DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.47€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 123-21
DROPS design: Model nr. NE-006
--------------------------------------------------------
Maat: één-maat
Materiaal: DROPS NEPAL
150 gr. kleur nr. 0100 eco naturel

DROPS BREINLD ZONDER KNOP 4.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 18 st x 24 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP 3.5 mm – voor de boordsteek.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.47€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatroon M.1 – het telpatroon geeft 1 patroonherhaling aan de goede kant weer. De nummers bij de pijlen worden uitgelegd in het patroon. Het telpatroon wordt in de rondte gebreid.
--------------------------------------------------------

LINKER HANDSCHOEN:
Zet 48 st op met breinld zonder knop 3.5 mm en Nepal. Brei 8 nld boordsteek, 3 st av/3 st recht – LET OP: begin met 3 st av. Ga verder met BREINLD ZONDER KNOP 4.5 mm. Ga verder als volgt: 3 st av, M.1 (= 21 st), * 3 st av, 3 st recht *, herhaal van *-* in totaal 4 keer. Minder als u aankomt bij pijl nummer-1 in het telpatroon 1 st in iedere van de 3 middelste av-delen op de palm van de hand door 2 st av samen te breien. Minder als u aankomt bij pijl nummer-2 in het telpatroon 1 st in iedere van dezelfde 3 av-delen door 2 st av samen te breien (dus er blijft maar 1 st av over in deze 3 av-delen).

Na deze nld staan er nog 34 st op de nld. Ga als u aankomt bij de nld met pijl nummer-3 verder en brei de 15 st op de palm van de hand recht en brei M.1 met 3 st av aan iedere kant als hiervoor. Meerder als u aankomt bij de nld met pijl nummer-4 voor de duim spie. Meerder 1 st aan iedere kant van de een na laatste st op de nld (= rechte-st) door 1 omsl te maken aan iedere kant van deze st. Brei in de volgende nld de omsl achter in de st om een gaatje te voorkomen. Herhaal dit meerderen om de nld in totaal 5 keer – 2 st meer tussen de 2 omsl voor iedere keer dat u meerdert.

Als alle meerderingen gedaan zijn, zijn er 11 duim st en in totaal 48 st op de nld. Zet bij een hoogte van 5 cm vanaf het begin van de duimspie de 11 duim st op een hulpdraad en zet 1 nieuwe st op achter deze = 38 st. Brei patroon M.1 af – het werk meet nu ongeveer 2 cm vanaf waar de duim st op een hulpdraad zijn gezet. Zet de eerste 17 st op een hulpdraad, hou de volgende 9 st op de nld en zet de laatste 12 st op een hulpdraad.

PINK: = 9 st, zet 1 nieuwe st op in de richting van de st op de hulpdraden = 10 st. Brei ongeveer 6 cm met recht boven recht en av boven av in de rondte – brei de nieuwe st recht, brei dan alle st 2 aan 2 recht samen. Knip de draad af, haal deze door de overgebleven 5 st en zet vast.

HAND:
Zet de st van de hulpdraden terug op de breinld zonder knop 4.5 mm, neem 2 st op richting de pink = 31 st. Brei 2 nld met recht boven recht en averecht boven averecht, brei de 2 nieuwe st recht. Hou de 2 st die u opgenomen heeft richting de pink en 5 st van de bovenkant hand en 4 st van de palm van de hand op de nld. Zet de overgebleven 20 st terug op de hulpdraden.

RINGVINGER = 11 st, Zet 1 nieuwe st op richting de st op de hulpdraden = 12 st. Brei ongeveer 7.5 cm tricotst in de rondte, brei dan alle st 2 aan 2 recht samen. Knip de draad af, haal deze door de overgebleven 6 st en zet vast.

MIDDELVINGER: Zet 5 st van de bovenkant hand en 4 st van de palm van de hand terug op de breinld zonder knop 4.5 mm, neem 2 st op richting de ringvinger en zet 1 nieuwe st op richting de st op de hulpdraad = 12 st. Brei ongeveer 8.5 cm tricotst in de rondte, brei dan alle st 2 aan 2 recht samen. Knip de draad af, haal deze door de overgebleven 6 st en zet vast.

WIJSVINGER: Zet de overgebleven 11 st terug op de breinld zonder knop 4.5 mm en neem 2 st op richting de middelvinger = 13 st. Brei ongeveer 7 cm de 3 st aan de kant av en brei de overgebleven st recht in de rondte, brei dan alle st 2 aan 2 recht samen. Knip de draad af, haal deze door de overgebleven 7 st en zet vast.

DUIM: Zet de 11 st van de duimspie terug op breinld zonder knop 4.5 mm en neem 3 st op in de rand achter deze st = 14 st. Brei ongeveer 6 cm tricotst in de rondte, brei dan alle st 2 aan 2 recht samen. Knip de draad af, haal deze door de overgebleven 7 st en zet vast.

RECHTER HANDSCHOEN:
Als de linker handschoen, maar in spiegelbeeld, dus begin de boordsteek met 3 st recht in plaats van 3 st av. Ga na 8 nld in boordsteek verder als volgt: 3 st recht/3 st av over 24 st, M.1 en 3 st av. Meerder voor de duimspie aan iedere kant van de 2e st op de nld. Brei de pink als volgt: Zet de eerste 12 st op een hulpdraad (= palm van de hand), hou de volgende 9 st op de nld en zet de overgebleven 17 st op een hulpdraad (= bovenkant hand).







Telpatroon

symbols = Recht
symbols = Av
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 2 st recht, 2 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 2 st recht, 2 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 2 st recht, 2 st recht samen van kabelnld
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 2 st recht samen, 2 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 1 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 2 st recht, 2 st recht in st op kabelnld
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 2 st recht in de volgende st en 2 st recht van de kabelnld
symbols = 2 st recht samen
symbols = 2 st recht samen achter in de st
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 123-21

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (15)

country flag Marion De Vries wrote:

In de beschrijving staat \"Minder als u aankomt bij pijl nummer-1 in het telpatroon 1 st in iedere van de 3 middelste av-delen op de palm van de hand door 2 st av samen te breien.\". Echter 2 pennen eerder is al begonnen met minderen in het telpatroon. Ook bij pijl-1 staan minderingen in het telpatroon. Als ik die optel hij het aantal van de minderingen op de palm kom ik op 14+4=18. Dan blijven 48-18=30 steken over i.p.v. 34 steken. Begrijp ik het verkeerd?

11.03.2021 - 21:14

country flag Marion wrote:

In de uitleg van het patroon staat "Zet 1 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 2 st recht, 2 st recht in st op kabelnld". Wat wordt bedoeld met 2 st recht in st op kabelnld? Er staat maar 1 st op de kabelnaald.

08.03.2021 - 20:59

DROPS Design answered:

Dag Marion,

Er wordt mee bedoeld dat je 2 steken in 1 steek moet breien. Dus je meerdert in 1 steek in de steek van de kabelnaald.

09.03.2021 - 11:57

country flag Rokky wrote:

Thank you for replying I had try it still end up with 45 Sts not 41 you said and how long would I knit before beg the thumb guest because the gloves is long before the thumb begins looking at the picture

07.07.2020 - 00:28

country flag ROKKY wrote:

Hello am trying to knit this pattern but it said on the pattern dec by p 3 to 2 and there 48 when I dec am getting 44 Sts am comfuss or there is a mistake

05.07.2020 - 18:10

DROPS Design answered:

Dear Rokky, you decrease 3 sts (P3 into P2 a total of 3 times) + 4 sts in M.1 (2 sts in row 14 + 2 sts in row with the arrow) = 41 sts. Then you dec the remaining P3 to P1 and 4 more sts will be decreased in M.1 (= 2 on row 26 + 2 on row with the arrow-2) = 34 sts remain. Happy knitting!

06.07.2020 - 09:35

country flag Ida wrote:

Op 7 juni heb ik een vraag gesteld. Nog geen antwoord gehad. Hoe”ang moet ik nog wachten? Groeten, Ida

20.06.2019 - 16:17

country flag Ursula Quach wrote:

Hallo liebes Drops-Team, die Mütze ist fertig 😍 danke für die Anleitung. Ich möchte statt Handschuhe lieber, etwas längere, Pulswärmer stricken. Kann ich einfach eine Anleitung aus der Garngruppe C nutzen?

24.03.2018 - 12:33

DROPS Design answered:

Liebe Frau Quach, wenn Sie liber Pulswärmer möchten, können Sie auch die Anleitung der Handschuhen folgen, aber ohne Zunahmen für den Daumen, noch keine Teilung der Maschen für die Finger. Viel Spaß beim stricken!

26.03.2018 - 10:56

country flag Alison wrote:

Finding the pattern difficult to follow. After the initial rib, when does the grid pattern start? How does the M1 fit in with the number of stitches required? for the left glove, the P3K3 appears to happen in the wrong place, then the M1 no longer fits. Hoping you can help! Alison.

25.12.2015 - 00:38

DROPS Design answered:

Dear Alison, start reading A.1 from the bottom corner on the right side and on 1st round you work: P3, then work the 21 sts in M.1 and work in rib P3/K3 to the end of round = you start round towards inside of wrist, work top of hand (pattern) and finish with inside of hand. Happy knitting!

02.01.2016 - 13:42

country flag PROVOST wrote:

Bonjour, sur un ouvrage où il faut faire le 1er rang en jersey endroit et le 2eme rang en jersey envers, comment faut il procéder ? merci.

22.01.2015 - 17:56

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Provost, je n'ai pas trouvé cette indication dans les gants, mais si vous tricotez en rond, 1 tour end puis 1 tour env vous donne une côte mousse (cf vidéo ici). Si vous tricotez en allers et retours, vous aurez ainsi 2 rangs jersey. 1 rang jersey endroit = tricotez les mailles à l'endroit - 1 rang jersey envers = tricotez les mailles à l'envers. Bon tricot!

22.01.2015 - 18:11

country flag PROVOST wrote:

Bonjour, je souhaiterai avoir quelques explications sur le diagramme du modèle des gants. Où sont passées les 1eres mailles du rang de la flèche 1 et du rang du dessous. Est ce des diminutions ? Merci.

22.01.2015 - 17:08

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Provost, on diminue 1 m dans chacune des torsades 5e et 6e symbole en tricotant 2 m ens à l'end, soit notamment 2 rangs avant la flèche 1 et au rang avec la flèche 1. Bon tricot!

22.01.2015 - 18:08

country flag DROPS Deutsch wrote:

Ja, das war ein Übersetzungsfehler. Der Diagrammtext wurde angepasst.

01.02.2012 - 11:57