country flag Mira wrote:

Ik zie de vraag nergens maar ik snap het meten vanaf het kleinste punt bij de plooi niet. Is dit dan vanaf de opzetrand tot aan de 75 steken waar de plooi eindigt?

21.01.2016 - 14:56

DROPS Design answered:

Hoi Mira. Je meet vanaf de opzetrand bij de kortste stuk van het werk = waar de plooi het smalst is.

22.01.2016 - 16:05

Bonnie wrote:

Hi, please tell me what "tel" means in the 106-1 pattern. Thanks, bonnie

22.11.2015 - 17:05

DROPS Design answered:

Dear Bonnie, it may comes from your browser that consider there are some telephone numbers instead of just numbers to the pattern - checking the settings for your browser should help. Happy knitting!

23.11.2015 - 10:35