DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.99€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

White Romance

Gebreide DROPS trui met kantpatroon, korte mouwen en ronde pas van ”Safran”. Maat: S - XXXL.

DROPS 159-12
DROPS design: Model nr. e-226
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS SAFRAN van Garnstudio
350-350-400-450-500-550 gr. kleur nr. 17, wit

DROPS RONDBREINLD (40 en 80 cm) 3 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (40 en 80 cm) 2,5 mm - voor randen.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.99€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (in de rondte op rondbreinld):
* brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*. 1 ribbel = 2 nld.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.7. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.


TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid (dus brei achter in de steek in plaats van voor in de steek) om gaatjes te voorkomen – brei de gemeerderde st in tricotst.

RAGLAN:
Minder voor de raglan aan elke kant van A.4 in elke overgang tussen mouwen en lijf.
Minder als volgt na A.4: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
Minder als volgt 2 st voor A.4: 2 r samen.
----------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 336-372-408-456-516-576 st op met rondbreinld 2,5 mm en Safran. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 3 mm en brei in patroon volgens telpatroon A.1. Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, staan er 168-186-204-228-258-288 st op de nld. Ga dan verder in patroon volgens telpatroon A.2. Brei na A.2 2 nld recht en meerder TEGELIJKERTIJD 0-6-0-0-6-0 st gelijkmatig in de laatste nld = 168-192-204-228-264-288 st. Plaats 1 markeerder aan het begin van de nld en 1 markeerder na 84-96-102-114-132-144 st (= de zijkanten). Ga dan verder in patroon volgens telpatroon A.3. DENK OM DE STEKENVERHOUDING.
Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 12 cm 1 st aan elke kant van beide markeerders - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN (= 4 st gemeerderd). Herhaal dit meerderen elke 4-4-4-5-5-5 cm in totaal 6 keer aan elke kant = 192-216-228-252-288-312 st – LET OP: brei de gemeerderde st in tricotst.

Ga verder en brei tot het werk 35-36-38-38-40-40 cm meet. Brei de volgende nld als volgt: kant 5-5-5-6-6-6 st af voor het armsgat, brei 86-98-104-114-132-144 st (= voorpand), kant 10-10-10-12-12-12 st af voor het armsgat (dus 5-5-5-6-6-6 st aan elke kant van de markeerder), brei 86-98-104-114-132-144 st (= achterpand) en kant de overgebleven 5-5-5-6-6-6 st af. Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 144-156-156-168-168-180 st op met rondbreinld 2,5 mm en Safran. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 3 mm en brei in patroon volgens telpatroon A.1. Als A.1 klaar is, staan er 72-78-78-84-84-90 st op de nld. Brei 2 ribbels. Kant TEGELIJKERTIJD in de laatste nld de middelste 10-10-10-12-12-12 st af midden onder de mouw = 62-68-68-72-72-78 st over op de nld. Laat het werk rusten en brei nog een mouw.

PAS:
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als het lijf waar afgekant is voor de armsgaten (zonder ze eerst te breien) = 296-332-344-372-408-444 st. Plaats TEGELIJKERTIJD 1 markeerder in de eerste en laatste st van beide mouwen (= 4 markeerders). Begin middenachter en brei verder in patroon als hiervoor op het lijf en brei TEGELIJKERTIJD A.3 op de mouwen (de pijl in het telpatroon komt overeen met het midden van de mouw, begin op dezelfde nld in het telpatroon als op het lijf).
Brei daarnaast ook A.4 in elke overgang tussen lijf en mouwen (de pijl in het telpatroon komt overeen met de st met de markeerder). Begin als er 2 nld in de rondte zijn gebreid over alle st met minderen voor de RAGLAN - zie uitleg boven (= 8 st geminderd). Herhaal dit minderen elke 4e nld 4-5-5-7-7-8 keer in totaal = 264-292-304-316-352-380 st. Brei 2 ribbels over alle st en minder TEGELIJKERTIJD 4-12-4-6-12-10 st gelijkmatig in de 1e nld = 260-280-300-310-340-370 st. Brei 2 nld recht. Begin nu met minderen voor de ronde pas en brei in patroon in de rondte volgens telpatroon A.5 (= 26-28-30-31-34-37 patroonherhalingen in de rondte – LET OP: Ga verder met een kortere rondbreinld indien nodig).

Brei als A.5 een keer in de hoogte is gebreid A.6 in plaats van A.5. Als A.6 een keer in de hoogte is gebreid, staan er 156-168-180-186-204-222 st op de nld. Brei nu A.7 in plaats van A.6. Brei als A.7 een keer in de hoogte is gebreid een ronding op het achterpand voor de hals.
Plaats 1 markeerder middenvoor. Begin middenachter en brei r tot er 14-14-16-16-18-20 st over zijn voor de markeerder. Keer, brei r terug tot er 14-14-16-16-18-20 st over zijn voor de markeerder aan de andere kant. Keer, brei r tot er 30-30-34-34-38-42 st over zijn voor de markeerder. Keer, brei r terug tot er 30-30-34-34-38-42 st over zijn voor de markeerder aan de andere kant. Keer, brei r tot er 46-46-52-52-58-64 st over zijn voor de markeerder. Keer, brei r terug tot er 46-46-52-52-58-64 st over zijn voor de markeerder aan de andere kant. Keer, brei r tot er 62-62-70-70-76-86 st over zijn voor de markeerder. Keer, brei r terug tot er 62-62-70-70-76-86 st over zijn voor de markeerder aan de andere kant. Keer en brei r terug tot het begin van de nld.

HALSRAND:
Ga verder met rondbreinld 2,5 mm en brei in patroon in de rondte over alle st volgens telpatroon A.2. Minder TEGELIJKERTIJD in de 1e nld 22-24-24-26-30-32 st gelijkmatig = 134-144-156-160-174-190 st. Kant na A.2 losjes af met r aan de goede kant. De trui meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm vanaf de schouder naar beneden.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht.

Telpatroon

symbols = r
symbols = av
symbols = geen steek, sla dit vierkant over
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 2 r samen
symbols = 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = 2 av samen
symbols = 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh
symbols = 3 av samen
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 159-12

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (43)

country flag Laura Wilkinson wrote:

Hi, I am having trouble when placing sleeves into yoke, when I am knitting them the sleeve stitches are so tight that threads are snapping and thus getting knotted and I have to unpick it all again. The garment is looking so good I don't want to lose it completely, I have watched the tutorial video for doing this but mine doesn't lay flat like yours, please can you help?? Thanks

13.04.2024 - 17:18

DROPS Design answered:

Dear Laura, have you checked the gauge of your garment? If you have trouble working the sleeve stitches then maybe some part of these stitches has been worked too tight, so it makes it difficult to work the sleeve stitches and the high tension makes the thread snap. Check if your gauge in your sleeves/body pieces is correct or try and make it looser so that you can work it more easily. Take into account that the way this piece is worn it requires to be loosely worked so that the garment will flow down; if it's too tight the shaping will be incorrect too. Happy knitting!

14.04.2024 - 23:48

country flag ILANA wrote:

Hello. can you explain me how I should knit sleeves +front+back together on on a circular needle and gradually knit till the neck ? Should I change the needle length? Thanks

20.08.2022 - 17:27

DROPS Design answered:

Dear Ilana, you can see how to join the different parts in this video: https://www.garnstudio.com/video.php?id=335&lang=en. Happy knitting!

21.08.2022 - 21:06

country flag Diane wrote:

Bonjour, j’ai un autre problème, quand on arrive aux diminutions pour le raglan, au début, les explications disent de diminuer après A4 : glisser une m à l’endroit, 1 m end passer etc , même chose pour après A4 2 m ens à l’endroit cela fait une diminution de 4 mailles par rangs et non 8 mailles. Qu’est-ce que je ne comprends pas? C’est supposé être 8 mailles par rang x 8 pour arriver de 444 m à 380 m? Où est-ce que je me trompe?Merci

08.06.2021 - 21:09

DROPS Design answered:

Bonjour Diane, vous devez diminuer de chaque côté de chaque A.4, autrement dit: tricotez jusqu'à ce qu'il reste 2 m avant A.4, tricotez ces 2 m ensemble à l'endroit, tricotez A.4, glissez 1 m à l'end, 1 m end, passez la m glissée par-dessus la m tricotée, et répétez à chaque A.4, vous diminuez ainsi 2 mailles à chaque A.4 (=1 m avant + 1 m après) x 4 raglan = 8 mailles. Bon tricot!

09.06.2021 - 07:30

country flag Diane wrote:

Bonjour, je fais la grandeur xxxl, je suis rendu à l’empiètement, si je comprends bien, je dois commencer à la maille 72 du dos et faire le diagramme A3 à partir du 9e rang puisque j’étais là quand j’ai rabattu mes mailles pour l’emmanchure? Après, avoir fait les rangs 9 et 10, je devrai commencer le raglan? Merci

06.06.2021 - 14:50

DROPS Design answered:

Bonjour Diane, tout à fait, vous commencez au milieu dos et tricote le point ajouré comme avant avec en plus A.3 sur les manches et A.4 à chaque transition (cf flèches). Après avoir tricoté 2 rangs (= les 9 et 10 de A.3 pour vous et le rang 3 de A.4), vous commencez à diminuer pour le raglan. Bon tricot!

07.06.2021 - 07:36

country flag Kristy wrote:

Just had a look at the Drops gallery. What outstanding knitters there are in the world!

03.06.2021 - 17:20

country flag Kristy wrote:

Thanks it did help. I must have repeated the decrease row twice in A6. On the right track to finish and it’s looking lovely!

02.06.2021 - 13:45

DROPS Design answered:

Super, thanks for your feedback! Remember you can share your pictures with us - read more here. Happy finishing!

02.06.2021 - 16:11

country flag Kristy wrote:

Got it. 240 sts thnx

02.06.2021 - 06:51

country flag Kristy wrote:

I ended up with 30 stitches less after finishing A6 in the yoke. Not sure where I went wrong but do you know how many stitches should be on the needle after finishing A5 for size L? I had to rip it back to the ridges and start from A5 again, if I know how many stitches on the needle after I finish A5 that might help.

01.06.2021 - 17:44

DROPS Design answered:

Dear Kristy, after A.5 has been worked, there are 8 sts in each A.5 x 30 repeats on the round = 240 sts on needle. You now work A.6 = 8 sts a total of 30 times in the round - when A.6 has been worked, you have decreased 2 sts in each A.6 = 6 sts x 30 = 180 sts. Can this help?

02.06.2021 - 07:30

country flag Kristy wrote:

Thank you very much for the detailed explanation. I have worked out what I did wrong on the first garment. I did not have the arrow lined up correctly on the graph and that has made the difference. I have almost finished the 2nd one and it’s looking pretty darn perfect. Thanks again!

29.05.2021 - 11:45

DROPS Design answered:

Dear Kristy, we are happy that you managed to make it work. We always try to help. Happy Knitting!

29.05.2021 - 13:27

country flag Mrs Ellis wrote:

What does the arrow mean on the graph in A3?\r\nThanks in advance

27.05.2021 - 14:08

DROPS Design answered:

Dear Mrs Ellis, the arrow in A.3 will be used when working yoke, ie the arrow in A.3 should match the middle of sleeve. Happy knitting!

28.05.2021 - 08:28