DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.33€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 121-10
DROPS design: Model nr. EE-321
--------------------------------------------------------
Maat: S/M - L/XL - XXL/XXXL
Materiaal: DROPS SNOW
350-450-550 gr. kleur nr. 41m, paars/violet mix

DROPS BREINLD 8 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 11 st x 15 nld in tricotst = 10 x 10 cm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 15.33€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder aan de goede kant naast de kant st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl recht achter in de st om een gaatje te voorkomen.

PATROON:
Zie telpatroon M.1 en M.2 – zie het telpatroon voor uw maat. De telpatronen geven de goede kant van het werk weer (let op: Nld 1 = goede kant).
Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de hals):
Minder 1 st naast de 5 voorbies st in ribbelst. Maak alle minderingen aan de goede kant.
Minder als volgt na 5 voorbies st: 2 st av samen.
Minder als volgt voor 5 voorbies st: 2 st av samen achter in de st.
--------------------------------------------------------

GILET:

ACHTERPAND:
Zet 2 st op met nld 8 mm en Snow. Brei 1 nld recht aan de goede kant en meerder TEGELIJKERTIJD 2 st door voor en achter in deze 2 st te breien = 4 st op de nld. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. Ga verder in RIBBELST - zie boven - Meerder TEGELIJKERTIJD 1 st aan iedere kant - Zie TIP VOOR HET MEERDEREN. Herhaal dit meerderen aan iedere kant elke nld in totaal 12-14-16 keer = 28-32-36 st. Zet nu 8-11-15 nieuwe st op aan het einde van de volgende 2 nld = 44-54-66 st. Plaats een markeerdraad in het werk – MEET NU HET WERK VANAF HIER!

Brei 4 nld ribbelst over alle st en meerder TEGELIJKERTIJD in de laatste nld (= verkeerde kant) 8-8-10 st gelijkmatig over de middelste 12-12-14 st = 52-62-76 st. Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 1 ribbelst, 15-20-25 st av, M.1 (= 20 st in MAAT S/M en L/XL en 24 st in MAAT XXL/XXXL), 15-20-25 st av en 1 ribbelst. Ga zo verder in patroon (aan de verkeerde kant = 1 ribbelst, 15-20-25 st recht, M.1 (= 20-20-24 st), 15-20-25 st recht en 1 ribbelst).

Meerder bij een hoogte van 5-5-6 cm 1 st aan iedere kant - Zie TIP VOOR HET MEERDEREN. Herhaal dit meerderen bij een hoogte van 15-15-18 cm = 56-66-80 st. Brei de gemeerderde st in averechte tricotst (gezien vanaf de goede kant). Kant bij een hoogte van 24-29-32 cm af voor de armsgaten aan het begin van iedere nld aan iedere kant als volgt: 1-1-2 x 3 st, 1-2-2 x 2 st en 1-2-3 x 1 st = 44-48-54 st. Na de nld met de pijl in het telpatroon meet het werk nu ongeveer 40-46-50 cm, minder (= verkeerde kant) 8-8-10 st gelijkmatig over de st van M.1 = 36-40-44 st (brei de overige st als hiervoor).

Kant in de volgende nld (= goede kant) de middelste 10-10-12 st af voor de hals en brei iedere schouder apart verder. Brei nu alle nld recht tot het werk klaar is (eerste nld = verkeerde kant). Minder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld aan de goede kant 1 st langs de hals = 12-14-15 st over voor iedere schouder. Kant af bij een hoogte van 43-49-53 cm.

RECHTER VOORPAND:
Zet 2 st op met nld 8 mm en Snow. Brei 1 nld recht aan de goede kant en meerder TEGELIJKERTIJD 2 st door voor en achter in deze 2 st te breien = 4 st op de nld. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. Ga verder in RIBBELST - zie boven - meerder TEGELIJKERTIJD 1 st aan iedere kant - Zie TIP VOOR HET MEERDEREN. Herhaal dit meerderen aan iedere kant elke nld in totaal 8-8-10 keer = 20-20-24 st. Brei 2 nld ribbelst en zet TEGELIJKERTIJD 1-4-7 nieuwe st op aan het einde van de eerste nld (= richting de zijkant) en 6-8-7 nieuwe st aan het einde van de tweede nld (= richting middenvoor) = 27-32-38 st.

Plaats een markeerdraad in het werk – MEET NU HET WERK VANAF HIER! Brei 4 nld ribbelst over alle st en meerder TEGELIJKERTIJD in de laatste nld (= verkeerde kant) 8-8-10 st gelijkmatig over de middelste 12-12-14 st op de driehoek = 35-40-48 st. Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant (= vanaf middenvoor): 5 ribbelst (= voorbies), 5-7-7 st av, M.1 (= 20 st in MAAT S/M en L/XL en 24 st in MAAT XXL/XXXL), 4-7-11 st av en 1 ribbelst. Ga zo verder in patroon (aan de verkeerde kant = 1 ribbelst, 4-7-11 st recht, M.1 (= 20-20-24 st), 5-7-7 st recht en 5 ribbelst). Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 10-10-12 cm 1 st aan de zijkant - Zie TIP VOOR HET MEERDEREN.

Herhaal dit meerderen bij een hoogte van 20-20-24 cm = 37-42-50 st. Brei de gemeerderde st in averechte tricotst (gezien vanaf de goede kant). Brei bij een hoogte van 20-22-23 cm 2 nld ribbelst heen en weer over alleen de 5 voorbies st (brei de overgebleven st niet) en ga dan weer verder over alle st. Minder TEGELIJKERTIJD in de volgende nld aan de goede kant voor de hals - Zie TIP VOOR HET MINDEREN. Herhaal dit minderen iedere 4-6-6 nld in totaal 6-6-7 keer.

Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 24-29-32 cm af voor het armsgat aan het begin van iedere nld vanaf de zijkant als beschreven voor het achterpand. Als alle minderingen voor het armsgat en de hals gedaan zijn, staan er 25-27-30 st op de nld. Na de nld in het telpatroon met de pijl meet het werk ongeveer 40-46-50 cm, minder nu (aan de verkeerde kant) 8-8-10 st gelijkmatig over de st in M.1 (brei de overige st als hiervoor) = 17-19-20 st over op de nld. Brei nu alle nld recht tot het werk 43-49-53 cm meet – pas zo aan dat de volgende nld aan de verkeerde kant is. Kant nu 12-14-15 st af vanaf de zijkant richting de hals voor de schouder = 5 st over op de nld voor de halsboord. Brei de overgebleven st op de nld.

Ga verder in ribbelst heen en weer over deze st tot de halsboord ongeveer 8-8-9 cm lang is en zet de st op een hulpdraad – LET OP: meet de lengte van de schouder tot middenachter op het rugpand en pas de lengte van het halsboord hierop aan.

LINKER VOORPAND:
Zet op en brei als het rechter voorpand, maar in spiegelbeeld. Brei M.2 in plaats van M.1.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht naast de afkant nld. Maas de halsboord delen samen middenachter en naai de boord op het achterpand met nette, kleine st.

MOUW RANDEN:
Neem aan de goede kant ongeveer 40 tot 50 st op langs de armsgaten naast 1 kant st met de nld 8 mm en Snow. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant, kant dan af met rechte st aan de verkeerde kant - LET OP: zorg dat de rand netjes gelijkmatig wordt.
Naai de zijnaden dicht, met de zijkanten tegen elkaar in de buitenste lusjes van de st om een dikke naad te voorkomen.



Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = Zet 3 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 2 st av, 3 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 3 st recht, 2 st av van de kabelnld
symbols = Zet 4 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 2 st av, 4 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 2 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 4 st recht, 2 st av van de kabelnld
symbols = Zet 3 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 3 st recht, 3 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 3 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 3 st recht, 3 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 4 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 4 st recht, 4 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 4 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 4 st recht, 4 st recht van de kabelnld
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 121-10

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (62)

country flag Anne Lemonnier wrote:

Merci pour votre réponse mais il faudrait que les magasins répondent !! je vais continuer à les appeler Cordialement Anne Lemonnier

11.03.2024 - 20:44

country flag Anne Lemonnier wrote:

Bonjour\r\nest ce que la laine drop snow \"gratte\" quand on la met sur la peau ?\r\nmerci pour votre réponse\r\nAnne Lemonnier

10.03.2024 - 18:04

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lemonnier, la sensibilité de chacun / chacune étant différente, je vous recommande de contacter votre magasin DROPS qui pourra vous assister dans le choix de la meilleure laine pouvant vous convenir, même par mail ou téléphone. Bon tricot!

11.03.2024 - 08:47

country flag Anne Lemonnier wrote:

Bonjour\r\n est ce que la laine drop snow \"gratte\" quand on la met sur la peau ? \r\nmerci pour votre réponse\r\nAnne Lemonnier

08.03.2024 - 13:25

country flag Helstein wrote:

Hallo,ist die Länge komplett mit Dreieck angegeben oder ohne Dreieck? Über Länge von Dreieck steht gar nichts. Margarete

13.02.2024 - 22:51

DROPS Design answered:

Liebe Margarete, die Länge beim Vorderteil werden nach dem Dreieck gemessen, so kommt das Eck noch dazu, siehe Maßskizze. Viel Spaß beim stricken!

14.02.2024 - 08:17

country flag Priscilla Chin wrote:

Thanks for your quick response! My question is S/M with an arrow on the left side of the diagram mean it's the first row to start for the size M?

09.02.2024 - 18:55

DROPS Design answered:

Dear Priscilla, no, you start the chart from the very beginning and repeat the whole charts. As stated in the pattern, at the end of the right front piece, the arrow marks the last row of the last repeat, where the piece should measure 40-46-50 cm. Happy knitting!

11.02.2024 - 22:49

country flag Priscilla Chin wrote:

Hi, Thanks for sharing this pattern. My question is regarding the diagram M1. On the left side there is "S/M with an arrow" is that means its the first row to start for size S and size M? Thanks!

09.02.2024 - 00:58

DROPS Design answered:

Dear Priscilla, this pattern is available in only 3 sizes, i.e. there is not a size S and a size M but only one size including both S and M. Happy knitting!

09.02.2024 - 08:19

country flag Viola wrote:

It's quite difficult to see where the S/M and L/XL sizes' patterns end and begin on the M diagrams. Would it be possible to get separate images of the L/XL pattern diagrams, please?

08.02.2024 - 11:02

DROPS Design answered:

Dear Viola, it's the same diagrams for different sizes, just mark the row for your size with another colour to mark it and see it better. Or use markers in stitches, as you rather get. Happy knitting!

08.02.2024 - 15:44

country flag Margarete wrote:

Hallo,ich habe Heute diese Weste angefangen,leider musste ich auch feststellen das der Diagramm entspricht nicht dem Bild.Oder verstehe ich das falsch. Nach jeder vorderen R,kommt hintere R Das heißt rechte Seite und linke Seite dann zwischen den Kreuzen gibt’s 10R. Oder der Diagramm zeigt auch rück R dann zwischen Kreuzen sind 5R? Schöne Grüße Margarete

15.01.2024 - 17:21

DROPS Design answered:

Liebe Margarete, alle Zeihen sind im Diagram gezeichnet, dh die Hin- sowie die Rückreihen ; Hin-Reihen lesen Sie rechts nach links, Rückreihen lesen Sie links nach rechts. So sind es 5 Reihen in S/M und L/XL zwischen den mittleren Zopf in M.1 und M.2. Viel Spaß beim stricken!

16.01.2024 - 08:17

country flag Bernard wrote:

Bonjour, j’ai besoin d’aide pour comprendre les diminutions encolure et épaules du dos . Les 8 diminutions? 4 de chaque côté de la torsade du dos ? Merci d’avance

07.04.2021 - 16:47

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Bernard, il faut plus de mailles en largeur pour des torsades, on va donc diminuer 8 mailles dans M.1 avant de rabattre pour éviter que les épaules soient soudainement plus larges. Répartissez ces diminutions à intervalles réguliers dans les torsades. Bon tricot!

08.04.2021 - 07:06

country flag Sally Mabey wrote:

Ref my previous question and your reply. No, it doesn't help! What constitutes 'an edge stitch'? If it is one garter stitch, then how can you say that this plus 15 purl stitches and M1 = 20? It is 17 stitches! If an edge stitch is more than one garter stitch, then for goodness sake, say so! I'm knitting this for a friend, and I'm going out of my mind trying to get it right.

06.08.2020 - 11:22

DROPS Design answered:

Dear Mrs Mabey, the edge stitch is a stitch for the seam allowance you will work in garter stitch - work the 52 sts as follows: 1 st in garter st (= ege st), P 15, M1 (= 20 sts in first size), P 15, 1 edge st in garter st = 1+15+20+15+1=52 sts. Happy knitting!

06.08.2020 - 13:05