DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 32.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 108-5
Afmetingen (sjaal):
Breedte boven: ca 155 cm.
Hoogte midden: ca 40 cm.
Maat (muts): Eén maat

Materialen: DROPS Kid-Silk
100 gr nr. 04, roze
50 gr nr. 05, heidekruid
25 gr nr. 03, lichtroze

DROPS Breinaald 5 mm (voor de sjaal en de muts) – of de breinld, die u nodig heeft voor een steekverhouding van: 16 st x 32 nld ribbelst met 2 draden = 10 x 10 cm.

DROPS Breinaald 3 mm (voor de muts) - of de breinld, die u nodig heeft voor een steekverhouding van: 20 st tricotst met 2 draden = 10 cm breed.

DROPS Haaknaald 4 mm (voor de bloemen).

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 32.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

Ribbelst (heen en weer breien): Alle naalden recht breien.

Tip Meerderen: Meerder 1 st als volgt: maak 1 omslag. Brei de omsl in de volgende nld verdraait recht om een gaatje te voorkomen.

Tip Minderen: Minder 1 st als volgt: brei 2 st recht samen.

Sjaal: Zet 3 st op met breinld 5 mm en 2 draden roze. Brei ribbelst – en meerder tegelijkertijd aan de ene kant naast de kantst als volgt: 61 x 1 st in elke 4e nld – lees Tip Meerderen = 64 st. Let op de steekverhouding!
Brei dan 4 nld ribbelst over alle st. Het werk heeft nu een hoogte van ca 78 cm. Minder vervolgens aan dezelfde kant als voor de meerderingen naast de kantst: 61 x 1 st in elke 4e nld – lees Tip Minderen = 3 st.
Kant af. De sjaal heeft een totale lengte van ca 155 cm.

Gehaakte bloemen: Haak met haaknld 4 mm en 2 draden. Haak 4 l en sluit deze tot een ring met 1 hv in de eerste l.
1e tr: Haak 6 v om de ring. Eindig met 1 hv in de eerste v.
2e tr: * 3 l, 1 v in de volgende v *, herhaal *-* op de hele tr = 6 l-boogjes.
3e tr: 1 l, en haak in elk l-boogje als volgt: 1 v, 5 stk en 1 v. Eindig met 1 hv in de eerste l.
Haak 6 lichtroze bloemen + 6 roze bloemen + 4 heidekruid bloemen = totaal 16 bloemen.
Vouw de sjaal in de lengte dubbel – zie fig. 1. Bevestig een bloem van iedere kleur aan beide uiteinden van de sjaal. Verdeel de overige 10 bloemen over de sjaal met 5 in het midden van de sjaal en vijf verdeeld over de vouw in de lengte (naai alleen door de bovenste laag).

Muts: De muts wordt heen en weer gebreid op de breinld. Zet 100 st op met breinld 3 mm en 2 draden heidekruid. Brei 2 cm tricotst en vervolgens 1 nld av (op de goede kant = vouwlijn), en brei dan nog 2 cm tricotst. Vanaf hier het werk verder meten!
Wissel naar breinld 5 mm en brei 2 nld ribbelst.
Plaats nu 10 merkdraden in het werk (op de goede kant) als volgt: de eerste na 1 st, en vervolgens met 10 st tussen elke merkdraad. Na de laatste draad staan er 9 st op de nld. Meerder in de volgende nld op de goede kant 1 st na elke merkdraad – lees Tip Meerderen. Herhaal de meerderingen nog 3 keer in elke 4e nld = 140 st. Minder vanaf een hoogte van 7 cm 12 x 1 st na elke merkdraad in elke 4e nld - lees Tip Minderen – op de goede kant van het werk = 20 st. Brei vervolgens alle st 2 aan 2 samen. Knip de draad af, rijg de draad door de resterende st, en trek stevig aan.

Afwerken: Vouw de onderrand naar binnen om en zet hem vast met kleine matrasst - zorg ervoor dat de naad niet te strak wordt.
Sluit vervolgens de naad van de muts op de achterkant in de eerste deel van de eerste st, zodat de naad niet te dik wordt. De muts is ca 22 cm hoog.
Haak 4 bloemen, 1 lichtroze, 1 roze en 2 heidekruid. De beschrijving staat hierboven onder de sjaal. Naai de bloemen op de muts.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 108-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (36)

country flag Nadette19 wrote:

Si je comprends bien les fleurs de la partie supérieure sont cousues sur l'envers et tout près de bord pour être sur l'endroit quand le châle est porté. Faut-il coudre pour maintenir ce revers ? D'avance merci

20.03.2019 - 19:46

DROPS Design answered:

Bonjour Nadette19, les fleurs peuvent effectivement être cousues sur l'envers, quand vous porterez le châle, repliez simplement la partie du haut (comme un revers/col roulé) pour que les fleurs soient visibles sur l'endroit. Bon tricot!

21.03.2019 - 10:04

country flag Hanne Jessen wrote:

Når der i opskriften bare står "pinde", hvad længde/type pinde tænkes der da på?

25.02.2017 - 12:31

DROPS Design answered:

Hej Hanne. Det er bare lige pinde - altsaa ikke strömpepinde eller rundpinde :)

27.02.2017 - 15:00

country flag Isabelle wrote:

Bonjour je ne comprend pas les augmentations du beret comment fait on les augmentations suivantes combien de mailles entre chaque augmentations tous les 4rangs merci

15.10.2015 - 07:36

DROPS Design answered:

Bonjour Isabelle, on augmente 1 m après chaque marqueur, là où vous aviez 10 m entre chaque marqueur, vous en avez 11 après la 1ère augmentation, vous en aurez 12 après la 2ème augmentation etc. Gardez bien vos marqueurs en place et augmentez après chaque marqueur. Bon tricot!

15.10.2015 - 09:09

Sheila wrote:

Hola no entendi el chal en el diagrama es como si tuviese frente y espalda se hace dos partes iguales? despues se cosen? Gracias por responder quiero hacer para un regalo

18.07.2015 - 02:28

DROPS Design answered:

Hola Sheila, se trabaja de lado a lado en una sola pieza. Primero se aumenta hasta el centro del chal y después se disminuye para terminar con el mismo nº de pts con el que se empezó. Las estrellas del diagrama indican donde se colocan las flores de ganchillo.

22.07.2015 - 10:06

country flag Benedetta wrote:

Buonasera,il filato usato e'quello giusto,solo che sbagliavo perché' ho lavorato a m. Rasata e non a legaccio.Grazie

27.10.2013 - 22:49

DROPS Design answered:

Buonasera Benedetta, il campione l'ha lavorato a m legaccio? provi con mezza misura di ferri in più e veda come viene. Buon lavoro!

28.10.2013 - 00:03

country flag Benedetta wrote:

Buongiorno,mi spiego meglio,e' la lunghezza del basco che e'32 cm invece di 22cm .Dal mio campione ottengo circa 16 m x24 ferri e non 32 ferri come descritto .Il campione che voi date e' a m.legaccio e non a m.rasata.grazie mille.

27.10.2013 - 17:42

DROPS Design answered:

Buonasera Benedetta, è strano, perché il suo campione risulta più piccolo di quello indicato, e quindi il suo basco dovrebbe risultare più corto, non più lungo. Il campione è a m legaccio e anche il basco lo è, tranne la prima parte lavorata con i f n° 3 mm a m rasata. E' sicura di aver seguito attentamente le istruzioni? Buon lavoro!

27.10.2013 - 18:01

country flag Benedetta wrote:

Buonasera,mi correggo ,il basco non è' largo ma lungo cm 32 e non 22 cm. come da spiegazione.Quindi e' piu'lungo di 10 cm.forse devo usare ism numero di ferri inferiore.grazie

27.10.2013 - 17:08

DROPS Design answered:

Buonasera Benedetta, sta usando il filato indicato?

27.10.2013 - 17:58

country flag Benedetta wrote:

Ho realizzato questo basco,ma alla fine ,dal bordo alla chiusura delle maglie,il lavoro misura 32 cm e non 22. Mi potete spiegare cosa devo fare.grazie e buona giornata

26.10.2013 - 11:49

DROPS Design answered:

Buongiorno Benedetta, il campione corrisponde a quello indicato? E le altre misure? Se il campione non corrisponde, provi a rifarlo cercando di avvicinarsi più possibile a quello indicato, altrimenti può attaccare un elastico basso sul bordo del basco per stringere un pò il bordo. Buon lavoro!

27.10.2013 - 15:53

country flag Diana wrote:

I don't understand how to get knitting tension 16 sts x 32 rows in garter st with 5 mm needles. I got 16 sts in 10 cm, but only aprox. 22 rows. If I'm knitting very tight then it's very hardto knitt, and if I change to 4,5 mm needles, then I get 18 sts in 10 cm. Anny advice?

19.10.2013 - 12:00

DROPS Design answered:

Dear Diana, for the shawl, you can keep the right tension in width, and follow pattern, adjusting on measurements in height. Happy knitting!

21.10.2013 - 10:44

country flag Valentina wrote:

It is very beautiful, But I would like to make this for my daughter, 5y.o. any advise...

12.03.2013 - 11:30

DROPS Design answered:

Dear Valentina, there are some cute hats written for kids such as s12-2 or 0-905. Do not hesitate to use the search engine in home page. Happy knitting!

12.03.2013 - 13:51