DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.15 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Remember Me

DROPS bolero van ”Safran” zijdelings gebreid met ruches langs de mouwranden. Maat: S tot en met XXXL. DROPS design: Model nr. E-143.

DROPS 119-29
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL – XXXL
Materiaal: DROPS SAFRAN van Garnstudio,
250-300-300-350-400-450 gr. kleur nr. 04, groen

DROPS RONDBREINLD 3 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 26 st x 32 nld van M.2 = 10 x 10 cm.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.15 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.75€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

--------------------------------------------------------
RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

PATROON:
Zie telpatroon M.1 en M.2 - De telpatronen geven de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.
--------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------

RECHTERKANT:
Wordt van de onderkant van de mouw gebreid naar middenachter/middenvoor. Het werk wordt gebreid op de rondbreinld zodat alle steken goed op de nld passen.

RUCHE-1:
Zet 195-207-219-231-243-255 st op (inclusief 1 kant st aan iedere kant) met rondbreinld 3 mm en Safran. Ga verder als volgt (eerste nld = goede kant): 1 kant st in RIBBELST – zie boven, 1 st av, M.1 16-17-18-19-20-21 keer over de nld en 1 kant st in ribbelst. Na M.1 staan er 67-71-75-79-83-87 st op de nld. Ga verder als volgt: 1 kant st in ribbelst, 1 st av, M.2 boven M.1 en 1 kant st in ribbelst tot het werk in totaal 6 cm meet - eindig met 1 nld aan de verkeerde kant, laat het werk rusten.
RUCHE-2:
Zet op en brei als ruche-1 tot het einde van M.1, brei 1 nld aan de verkeerde kant met recht boven recht en averecht boven averecht. Brei de 2 ruches samen voor de mouw als volgt aan de goede kant:

MOUW:
Plaats ruche-2 bovenop ruche-1 en brei alle st recht of av (volgens M.2) samen – brei steeds 1 st van iedere ruche samen = 67-71-75-79-83-87 st. Ga verder in M.2 als hiervoor. DENK OM DE STEKENVERHOUDING – dit is heel belangrijk om te zorgen dat de bolero de juiste maat krijgt.
Meerder bij een hoogte van in totaal 12 cm 1 st aan iedere kant door 2 st recht te breien in de st naast de kant st en herhaal dit meerderen elke 4e nld in totaal 21-18-17-14-13-10 keer en dan om de nld 0-4-5-9-10-14 keer (verwerk de gemeerderde st gaandeweg in M.2) = 109-115-119-125-129-135 st. Het werk meet nu ongeveer 37-36-35-34-33-32 cm (korter voor de grootste maten omdat deze een breder lijf krijgen).

LIJF:
Zet nu nieuwe st op voor het lijf aan het einde van iedere nld aan iedere kant als volgt: 7 x 4-4-4-5-5-5 st en dan 1 x 6-9-13-9-13-16 st (verwerk de gemeerderde st gaandeweg in M.2, maar brei 1 kant st aan iedere kant in ribbelst) = 177-189-201-213-225-237 st. Ga verder als volgt (aan de goede kant): 6 ribbelst, 1 st recht, 2 st av, M.2 tot er 8 st over zijn, 1 st av, 1 st recht en 6 ribbelst. Brei bij een hoogte van in totaal 52-53-54-55-56-57 cm de volgende nld als volgt (aan de goede kant): 48-52-57-61-66-71 st in patroon als hiervoor (= voorpand), kant 41-43-44-46-47-48 st af, brei 88-94-100-106-112-118 st in patroon als hiervoor (= achterpand). Brei nu de voorpanden en het achterpand apart verder.

ACHTERPAND:
= 88-94-100-106-112-118 st. Ga verder in patroon en ribbelst als hiervoor en kant TEGELIJKERTIJD 2 st af in de volgende nld voor de hals = 86-92-98-104-110-116 st. Ga verder tot een totale hoogte van in totaal 57.5-58.5-59.5-60.5-62.5-63.5 cm (5.5-5.5- 5.5- 5.5-6.5-6.5 cm vanaf waar het werk is geplitst), brei nu 2 nld recht over alle st en zet de st op een hulpdraad.

VOORPAND:
= 48-52-57-61-66-71 st. Ga verder in patroon en ribbelst als hiervoor en kant TEGELIJKERTIJD af aan het begin van iedere nld vanaf de schouder: 1-1-1-2-2-2 x 14 st, 1-1-2-1-1-1 x 10 st, 1-1-1-1-1-2 x 6 st, 1-2-1-1-2-2 x 4 st, 2-3-2-2-3-3 x 2 st en 4-2-3-3-2-1 x 1 st = 6 ribbelst over op de nld. Ga verder in ribbelst over deze st voor een strikbandje van ongeveer 25 cm, kant dan alle st af.

LINKERKANT:
Zet op en brei als de rechterkant tot het werk 52-53-54-55-56-57 cm meet. Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: Brei 88-94-100-106-112-118 st in patroon als hiervoor (= achterpand), kant 41-43-44-46-47-48 st af en brei 48-52-57-61-66-71 st in patroon als hiervoor (= voorpand). Ga nu verder over de voorpand en achterpand delen als beschreven voor de rechterkant.

AFWERKING:
Maas de 2 zijkanten samen voor een onzichtbare naad (st van de hulpdraden) middenachter. Naai de mouw- en zijnaden samen naast de kant st.
Neem st op langs de hals op rondbreinld 3 mm met Safran als volgt: begin aan de onderkant van de rechterkant (net boven de 6 ribbelst voor de strikband), ga verder langs de hals op het achterpand en naar beneden langs de linkerkant tot boven de strikbies. Neem ongeveer 190 tot 250 st op (=ongeveer 24 st per 10 cm). Brei 3 nld recht heen en weer op de nld en kant alle st af. Zet de rand vast aan iedere kant bij de strikbanden.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = 2 st recht samen
symbols = 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh
symbols = 1 st r afh, 2 st recht samen, afgeh st overh
symbols = breirichting
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 119-29

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (45)

country flag Carole wrote:

Remember me body piece: 125 sts - cast on new sts for body piece at the end of every row each side as follows: 5 sts 7 times, then 9 sts 1 time = 213. Does this mean cast on 5 sts at the beginning and end of the row on the rs and ws for the next 7 rows and then 9 sts at the beginning and end of next row or cast on 5 sts at the end of next 14 rows and 9 sts at the end of next 2 rows please?

04.03.2023 - 12:34

DROPS Design answered:

Dear Carole, you cast on at the end of the row, but both on rows from the right side and from the wrong side. Each time accounts for 2 rows: 1 from the right side and 1 from the wrong side. So, you would work as the second option you indicated: cast on 5 sts at the end of next 14 rows and 9 sts at the end of next 2 rows. Happy knitting!

05.03.2023 - 20:59

country flag Carole wrote:

Remember me sleeve: 79 sts - inc 1 st each side by K2 in st inside edge st, and repeat the inc on every 4th row a total of 14 times and then on every other row 9 times = 125 sts? Does this mean increase 1 st at the beginning of next 2 rows then beginning of ever 4th and 5th row 14 times or increase 1 st either end of next and every 4th row then at the beginning of every other row 9 times? I end up with 127 sts instead of 125 sts if I do this? Thanks for your help.

28.02.2023 - 12:29

DROPS Design answered:

Dear Carole, you will increase by knitting 2 stitches in the 2nd stitch + in the next-to last stitch on a row from RS, then work 3 rows without increasing, repeat these 4 rows a total of 14 times; then increase the same way on every other row (= on every row from the right side) a total of 9 times. You have then: 79 sts + 28 sts + 18 sts = 125 sts. In total. Happy knitting!

28.02.2023 - 13:34

country flag Lena wrote:

Jeg vil gerne strikke boleroen ca. 15 cm længere, så den når til livet. Pandebåndet skal stadig sidde det samme sted. Hvordan gør jeg dette?

23.06.2020 - 02:12

DROPS Design answered:

Hej Lena, tror det letteste vil være at samle masker op under bindebåndet. Vi hardesværre ikke mulighed for at ændre i opskriften. God fornøjelse!

25.06.2020 - 09:34

country flag Ria Abee wrote:

Maat xxl: 243 st. is 1 steek te weinig voor telpatroon. Moet daarna 20 schulpen hebben, zijn er 22 en het stekenaantal klopt ook niet. Volgens patroon 83, het zijn er maar 68. WAT DOE IK FOUT???

31.07.2016 - 08:30

DROPS Design answered:

Het klopt precies: Ga verder als volgt (eerste nld = goede kant): 1 kant st in RIBBELST – zie boven, 1 st av, M.1 16-17-18-19-20-21 keer over de nld en 1 kant st in ribbelst. == > dus u hebt aan elke kant een kantsteek en aan het begin 1 st av, dus 240 st over, dat is 20 keer 12 st. Aan het eind van het telpatroon is elk groepje van 12 st nog maar 4 st, dus dan heb u 3 st (2 kanst + 1 av) = 20 x 4 = 83 st. Veel breiplezier.

05.08.2016 - 10:37

country flag Lelletta wrote:

Grazie mille!!

12.05.2015 - 21:01

country flag Lelletta wrote:

Buonasera! Avrei bisogno di un chiarimento:ho avviato le nuove maglie per il corpo(taglia S) x 7 volte ed ora devo aumentare le altre 6+6 all'interno di M2. Vanno inserite sempre ai lati o lungo tutto il ferro?Vi ringrazio per la cortese e sempre rapida risposta! saluti!!!!!!!!!!

12.05.2015 - 19:07

DROPS Design answered:

Buonasera Lelletta. Le 6 m vanno aumentate ai lati. Mano mano che aumenta, lavora le nuove m come indicato nel diagramma M.2. Buona lavoro!

12.05.2015 - 20:08

country flag Nina wrote:

Jeg forstår ikke hvor i oppskriften arm og volang nr. 2 lages? Er i ferd med å avslutte på bolen, str. L, ved å strikke til arbeidet måler 54 cm.

15.09.2013 - 22:34

DROPS Design answered:

Hej Nina. Du strikker först höyre side. Du starter med 2 volanger og strikker ermet til midt bak (BAKSTK) og midt foran (FORSTK). Derefter starter du forfra og strikker VENSTRE SIDE paa samme maade (men spejlvendt - se opskrift). Du slutter af med at montere de to dele midt bak.

17.09.2013 - 17:28

country flag Nicole wrote:

Ich verstehe nicht ganz, weshalb ich die Maschen vom Rückenteil zum Schluss auf einen Hilfsfaden legen soll, da ich doch beide Teile im Rücken zusammen"nähe". Und: wie näht man mit Maschenstich etwas zusammen? Ich kenne das nur als Zierstich, und das Video von Drops erklärt nur dieses.

02.07.2013 - 22:31

DROPS Design answered:

Liebe Nidole, Sie haben Recht, es wurde das falsche Video verlinkt, wir werden dies gleich beheben. Das richtige Video heisst "Unsichtbare Naht". Dort sehen Sie auch, warum das Teil nicht abgekettet wird, sondern die Maschen nur stillgelegt werden.

03.07.2013 - 09:34

country flag Nicole wrote:

Zu der Abnahme gegen den Hals beim Rückenteil: Man soll 2 M abnehmen. Welche Technik verwendet man? Macht man die Abnahme am Ende oder Anfang der Runde?

30.06.2013 - 16:39

DROPS Design answered:

Liebe Nicole, es muss am Anfang der Reihe abgekettet werden.

01.07.2013 - 09:11

country flag Nicole wrote:

Bei mir kommt die Maschenprobe nicht hin. Ich habe 23x28 M bei 10x10 cm. Sollte ich auf Nadelgr. 4 wechseln?

12.03.2013 - 21:43

DROPS Design answered:

Liebe Nicole, wenn Sie mit Nadel 3 weniger Maschen haben als angegeben, müssen Sie eine kleinere Nadelstärke wählen, so lange bis die Maschenprobe passt.

13.03.2013 - 08:34