DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 18.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS Children 26-6
DROPS design: model nr. cm-003-bn
Garengroep B
----------------------------------------------------------
JURK:
Maat: 2 - 3/4 - 5/6 - 7/8 - 9/10 jaar
Maat in cm: 92 - 98/104 - 110/116 - 122/128 - 134/140
Materiaal:
DROPS COTTON MERINO van Garnstudio
250-300-350-400-450 gr. kleur nr. 16, denimblauw

HAARBAND:
Maat: 2/4 - 5/6 - 7/8 - 9/10 jaar
Hoofdomtrek: 48/50 - 50/52 - 52/53 - 54/55 cm
Materiaal:
DROPS COTTON MERINO van Garnstudio
50 gr voor alle maten in kleur nr. 16, denimblauw

DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (60 cm) 3,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 22 st x 30 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS KNOOP: gebogen (wit), NR. 521: 2 stuks voor alle maten voor de jurk.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 18.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

PATROON: Zie telpatronen A.1 tot en met A.4.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder als volgt voor A.3: 2 r samen.
Minder als volgt na A.3: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op het linkerachterpand. Brei de tweede en derde st samen vanaf middenachter en maak een omsl.
Maak knoopsgaten als de bies 2 en 4 cm meet.

RIBBELST (heen en weer):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.
----------------------------------------------------------

JURK:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld, van onderen naar boven.
Zet 192-192-224-224-256 st op met rondbreinld 3,5 mm en Cotton Merino. Brei A.1. Brei dan A.2 (= 6-6-7-7-8 patroonherhalingen in de rondte). Als A.2 een keer in de hoogte is gebreid, brei als volgt - begin 1 st voor de eerste st op de nld: * A.3 (= 3 st), 29 st in tricotst *, herhaal van *-* 6-6-7-7-8 keer. Minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 15 cm 1 st voor elke herhaling van A.3 – LEES TIP VOOR HET MINDEREN (= 6-6-7-7-8 st geminderd). Herhaal dit minderen afwisselend voor en na A.3 elke 1-1½-1½-2-2 cm in totaal 12-10-12-10-12 keer = 120-132-140-154-160 st. Ga verder in tricotst en A.3 tot het werk 27-29-32-35-37 cm meet. Brei nu A.1 over alle st, pas in de eerste nld in A.1 het aantal st aan naar 124-132-140-148-160. Plaats 2 markeerders in jet werk; een aan het begin van de nld en 1 na 62-66-70-74-80 st = de zijkanten.
Ga verder in tricotst over alle st. Kant bij een hoogte van 34-37-41-45-49 cm 6 st af aan elke kant voor de armsgaten (dus 3 st aan elke kant van elke markeerder) en brei elk deel apart verder.

ACHTERPAND:
= 56-60-64-68-74 st.
Ga verder en kant af voor de armsgaten aan elke kant aan het begin van elke nld als volgt: 1 keer 2 st en 2-2-1-1-2 keer 1 st = 48-52-58-62-66 st. Zet bij een hoogte van 38-42-47-52-57 cm de eerste 22-24-27-29-31 st (aan de goede kant) op 1 hulpdraad voor de rechterschouder (brei ze eerst) en eindig elke schouder apart.

LINKERSCHOUDER:
= 26-28-31-33-35 st.
Ga verder in tricotst maar brei de eerste 4 st op de nld (richting het midden) in ribbelst (= knoopsgatbies). Maak knoopsgaten - zie uitleg boven. Zet bij een hoogte van 44-48-53-58-63 cm de eerste 4 st op een hulpdraad (brei ze eerst) en kant dan de volgende 10-11-12-13-13 st voor de hals. Kant dan 1 st af in de volgende nld langs de hals = 11-12-14-15-17 st over op de schouder. Kant af bij een hoogte van 46-50-55-60-65 cm.

RECHTERSCHOUDER:
Zet de 22-24-27-29-31 st van de hulpdraad terug op de nld en zet 4 nieuwe st op aan het einde van de eerste nld aan de goede kant (= knoopbies) = 26-28-31-33-35 st. Brei als de linkerschouder maar in spiegelbeeld en maak geen knoopsgaten.

VOORPAND:
= 56-60-64-68-74 st.
Kant af voor de armsgaten aan de zijkanten als op het achterpand = 48-52-58-62-66 st. Zet bij een hoogte van 41-45-50-55-60 cm de middelste 18-20-22-24-24 st op een hulpdraad voor de hals en eindig elke schouder apart. Kant dan af elke nld langs de hals: 1 keer 2 st en 2 keer 1 st = 11-12-14-15-17 st over op de schouders. Kant af bij een hoogte van 46-50-55-60-65 cm.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 40-42-44-46-48 st op met breinld zonder knop 3,5 mm en Cotton Merino. Brei A.1 over alle st, brei dan in tricotst. Plaats 1 markeerder aan het begin van de nld = midden onder de mouw. Meerder bij een hoogte van 6 cm 1 st aan elke kant van de markeerder. Meerder elke 6-3½-3-3-3 cm nog 2-4-6-7-8 keer = 46-52-58-62-66 st.
Kant bij een hoogte van 20-23-26-29-32 cm 6 st af midden onder de mouw voor de mouwkop. Brei dan de mouw verder heen en weer en kant TEGELIJKERTIJD voor de mouwkop aan elke kant als volgt: kant 2 st af aan elke kant tot het werk 24-27-30-33-36 cm meet. Kant 3 st af aan elke kant, kant dan de overgebleven st af. Het werk meet ongeveer 25-28-31-34-37 cm.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in de jurk. Naai de knopen op de rechterbies. Plaats de 4 st van het rechterachterpand onder de 4 st met knoopsgaten van het linkerachterpand en naai ze aan elkaar vast met nette, kleine steken.

HALSRAND: neem ongeveer 72 tot 88 st (incl. st op hulpdraden) langs de hals op rondbreinld 3,5 mm. Brei 2 ribbels. Kant alle st af.
----------------------------------------------------------

HAARBAND:
Zet 15 st op met nld 3,5 mm en Cotton Merino. Brei 1 ribbel in RIBBELST - zie uitleg boven, brei dan A.4 over alle st. Ga verder met A.4 tot het werk 41-42-43-44 cm meet (rek het werk licht op als u meet), brei een ribbel en kant dan alle st af.
Naai de opzetrand en afkantrand aan elkaar met maassteken.

Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = 2 r samen
symbols = 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 26-6

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (114)

country flag Masson wrote:

Je fais la robe pour 5-7 ans tout va bien jusqu'aux épaules je ne comprends pas comment procéder épaule gauche épaule droite ? Merci de m'aider.

18.11.2023 - 11:15

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Masson, dans le dos, on a une fente avec des boutons; on va ainsi devoir diviser le dos en 2 parties et les terminer séparément pour créer cette fente. Quand l'ouvrage mesure 47 cm (en taille 5/6 ans), tricotez les 27 premières mailles sur l'endroit et mettez-les en attente (épaule droite quand on porte la robe); tricotez maintenant les 31 mailles restantes avec 4 mailles point mousse en début de rang sur l'endroit/fin de rag sur l'envers pour la bordure de boutonnage du dos. Terminez le côté gauche du dos puis reprenez les mailles en attente pour tricoter le côté droit du dos. Bon tricot!

20.11.2023 - 09:52

country flag Maria Cini wrote:

Hi i'm knitting size 6-7 year old. When i mark the sides am i doing something wrong if one side has pattern A3 and the other side not? Thanks

16.10.2023 - 16:49

country flag Maria wrote:

Hi. I'm knitting size 6-7 years. When I mark the sides am i doing something wrong if one side has pattern A3 and the other side not?

16.10.2023 - 16:45

DROPS Design answered:

Dear Maria, A.3 is worked all the round with 29 sts stocking stitch between each A.3 so that there are 7 repeats of A.3 in the round in both size 5/6 years and 7/8 years. Can this help or do I misunderstand your question?

17.10.2023 - 09:05

country flag Dale wrote:

Would you please clarify the decrease for sleeve cap in a row by row description? Is the decrease 2 sts at each end of every row, or 1 st each end of every row? Also, how do you complete the decrease ... bind off or combine stitches? Thank you.

23.07.2023 - 14:37

DROPS Design answered:

Dear Dale, first you cast off 2 sts in each side, that is, 2 stitches at the beginning of each row, both from the right side and the wrong side. When the piece measures 24-27-30-33-36 cm cast off 3 stitches in each side as before (once on each side) and then cast off the remaining stitches. You bind off these stitches one by one, instead of decreasing them together. Happy knitting!

23.07.2023 - 20:04

country flag Brenda wrote:

I have a question about "repeat dec alternately before every A3 every 1 cm (for size 2). I have completed only 6 decrease rows (not the 12 as the pattern instructs) and I'm going to have fewer than 120 stitches. Would you please clarify how to perform these decreases?

11.07.2023 - 23:08

DROPS Design answered:

Hi Brenda, You decrease alternately 1 stitch before A.3 (the first set of decreases) and after A.3 (the second set of decreases), with 6 stitches decreased on each decrease-round a total of 12 times = 72 stitches decreased. Starting with 192 stitches, this leaves you with 120 stitches when the decreases are finished. Happy knitting!

12.07.2023 - 07:18

country flag Bernadette Anbergen wrote:

En réalité, les hauteurs dans le descriptifs sont à multiplier environ par 1,3. Je ne demande pas de réponse, mais ce serait bien de corriger les hauteurs de tricot dans le descriptif. En attendant, j'ai défait mon travail et je dois recommencer. Bien à vous

29.04.2023 - 23:48

country flag Lyn Carroll wrote:

Could you send me pictures of where the buttons go and the "then place the 4 sts from right back piece behind the 4 sts on the left back piece and fasten with small stitches?"

04.05.2022 - 21:38

DROPS Design answered:

Dear Mrs Caroll, take the piece from the right side, back piece towards you; slip the 4 sts cast on on the right shoulder on back piece inside piece (towards back side) and sew the cast on edge of these 4 sts along the first 4 sts in garter stitch on left shoulder. Sew the buttons on the left side of back piece facing the buttonholes. Happy assemby!

05.05.2022 - 09:04

country flag IDA POLONI wrote:

Would you consider supplying this pattern for sizes 12 - 14

16.03.2022 - 03:20

DROPS Design answered:

Dear Ida, we don't make personalized patterns. If you have the same gauge as in the pattern, you could adjust the number of stitches/cm for a larger size by following the sequence of the previous sizes. Happy knitting!

20.03.2022 - 19:05

country flag Sheila Kroetsch wrote:

I am confused by the Front piece instructions. "And finish each shoulder sepearately" Am I binding off starting the next row after putting the middle stitches on the stitch holder? Do I bind off 2 stiches once and 1 stich twice in all or do I repet that sequence until I have reached the appropriate number of stitches?

21.01.2022 - 21:00

DROPS Design answered:

Dear Mrs Krotsch, you will cast off for neck at the beginning of every row starting from neck (towards the sts on the thread), ie at the beginning of a WS row (left shoulder)/RS row (right shoulder) 2 sts 1 time then 1 stitch 2 times. Happy knitting!

24.01.2022 - 08:25

country flag Vandebrouck Andrée wrote:

L'enregistrement que j'ai imprimer n'pas conforme au modelle

16.12.2021 - 18:14

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Vandebrouck, qu'entendez-vous par là, comment pouvons-nous vous aider?

17.12.2021 - 08:58