DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 165-11
DROPS design: Model nr. bs-084
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maten:
Lengte in het midden: ongeveer 73 cm
Breedte: ongeveer 146 cm
Materiaal:
DROPS BABYALPACA SILK van Garnstudio
300 gr. kleur nr. 4088, heide

DROPS HAAKNLD 3,5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 22 stk x 12 toeren = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

TIP VOOR HET METEN:
Meet altijd vanaf de eerst gehaakte l naar beneden naar de punt van de omslagdoek.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang het eerste stk aan het begin van elke stk-toer door 3 l.
Vervang het eerste dstk aan het begin van elke dstk-toer door 4 l.
Vervang aan het begin van elke toer met driedubbel stk het eerste driedubbel stk door 5 l en 1 l (om een strakke rand te voorkomen) = 6 l.

PATROON:
Zie telpatronen A.1-A.5.

MEERDER-STK-GROEP:
Haak 2 stk in eerste stk, 1 l (= punt), sla 1 l over, 2 stk in volgend stk = 2 stk gemeerderd in de punt.
LET OP: meerder op de 3e toer in A.2 met een dstk in plaats van een stk!

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder elke toer met stk (en A.2) met 2 stk in de eerste en laatste st elke toer en haak een meerder-stk-groep in de punt van de omslagdoek (= 4 stk gemeerderd op de toer).
LET OP: meerder op de 3e toer in A.2 met een dstk in plaats van een stk!
----------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK:
Wordt heen en weer gehaakt.

TOER 1 (= aan de verkeerde kant): haak volgens telpatroon A.1 als volgt: haak 7 l (= 1 driedubbel stk en 1 l) - LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN met BabyAlpaca Silk en haaknld 3,5 mm. Haak 1 l, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in eerste l op de toer, haak 2 l, plaats een markeerder (= punt van de omslagdoek) – neem deze gaandeweg mee naar boven, 2 l, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in de eerste l op de toer, 1 l, 1 driedubbel stk in eerste l.
TOER 2: haak 8 l, 7 dstk om volgende l-lus, 2 l, 1 dstk om volgende l-lus (= punt), 2 l, 7 dstk om l-lus, 2 l, 1 driedubbel stk in 6e l van vorige toer.
TOER 3: haak 8 l, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in laatste l van vorige toer, 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l, sla volgende l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in het middelste dstk van de vorige toer, 4 l (= punt), (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in hetzelfde dstk, 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in 6e l van vorige toer, 2 l, 1 driedubbel stk in 6e l op vorige toer.

TOER 4: haak A.Z zo: 8 l, sla 1 l-lus over, 7 dstk om volgende l-lus, 2 l. Haak A.1a als volgt: 1 dstk in de middelste van de 3 dstk, 2 l, sla 1 l-lus over, 7 dstk om volgende l-lus, 2 l. Haak 1 dstk om volgende l-lus (= tip). Haak daarna A.1b als volgt: 2 l, 7 dstk om volgende l-lus, 2 l, 1 dstk in de middelste van de volgende 3 dstk. Haak A:X als volgt: 2 l, sla 1 l-lus over, 7 dstk om volgende l-lus, 2 l, 1 driedubbel stk in 6e l op vorige toer.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
TOER 5: haak A.X als volgt: 8 l, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in laatste l van vorige toer, 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l. Haak A.1b als volgt: sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend dstk, 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l. Sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in middelste dstk op de omslagdoek, 4 l (= tip). Haak A.1a als volgt: (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in hetzelfde dstk, sla 1 l-lus over, 2 l, 1
dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l, sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgende dstk, sla 1 l-lus over. Haak A.Z als volgt: 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l, sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in 6e l op vorige toer, 2 l, 1 driedubbel stk in 6e l.
TOER 6-11: ga verder in patroon volgens de 4e en 5e toer en haak TEGELIJKERTIJD A.1a en A.1b over de nieuwe gemeerderde st in A.X en A.Z. Er zijn nu 5 dstk groepen in de hoogte langs de punt van de
omslagdoek en het werk meet ongeveer 24 cm - LEES TIP VOOR HET METEN.

Haak nu A.2 als volgt: haak 3 l (= 1 stk), haak 1 stk meer in laatste dstk van vorige toer (= 1 stk gemeerderd), ga verder met 1 stk in elk dstk en 1 stk om elke l tot de middelste l-lus (= punt), haak dan 1 stk om l-lus, 2 stk in de eerste van de twee middelste l (= 1 stk gemeerderd), 1 l, 2 stk in volgende l (= 1 stk gemeerderd), 1 stk om dezelfde l-lus. Ga verder met 1 stk in elk dstk en 1 stk om elke l en haak 2 stk in 6e l aan begin van vorige toer (= 1 stk gemeerderd) = 4 stk gemeerderd in totaal en 156 stk op de toer (= 78 stk aan elke kant van de punt).

Ga dan verder vanaf de 2e toer in A.2, ga TEGELIJKERTIJD verder met meerderen op dezelfde manier - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN en haak een MEERDER-STK-GROEP - zie uitleg boven, begin in het stk voor de l in de punt van de omslagdoek. LET OP: haak op de 3e toer 1 l voor de meerder-stk-groep en voor de laatste meerdering op de toer zodat het patroon symmetrisch is. (Dus 2 extra stk worden gemeerderd in de volgende toer als er 1 stk wordt gehaakt om deze 2 extra l).
Als hele A.2 een keer in de hoogte is gehaakt, zijn er 174 stk op de toer. Haak dan 5 toeren van A.2 nog 1 keer in de hoogte op dezelfde manier (= 22 stk gemeerderd) = 198 stk.

Ga nu verder met meerderen als aan het begin van de omslagdoek als volgt - zie telpatroon A.3-A.5:
TOER 1: haak 8 l, * (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend stk, 2 l, sla 2 stk over, 1 stk in elke van de volgende 3 stk, 2 l, sla 2 stk over *, herhaal van *-* nog 11 keer, sla 1 stk over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend stk (= eerste stk van de 2 middelste stk), 4 l (= punt), (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend stk (= tweede stk van de middelste 2 stk), ** 2 l, sla 2 stk over, 1 stk in elke van de volgende 3 stk, 2 l, sla 2 stk over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend stk **, herhaal van **-** nog 11 keer, 2 l, 1 driedubbel stk in laatste stk op toer.
TOER 2: haak 8 l, sla 1 l-lus over, * 7 dstk om volgende l-lus, 2 l, 1 dstk in de middelste van de 3 stk, 2 l, sla 1 l-lus over *, herhaal van *-* nog 11 keer, 7 dstk om volgende l-lus, 2 l, 1 dstk om volgende l-lus (= punt), 2 l, 7 dstk om volgende l-lus, ** 2 l, 1 dstk in de middelste van de volgende 3 stk, 2 l, sla 1 l-lus over, 7 dstk om volgende l-lus **, herhaal van **-** nog 11 keer, 2 l, 1 driedubbel stk in 6e l op vorige toer.
TOER 3: haak 8 l, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in laatste l van vorige toer, * 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l, sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend dstk, sla 1 l-lus over *, herhaal van *-* nog 11 keer, 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l, sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend dstk, 4 l (= punt), (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in hetzelfde dstk, 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l, ** sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in volgend dstk, sla 1 l-lus over, 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l **, herhaal van **-** nog 11 keer, sla 1 l-lus over, (1 dstk, 4 l, 1 dstk) in 6e l op vorige toer, 2 l, 1 driedubbel stk in dezelfde l.

Haak nu A.2 als volgt: haak 3 l (= 1 stk), haak 1 stk meer in laatste dstk op vorige toer (= 1 stk gemeerderd), ga verder met 1 stk in elk dstk en 1 stk om elke l tot de middelste l-lus op de omslagdoek (= punt), haak dan 1 stk om l-lus, 2 stk in de eerste van de twee middelste l (= 1 stk gemeerderd), 1 l, 2 stk in volgende l (= 1 stk gemeerderd), 1 stk om dezelfde l-lus. Ga verder met 1 stk in elk dstk en 1 stk om elke l en haak 2 stk in 6e l aan begin van vorige toer (= 1 stk gemeerderd) 364 stk op de toer (= 182 stk aan elke kant van punt).
Ga dan verder vanaf de 2e toer in A.2 en ga TEGELIJKERTIJD verder op dezelfde manier met meerderen en haak een MEERDER-STK-GROEP - zie uitleg boven, begin in stk voor l in de punt van omslagdoek. LET OP: haak op de 3e toer 1 l voor meerder-stk-groep en voor de laatste meerdering op de toer zodat het patroon symmetrisch wordt. Dus u meerdert 2 stk in de volgende toer als u 1 stk haakt om deze 2 l, meerder TEGELIJKERTIJD op de laatste toer 8 stk gelijkmatig (dus 4 stk aan elke kant van de punt) = 390 stk op de toer.

Ga nu verder vanaf de pijl in telpatroon A.3, A.4 en A.5 op dezelfde manier als hiervoor maar haak nu A.3 24 keer in totaal voor A.4 (= meerderen in de punt), en haal A.5 24 keer in de breedte na A.4.
Ga als A.3-A.5 klaar is in de hoogte verder in patroon en meerder volgens de 2e-5e toer in het telpatroon tot het werk 75 cm meet in totaal langs de punt gemeten - pas zo aan dat u eindigt op een toer als de 4e toer in het telpatroon. Hecht af.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 24.10.2016
OMSLAGDOEK: ... Dus u meerdert 2 stk in de volgende toer als u 1 stk haakt om deze 2 l, meerder TEGELIJKERTIJD op de laatste toer 8 stk gelijkmatig (dus 4 stk aan elke kant van de punt) = 390 stk op de toer.

Telpatroon

symbols = 1 l
symbols = 6 l
symbols = 1 stk
symbols = 1 stk om l-lus
symbols = 1 stk in achterste lus aan de goede kant, 1 stk in voorste lus aan de verkeerde kant
symbols = 1 dstk
symbols = 1 dstk om l-lus
symbols = 1 dstk in de middelste van de 3 stk
symbols = 1 driedubbel stk in st eronder
symbols = 7 dstk om l-lus eronder
symbols = 2 l, 1 dstk in elke van de middelste 3 dstk, 2 l
symbols = 1 dstk in st eronder, 4 l, 1 dstk in dezelfde st.
symbols = begin op toer met pijl
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 165-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (70)

country flag Muriel Lorenzetti wrote:

Quand j'arrive au 11eme rang, si je mesure mon châle verticalement, de la pointe, le long des 5 groupes de DB, mon châle ne mesure que 19 cm et non 24. Est ce normal ? Est ce ainsi que je dois le mesurer ? Merci pour votre réponse Muriel

16.08.2022 - 21:13

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lorenzetti, effectivement, c'est bien ainsi qu'il faut mesurer - qu'en est-il de votre échantillon? Avez-vous bien vos 22 brides en largeur et 12 rangs de brides pour 10 x 10 cm? Vous pouvez essayer avec un crochet plus gros si besoin ou bien essayer d'étirer davantage vos mailles en longueur. Bon crochet!

17.08.2022 - 08:11

country flag Silvia wrote:

Als A2 een keer in de hoogte is gehaakt, zijn er 174 stk op de toer. A2 nog een keer is 22 stk gemeerderd. 174 + 22 = 196 stk totaal en geen 198 stk wat in het patroon staat.

05.07.2022 - 19:05

country flag Takako wrote:

Thank you for answering! I am looking at US version and is part of it says “double dc” INC dc-GROUP and INCREASE TIP. Sorry I am now more confused. About increasing 22 sts, as your team answered to other people’s question, I figured out that 22 sts includes extra 2 sts on 3rd row of A.2.(4, 4, 6, 4, 4)increasing sts counts. So increasing 24 sts eventually, increase 6 sts on 4th row(next row of 3rd row)? Thank you very much.

30.10.2021 - 08:54

DROPS Design answered:

Dear Takako, double dc is a separate stitch, it's a dc with 2 yarn overs (instead of 1, which would be the normal dc). 22 stitches is the total amount of increased stitches after working 5 rows of A.2. Happy knitting!

01.11.2021 - 13:45

country flag Takako wrote:

Sorry for multiple posts, but what is double dc as mentioned at the INC dc-GROUP and INCREASE TIP? Are those same as 2 dcs together?

29.10.2021 - 17:08

DROPS Design answered:

Dear Takako, which version are you reading (British or US?) Happy Stitching!

30.10.2021 - 03:28

country flag Takako wrote:

Hello, I need a help with first A.2, how can you get 198 sts, after increased 22 sts to 174 sts? Not 196 sts? Thanks for your help in advance!

29.10.2021 - 17:01

DROPS Design answered:

Dear Takako, when doing the A.2 pattern, did you counted the increase h enote mentions? ("NOTE: On 3rd work 1 ch before inc tr-group and before the last inc on row so that the pattern is symmetrical. (I.e. 2 extra tr are inc on next row when 1 tr is worked around these 2 extra ch). " That might be the missing 2 stitches. Happy Stitching!

30.10.2021 - 03:25

country flag Esperanza wrote:

Trabajo terminado, con dudas con el patrón, pero al final preguntando y probando pude terminarlo

01.07.2021 - 18:40

country flag Sanne wrote:

Nu har jeg hæklet utallige indviklede sjaler, da der skal være udfordring i det. det må man sige der er her. Aldrig har jeg oplevet en mere rodet og uoverskuelig opskrift. hækle ihver af de trdbst som ikke findes. men hvor mange af de midterste. 3, 5 eller 1. man roder rundt i diagrammer, som ikke er ordentligt beskrevet. er nået til 3 række, og er allerede dybt frustreret. har sat teksten i dokument, så den kunne splittes og blive bare en anelse overskuelig.\r\ner ellers habil hækler

17.01.2021 - 12:08

country flag Esperanza wrote:

Al hacer A2 por segunda vez, una vez hecha la quinta vuelta pone continuar con A2 a partir de la segunda vuelta, para después continuar con el trabajo has el final según los diagramas A3,A4 y A5, todo eso lo entiendo, pero si veo la foto del chal, parece que el segundo grupo de A2 solo se trabaja las 5 vueltas sin continuar a partir de la segunda vuelta de A2.¿ que es lo correcto?

02.01.2021 - 00:26

DROPS Design answered:

Hola Esperanza. El patrón es correcto. La foto es solo para dar una visión general de la prenda. Tienes que trabajar según las explicaciones del patrón.

03.01.2021 - 16:28

country flag Malene wrote:

Hejsa, jeg har hæklet mange sjaler, tæpper mv men denne opskrift har jeg forsøgt forfra på 4 gange og jeg kan stadig ikke få teksten til at gå logisk op med hvordan mønstret ser ud. Synes ikke at det hænger sammen og synes den er kringlet forklaret bare de første 5 rækker så nu er jeg tilbage ved række 1, men tager nok snart en anden opskrift...

24.11.2020 - 21:26

country flag Esperanza wrote:

Con respecto a mi duda anterior, he visto que hace referencia a A.1a y A.1b en la explicación de la vuelta 4.. lo entendí.. lo que no lo veía era en el diagrama

22.11.2020 - 21:43