DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 49.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Fleur du Népal

DROPS vest gebreid in een cirkel van ”Nepal” met blaadjespatroon. Maat S tot en met XXXL.

DROPS 126-1
DROPS design: Model nr. NE-014
--------------------------------------------------------
Maat: S/M - L - XL/XXL - XXXL
Voor een borstomvang van: 84/90 - 100 - 110/120 - 130 cm
Materiaal: DROPS NEPAL
1000-1100-1250-1350 gr. kleur nr. 4311, grijs/paars.

DROPS BREINLD, BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 en 80 cm) 5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst = 10 x 10 cm. In ribbelst gebreid = 34 nld ongeveer 10 cm hoog.
DROPS HAAKNLD 4 mm – voor de knoopsgatlussen.
DROPS BUFFELHOORNKNOOP nr. 536:
2 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 49.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatroon M.1, M.2 en M.3 - De telpatronen geven de goede kant van het werk weer.
Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

RIBBELST (in de rondte): brei 1 nld recht, brei 1 nld av.

TIP VOOR HET MEERDEREN (meerderen na M.1 en M.2):
Meerder 1 st bij iedere markeerdraad over de nld (dus meerder 10 st per keer) – meerder afwisselend links en recht van alle markeerders door 1 omsl te maken – brei in de volgende nld de omsl achter in de st om een gaatje te voorkomen
--------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid als een cirkel vanaf middenachter.
Zet 10 st op met Nepal en verdeel ze over 4 BREINLD ZONDER KNOP 5 mm. Plaats een markeerdraad aan het begin van de nld = midden werk richting de hals. Ga verder als volgt in de rondte: M.1, M.2, M.2, M.2 en M.1 (= in totaal 5 herhalingen over de nld). Ga verder met de rondbreinld als u daar genoeg st voor hebt gemeerderd. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Als M.1/M.2 klaar is, meet het werk ongeveer 19 cm vanaf het midden en staan er 210 st op de nld. Plaats nu een markeerdraad in de middelste st van elke patroonherhaling (de meerderingen zijn aan iedere kant van deze st gemaakt) = 5 markeerders, en plaats ook een markeerdraad in de st midden tussen deze eerste 5 markeerders (= in totaal 10 markeerders).

LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!
PATROON: Ga verder in RIBBELST – zie boven – meerder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld na M.1/M.2 bij alle markeerders - ZIE TIP VOOR HET MEERDEREN - en herhaal dit meerderen steeds elke 4e nld.
ARMSGATEN: brei TEGELIJKERTIJD na 2-6-10-14 nld ribbelst (= 220-230-240-250 st op de nld) de volgende nld als volgt (dit is een nld zonder meerderingen): Brei 25-27-29-31 st, kant 32-34-37-40 st af (= armsgat), brei 106-108-108-108 st, kant 32-34-37-40 st af (= armsgat) en brei 25-27-29-31 st. Zet in de volgende nld 32-34-37-40 nieuwe st op boven ieder armsgat.

Ga verder en meerder als hiervoor tot er in totaal 480-520-560-600 st op de nld staan – het werk meet nu ongeveer 50-55-60-65 cm vanaf het middelpunt, eindig na een av nld en kant losjes af met rechte st.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de nld.
Zet 45-47-49-51 st op (inclusief 1 kant st aan iedere kant) met nld 5 mm en Nepal, Brei 6 nld recht (eerste nld = verkeerde kant). Ga verder als volgt (eerste nld = verkeerde kant): 1 kant st, 19-20-21-22 st in averechte tricotst, M.3, 19-20-21-22 st in averechte tricotst en 1 kant st. Ga zo verder in patroon. Ga na M.3 verder in averechte tricotst over alle st.

Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 20 cm 1 st aan iedere kant, herhaal dit meerderen elke 4-3.5-3-2.5 cm in totaal 8-9-11-13 keer = 61-65-71-77 st. Kant bij een hoogte van 52 cm af voor alle maten voor de mouwkop aan het begin van iedere nld aan iedere kant: 1 x 4 st, dan 2 st aan iedere kant tot het werk ongeveer 60 cm meet. Kant de overgebleven st af.

AFWERKING:
Naai de mouwnaden dicht in de kant st. Naai de mouwen in het lijf – plaats het midden van de mouwkop daar waar de afstand tussen de armsgaten het kleinst is (dus waar de eerste st is afgekant voor het eerste armsgat en waar de laatste st is afgekant voor het andere armsgat) en met de mouwnaad waar de afstand tussen de armsgaten het langst is (dus aan de tegengestelde kant).

KNOPEN:
Leg het vest neer zoals de tekening in het telpatroon laat zien met de goede kant boven. Meet ongeveer 5 cm naar beneden vanaf de onderkant van het armsgat aan de linkerkant van het werk en ga dan in een rechte hoek 10 cm naar de buitenkant en naai hier 1 knoop op aan de goede kant – zie het sterretje in de tekening. Naai de andere knoop aan de andere kant op dezelfde plaats, maar naai deze knoop aan de binnenkant van het vest.

KNOOPSGATLUSSEN:
Haak 1 knoopsgatlus met haaknld 4 mm in de afgekante nld aan iedere kant zodat de knopen goed passen(zie telpatroon). 1 LUS = 1 v in de afkant nld op het vest, 5 l, sla ongeveer 1 cm over en zet vast met 1 v in de afkant nld.


Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh
symbols = 2 st recht samen
symbols = 1 omsl, LIJF: Brei in de volgende nld de omsl av achter in de st om een gaatje te voorkomen. MOUW: Brei in de volgende nld de omsl recht achter in de st om een gaatje te voorkomen.
symbols = 1 st r afh, 2 st recht samen, afgeh st overh
symbols = 2 st av samen
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 126-1

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (217)

country flag Katarzyna wrote:

Ile motków potrzeba tylko na rekawy w rozmiarze XL/XXL ?

13.05.2021 - 01:55

DROPS Design answered:

Witaj Kasiu, niestety nie potrafię odpowiedzieć na twoje pytanie. Czy chcesz zrobić kamizelkę? W takim razie możesz wyszukać wzory na kamizelki dla tej włóczki i tak porównać ilość potrzebnej włóczki? Pozdrawiamy!

13.05.2021 - 12:58

country flag Regina wrote:

Hallo, erst einmal vielen Dank für die bisherige Hilfe. Die Ärmel sind ganz schnell fertig geworden und nun habe ich auch schon das Muster (5 Blätter) vom Vorder und Rückenteil fertig. Jetzt wird ja in Krausrippe (1 Runde re, 1 Runde li,) weitergestrickt. Die Aufnahme bei den 10 markierten Maschen ist die immer rechts und links der markierten Masche. Oder nur auf der rechten Seite und nach 4 Runden dann auf der linke Seite? So immer im Wechsel?

24.07.2019 - 09:48

DROPS Design answered:

Liebe Regina, letzteres ist zutreffend - Sie nehmen pro Zunahmerunde 10 Maschen zu, d.h. 1 Masche an jedem Markierer (es sind ja 10 Markierer vorhanden). In der ersten Zunahmerunde erfolgt die Zunahme auf der rechten Seite jedes Markierers, in der nächsten Zunahmerunde auf der linken Seite jedes Markierers usw. Viel Spaß beim Weiterstricken!

24.07.2019 - 17:11

country flag Regina wrote:

Versuche seit über 2 Jahren diese herrliche Jacke zu stricken, aber leider ohne Erfolg. Dachte fang mit den Ärmeln an, die sehen einfach aus, aber nichts war. Um Ihren Hinweis von 06.02.2017 noch einmal aufzugreifen. Ich beginne mit der Rückreihe rechts gestrickt) von links nach rechts und dann die Hinreihe (links gestrickt) von rechts nach links. Wenn ich M3 fertig habe sieht es aber nicht so aus wie auf dem Bild, wo das Muster auf der Vorderseite rechts gestrickt aussieht. Was ist falsch?

25.06.2019 - 18:21

DROPS Design answered:

Liebe Regina, für die Ärmel stricken Sie zuerst 6 Reihen rechts (= 3 Krausrippen), dann stricken Sie glatt lilnks mit M.3 in der Mitte, das Blatt in M.3 (= die leere Kästchen) sind glatt rechts gestrickt, nur die 2 (1. Mitte vom Blatt) dann die 1 ersten und letzten Maschen sind glatt links - gestrickt. hier lesen Sie mehr über Diagramme. Viel Spaß beim stricken!

26.06.2019 - 06:22

country flag Ann Kristin Aaker wrote:

Kan jeg få et bilde av hvordan mønsteret M3 på armen blir i fht resten?

20.06.2018 - 19:10

Orsi wrote:

I am finished with the body piece, and starting with the sleeves. I have a question regarding M3... The first row of M3 is 5 stitches. Row nr.2 ends up 5 stitches again with decreasing 2 and 2 YO. Yet, the third row is 7 stitches. Should I include stitches from the reverse stocking on the sides? Or is there something I'm missing?

10.06.2018 - 13:31

DROPS Design answered:

Dear Mrs Orsi, that's because you will work always more sts in the pattern, ie on row 3 in 1st size for example you will work: 1 edge st, P 18, M.3 (= P2,K3, P2), P18, 1 edge st. Happy knitting!

11.06.2018 - 09:39

country flag Samantha wrote:

I’ve finished the M1 & M2 sections and now am working in garter to the sleeves. I have 10 markets in my round. When it says ‘increase by all markers’ does that mean increase ONE by each marker or ONE each side of markers? (Ex: increase 10 each increase round or 20?)

14.02.2018 - 20:37

DROPS Design answered:

Hi Samantha, It means increase 1 stitch by each marker by making 1 YO. Alternate each increase by making the YO first before and then after the markers. Work into the back loop of the YOs on the next round to avoid holes. Happy knitting!

15.02.2018 - 06:28

country flag Gisela wrote:

Hallo, habe die Jacke nun fertig gestrickt. Sieht gut aus! Nur mit den Maßangeben für die Knöpfe komme ich leider nicht zurecht. Mit den 5 cm nach unten ist klar - nur wieviel cm im rechten Winkel? Kann ich ggf. auch noch nachträglich für einen schönen Abschluss eine Knopfleiste anbringen? Wenn ja, wie sind da ca. die Maße? Vielen Dank für die Hilfe.

21.11.2017 - 00:00

DROPS Design answered:

Liebe Gisela, messen Sie 5 cm unter den Armloch, dann 10 cm links (am linken Vorderteil) messen - siehe auch Stern in der Maßskizze. Als Knopfleiste wird dann ein Schlaufe gehäkelt, siehe SCHLAUFEN. Viel Spaß beim fertigstellen!

21.11.2017 - 08:38

country flag Carole Stevenson wrote:

Hi, I'm finishing up the sleeves but I need to reduce the length of the sleeves as the adult is under 5 ft (60cm would be far too long). Can you tell me approx how many sts I should be left with to cast off? I.e. When reducing from 61sts in the 8cm from 52cm to 60cm? Thanks, Carole

31.08.2017 - 19:55

DROPS Design answered:

Dear Carole, we unfortunately are not able to adjust every pattern to each individual request. For any further personnal assistance you are welcome to contact the store where you bought your yarn. Happy knitting!

01.09.2017 - 09:07

Debora wrote:

Estoy muy enojada por qué ya tejí la espalda y el delantero derecho tal como dice y no están bien las instrucciones por qué no lo arreglan o lo quitan

25.03.2017 - 03:26

country flag Regina wrote:

Ich bin es schon wieder. Ärmel werden in Hin- und Rückreihen gestrickt. Im M.3 ist somit nur die vordere Reihe, links gestrickt, angezeigt, die hintere Reihe wird gestrickt wie die Maschen erscheinen, also meistens rechts. Und im M.1 und M.2 wird ja in Runden gestrickt und dort ist jede Runde angezeigt. Ist das richtig so? Vielen Dank. Regina

04.02.2017 - 14:34

DROPS Design answered:

Liebe Regina, Alle Reihen sind im Diagramme gezeigt, im M.3 beginnen Sie mit 1 Rückreihe: von links nach rechts lesen, dann von der Vorderseite (= Hinreihen) rechts nach links stricken. Mehr über Diagramme lesen Sie hier. Viel Spaß beim stricken!

06.02.2017 - 09:28