DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 1.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 130-31
DROPS design: Model nr. R-589
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS MUSKAT
Kleur nr. 61, lichtbeige:
300-300-350-400-400-450 gr.

DROPS HAAKNLD 3.5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 20 stk x 10 toeren = 10 x 10 cm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 1.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.60€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang het eerste stk aan het begin van iedere stk toer door 3 l, eindig de toer met 1 stk in de 3e l van het begin van de vorige toer.

PATROON:
Zie telpatroon M.1 en M.2. LET OP: 1e toer in M.1 = goede kant.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (als u 2 stk meerdert voor de ronding middenvoor):
Meerder 2 stk voor de ronding middenvoor aan het einde van iedere toer middenvoor als volgt: Haak 4 l, keer het werk, haak 1 stk in de 4e l van de haak (er zijn nu 2 stk aan het begin van de toer = 3 l en 1 stk), haak dan de toer verder als hiervoor. Haak aan het einde van de volgende toer middenvoor 1 hstk in het laatste stk (in plaats van 1 stk in het laatste stk) voor u nieuwe st meerdert voor de ronding middenvoor. Dit doet u om een rafelige rand langs de ronding middenvoor te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (als u 1 stk meerdert):
Meerder 1 stk door 2 stk in hetzelfde stk te haken.

TIP VOOR HET MINDEREN-1:
Minder 1 stk door 2 stk samen te haken als volgt: Haak 1 stk maar wacht met de laatste omsl en doorhaling (= 2 st op de haak), haak het volgende stk maar haal de laatste omsl door alle 3 st op de haak (= 1 st geminderd).

TIP VOOR HET MINDEREN-2:
Als u meerdere stk TEGELIJKERTIJD mindert voor de armsgaten, minder dan als volgt:
Aan het begin van de toer: Vervang het aantal stk dat u wilt minderen door 1 hv in ieder stk.
Aan het einde van de toer: Keer het werk als het aantal te minderen stk nog over is en ga verder als hiervoor.
--------------------------------------------------------


ACHTERPAND:
Haak 91-102-112-123-139-155 l met haaknld 3.5 mm en Muskat.
Haak de 1e TOER aan de goede kant als volgt: 1 stk in de 4e l van de haak, * sla 1 l over, 1 stk in iedere van de volgende 3 l *, herhaal van *-* tot er 3-2-4-3-3-3 l over zijn, sla 1 l over en eindig met 1 stk in iedere van de laatste 2-1-3-2-2-2 l = 67-75-83-91-103-115 stk op de toer, keer het werk.
2e TOER (= verkeerde kant): LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN!
Haak 1 stk in ieder stk, keer het werk.
Ga verder en haak M.1 - LET OP: De pijl in het telpatroon geeft middenachter weer, dus er komt 1 bobbel in de middelste st middenachter, tel verder richting de zijkant tot u vindt waar uw begin is in het telpatroon. Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 2-3-3-4-5-6 cm, 1 stk aan iedere zijkant - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2.

Herhaal dit meerderen aan iedere kant om de toer in totaal 7 keer = 81-89-97-105-117-129 stk. Minder bij een hoogte van 16-17-18-19-20-21 cm voor de armsgaten aan het begin en einde van iedere toer (dus minder zowel aan de goede kant als aan de verkeerde kant) - LEES TIP VOOR HET MINDEREN-2: minder 1 keer 5-5-7-7-10-12 stk, 3-4-4-4-4-5 keer 2 stk en dan 2-2-2-4-5-5 keer 1 stk = 55-59-63-67-71-75 stk.
Haak bij een hoogte van 32-34-36-38-40-42 cm de schouder als volgt: Haak 17-17-19-19-21-21 stk aan het begin van de toer, keer het werk, minder 1 stk aan het begin van de toer door de eerste 2 stk samen te haken en haak de rest van de toer = 16-16-18-18-20-20 stk. Knip de draad af en zet vast, het werk heeft een hoogte van ongeveer 34-36-38-40-42-44 cm. Herhaal voor de andere schouder.

RECHTER VOORPAND:
Wordt heen en weer gehaakt, begin middenvoor.
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!
Haak 30-34-36-42-48-54 l met haaknld 3.5 mm en Muskat.
Haak de 1e toer als volgt aan de goede kant: 1 stk in de 4e l van de haak, * sla 1 l over, 1 stk in iedere van de volgende 3 l *, herhaal van *-* tot er 2-2-4-2-4-2 l over zijn, sla 1 l over en eindig met 1 stk in iedere van de laatste 1-1-3-1-3-1 l = 21-24-26-30-35-39 stk op de toer, keer het werk.
2e TOER (= verkeerde kant): LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN!
Haak 1 stk in ieder stk en meerder TEGELIJKERTIJD 2 stk aan het einde van de toer middenvoor - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1.
MEERDER AAN DE ZIJKANT EN MIDDENVOOR:
Meerder bij een hoogte van 2-3-3-4-5-6 cm, 1 stk aan de zijkant - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2. Herhaal dit meerderen aan de zijkant om de toer in totaal 7 keer.

Haak TEGELIJKERTIJD na de 2e toer patroon M.1 - LET OP: De laatste bobbel richting de zijkant dient evenveel stk van de zijkant te komen als op het achterpand, tel dan vanaf van de kant en bepaal zo waar u start in het telpatroon vanaf middenvoor. Meerder TEGELIJKERTIJD aan het einde van iedere toer middenvoor als volgt: Meerder 2 stk in totaal 4-4-5-5-5-6 keer (incl het meerderen op de 2e toer), en dan 1 stk in totaal 4-5-5-5-6-6 keer - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2.
HALS:
Minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 15-16-17-18-19-20 cm 1 stk middenvoor - LEES TIP VOOR HET MINDEREN-1. Herhaal dit minderen middenvoor elke toer (dus zowel van de goede kant als de verkeerde kant) in totaal 8-10-10-13-13-15 keer, dan om de toer in totaal 3-3-3-2-2-2 keer.
ARMSGATEN:
Minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 16-17-18-19-20-21 cm (gemeten aan de zijkant) voor de armsgaten aan de zijkant elke toer (dus zowel van de goede kant als de verkeerde kant) als op het achterpand. Als alle minderingen voor de hals en armsgaten zijn gedaan, zijn er 16-16-18-18-20-20 stk over op de toer. Ga verder in patroon tot het werk 34-36-38-40-42-44 cm meet - pas zo aan dat het voorpand en achterpand even lang zijn. Knip de draad af en zet vast.

LINKER VOORPAND:
Haak als het rechter voorpand maar in spiegelbeeld, dus start aan de zijkant.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen met de zijkanten tegen elkaar met nette, kleine st. Naai de zijnaden dicht met de zijkanten tegen elkaar op dezelfde manier.

HAAK EEN KANTEN RAND:
Haak een kanten rand langs beide armsgaten met haaknld 3.5 mm en Muskat als volgt:
TOER 1: Start aan de goede kant en haak 1 v in de eerste st, * 1 l, sla 1 stk over, 1 v in de volgende stk *, herhaal van *-* de hele toer - LET OP: Deze toer moet de armsgaten netjes rond maken, sla eventueel meer of minder st over.
TOER 2: Haak 1 v in iedere v en 1 v in iedere l over de hele toer en pas TEGELIJKERTIJD het aantal v zo aan dat het deelbaar is door 8.
TOER 3 en 4: Haak M.2 - LET OP: Start in de toer gemarkeerd met een pijl in het telpatroon. Eindig de 3e toer met 1 hv in de 2e l van het begin van de toer en eindig de 4e toer met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer.

Haak dezelfde kanten rand langs de hele opening van het gilet - LET OP: Zorg voor een mooie gelijkmatige rand langs de hele opening.


Telpatroon

symbols = 1 l
symbols = 1 v
symbols = 1 stk
symbols = 1 BOBBEL:
Haak 6 dstk samen in dezelfde st
als volgt: Haak 1 dstk maar wacht met
laatste doorhaling (= 2 st op
de haak), haak nog 1 dstk in dezelfde st
maar wacht met de laatste doorhaling
(= 3 st op de haak), ga zo verder tot
er 6 dstk zijn gehaakt en haal de laatste omsl door alle 7 st op de haak
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 130-31

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (30)

country flag Crochet Vest wrote:

Name it fancy bobble cropped vest.

30.06.2019 - 21:18

Nir Halfon wrote:

Hello, When working on the Right Front Piece towards mid front do I use increase tip 1 only once for row 2? or for every row towards mid front. Later instructions state I should use increase tip 2. Thanks, Nir

19.02.2018 - 22:59

DROPS Design answered:

Dear Mrs Halfon, increase tip 1 is made at the end of row from WS to increase 2 sts towards mid front. Increase tip 2 is used when increasing 1 st for the side. Happy crocheting!

20.02.2018 - 08:42

Raji Ajith wrote:

Hello... I need help for increasing tip 1.. To start row with ,4 chain and DC in the 4 th chain... 2 DC made... end of next row did I have to put 2dc and 1 hdc I. The last DC... or only 1 hdc Thank you

12.07.2016 - 11:21

DROPS Design answered:

Dear Mrs Ajith, at the end of row towards mid front, work 1 hdc in the last dc (instead of 1 dc in last dc), turn and inc as before with 4 ch, 1 dc in 4th chain from hook, 1 dc in next dc, etc. Happy crocheting!

12.07.2016 - 13:10

country flag Constanze wrote:

Ich habe ein Verständnisproblem beim Rückenteil. Dort steht nach x cm während des Noppenteils Maschen aufnehmen soll - soweit okay. Dass hätte ich jetzt über die 16 cm gemacht. Was hat das mit den 7x 97 Stäbchen auf sich ?

04.08.2014 - 17:23

DROPS Design answered:

Liebe Constanze, wenn die Arbeit 3 cm misst, nehmen beidseitig je 1 Stb zu, diese Zunahmen wiederholen Sie in jeder 2. R. Insgesamt arbeiten Sie diese Zunahmen 7x, d.h. Sie haben dann insgesamt 14 Stb zugenommen. Vorher hatten Sie ja 83 Stb, nach den Zunahmen haben Sie dann 97 Stb insgesamt. Bei einer Gesamtlänge von 18 cm arbeiten Sie dann die Armausschnitte, darauf bezieht sich nämlich die nächste Maßangabe, sie hat mit den Zunahmen nichts zu tun.

04.08.2014 - 19:58

country flag Tamara wrote:

Ik zou het gilet graag maken voor mijn dochters, ze hebben maat 110-116 en 128. Ik heb alleen geen idee hoe ik dit patroon kan omrekenen naar kindermaten. Kan iemand mij daar mee helpen, of is er een versie voor kinderen beschikbaar?

30.03.2014 - 16:31

DROPS Design answered:

Hoi Tamara. We hebben helaas niet een soortgelijk patroon voor kinderen. Je kan het patroon kleiner maken met hulp van de haakstekenverhouding (aantal stk in de breedte x toeren in de hoogte per 10 x 10 cm). Je weet hoe groot de kleinste maat is en kan vervolgens minder rekenen. Ik kan je helaas niet helpen met individuele aanpassingen, maar je mag ook altijd vragen bij jouw DROPS verkooppunt of één van de vele handwerkforums. Veel haakplezier.

01.04.2014 - 17:53

country flag Rumpel wrote:

Please help me with the right front piece, i don't understand much.how to inc tip 1 on 2nd row? does it mean that making 1 more dc in the next row, not 2nd row?

14.08.2013 - 03:19

DROPS Design answered:

Dear Rumpel, at beg of row from mid front, you will inc making 4 ch, 1 dc in 4th ch from hook (=first 3 ch= 1st dc (us - uk tr), we have here 2 dc), at the end of row from side towards mid front, crochet 1 hdc (us - uk htr) in the last dc to get a smoother curve. Happy crocheting!

14.08.2013 - 09:59

country flag Wijntje wrote:

Er staat in het patroon: 1 stk in de 4e l van de haak, * sla 1 l over, 1 stk in iedere van de volgende 3 l *, herhaal herhaal van *-*... Je haakt dus eerst 1 stk in de 4 l. Daarna sla je eerst 1 l over en haakt 1 stk in IEDERE van de volgende 3 l. Je haakt dus in elke 3 l 1 st een slaat elke 4e l over. Volgens mij klopt dit niet ik kom niet aan het aantal stokjes en het staat bol omdat er te veel lossen worden overgeslagen

14.04.2013 - 13:52

DROPS Design answered:

Het patroon klopt. Bijvoorbeeld maat S. Je hebt 91 l. Haak 1 stk in de 4 l van de nld (= 2 stk). Dan sla je 1 l over en 1 stk in elk van de volgende 3 l (= 3 stk per 4 l), dat wordt 21 keer 3 stk per 4 l (= 63 stk) en je hebt dan ook 2 l. Hier haak je 1 stk in elke l = 67 stk op de toer. Bekijk ook of je stekenverhouding correct is ;o). Veel haakplezie verder.

16.04.2013 - 21:19

country flag Ntref wrote:

Hallo,ik snap he niet zo goed! er staat 1L overslaan dan in de 3e L stk en herhaal dus dat is eigenlijk in elke 4eL een stokje maar dan krijg ik te weinig stokjes?

02.12.2012 - 12:24

DROPS Design answered:

Er staat in het patroon: 1 stk in de 4e l van de haak, * sla 1 l over, 1 stk in iedere van de volgende 3 l *, herhaal herhaal van *-*... Je haakt dus eerst 1 stk in de 4 l. Daarna sla je eerst 1 l over en haakt 1 stk in IEDERE van de volgende 3 l. Je haakt dus in elke 3 l 1 st een slaat elke 4e l over.

03.12.2012 - 15:47

country flag Michelle Meyers wrote:

Re: Inc Tip 1. It seems like you are increasing at the beginning of the row which starts at the mid front. To increase 9 times (for Med) it would require a minimum of 19 rows which would exceed the 16 cm length at which neckline decreases begin. What am I missing?

06.09.2012 - 01:00

DROPS Design answered:

Dear Mrs Meyers, Inc Tip 1 includes both inc at beg of row and at the end of row towards mid front. So that you will inc each row. Happy Crocheting !

12.11.2012 - 11:18

country flag Deloris wrote:

I need a chart for the sides. Is one available?

09.07.2012 - 12:13