DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 4.98€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

Flapping Around

DROPS Pasen: gehaakte kuikensloffen voor volwassenen en kinderen van ”Nepal”. Maat 23-43

DROPS Extra 0-1024
DROPS design: model nr. ne-147
Garengroep C
----------------------------------------------------------
SLOF KIND:
Maat: 23/25 - 26/28 - 29/31 - 32/34
Voor een voetlengte van: 15-17-18-20 cm
Materiaal:
DROPS NEPAL van Garnstudio
50-100-100-100 gr, kleur nr. 2923, oker
50 gr voor alle maten in kleur nr. 3620, rood
En gebruik een restje 6790 koningsblauw en 0100 naturel voor de decoraties.

DROPS HAAKNLD 3.5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 18 v in de breedte x ongeveer 20 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.

SLOF VOLWASSENE:
Maat: 35/37 - 38/40 - 41/43
Voor een voetlengte van: 22 - 24 - 27 cm
DROPS NEPAL van Garnstudio
100 gr voor alle maten in kleur nr. 2923, oker
100 gr voor alle maten in kleur nr. 3620, rood
En gebruik een restje 6790 koningsblauw en 0100 naturel voor de decoraties.

DROPS HAAKNLD 3.5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 18 v in de breedte x ongeveer 20 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nepal
DROPS Nepal
65% wol, 35% alpaca
vanaf 2.49 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 4.98€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

MAGISCHE CIRKEL:
Als het werk in de rondte wordt gehaakt, begin dan met deze techniek om een gat in het midden te voorkomen (in plaats van een l-ring): houd het uiteinde van het garen vast, wind het garen een keer rond de wijsvinger en maak zo een lus. Houd de lus vast met de linkerduim en -middelvinger, sla de draad over de linkerwijsvinger. Steek de haak door de lus, pak de draad op die van de bol komt, trek de draad door de lus, maak 1 omsl op de haak en haal de omsl door de st op de haak = 1 v *, herhaal van *-* tot het gewenste aantal v is gehaakt en trek dan het draadeinde aan om de lus te sluiten. Zet het draadeinde vast aan de verkeerde kant van het werk.


TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 v door 2 v te haken in dezelfde v.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 v door 2 v samen te haken als volgt: * Steek de haak in de volgende v, haal de draad door *, herhaal van *-* nog een keer, maak 1 omsl en haal de draad door alle 3 st op de haak.
PICOTRAND:
Haak * 1 v in de eerste v, haak 3 l, 1 stk in de 3e l vanaf de haak, sla ongeveer 1 cm over *, herhaal van *-* de hele toer en eindig met 1 hv in de eerste v.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang de eerste v aan het begin van elke v toer door 1 l. Eindig elke toer met 1 hv in de l van het begin van de toer.
--------------------------------------------------------

SLOF KIND:
Wordt eerst in de rondte gehaakt vanaf de teen en dan heen en weer richting de hiel. Begin met haaknld 3.5 mm en rood en maak een MAGISCHE CIRKEL - zie uitleg boven (= punt van de teen).
TOER 1: LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak 7-7-7-8 v in de magische cirkel, eindig met 1 hv in de 1e v.
TOER 2: meerder 1 v in elke v - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN = 14-14-14-16 v.
TOER 3: haak 1 v in elke v – meerder TEGELIJKERTIJD 4-6-8-8 st gelijkmatig verdeeld over de toer = 18-20-22-24 v.
TOER 4: haak 1 v in elke v.
TOER 5: haak 1 v in elke v – meerder TEGELIJKERTIJD 8 st gelijkmatig verdeeld over de toer = 26-28-30-32 v.
TOER 6: haak 1 v in elke v.
TOER 7: haak 1 v in elke v – meerder TEGELIJKERTIJD 4 st gelijkmatig verdeeld over de toer = 30-32-34-36 v.
Haak dan 1 v in elke v tot het werk 4-4½-5-5½ cm meet. Ga verder met oker en in de rondte met 1 v in elke st tot het werk 7½-8½-9-10 cm meet. Haak na de laatste v op de toer niet 1 hv in de eerste v maar ga verder met 1 v in elke van de volgende 10-10-11-12 v (= 1e toer aan de goede kant), keer het werk en haak 1 v in elke van de volgende 20-20-22-24 v aan de verkeerde kant (= 10-12-12-12 v over voor middenvoor van de slof, het begin van de toer van eerder is nu onder de zool).
Haak dan v heen en weer met 20-20-22-24 v elke toer.
Haak bij een hoogte van ongeveer 14½-16½-17½-19½ cm de volgende toer aan de goede kant als volgt:
TOER 1: haak 6-6-7-8 v, minder 2 v over de volgende 4 v - LEES TIP VOOR HET MINDEREN = 8-8-9-10 v, keer (10-10-11-12 v over aan de andere kant van de toer).
TOER 2: minder 2 v over de eerste 4 v, 1 v in elke v de hele toer = 6-6-7-8 v, keer.
TOER 3: haak 2-2-3-4 v, minder 2 v over de laatste 4 v = 4-4-5-6 v.
TOER 4: minder 1-1-1-2 v over de eerste 2-2-2-4 v, 1 v in elke v de hele toer = 3-3-4-4 v, hecht af.
Haak over de overgebleven 10-10-11-12 v aan de andere kant als volgt:
TOER 1: minder 2 v over de eerste 4 v, 1 v in elke v de hele toer = 8-8-9-10 v, keer.
TOER 2: haak 4-4-5-6 v, minder 2 v over de laatste 4 v = 6-6-7-8 v, keer.
TOER 3: minder 2 v over de eerste 4 v, 1 v in elke v de hele toer = 4-4-5-6 v.
TOER 4: minder 1-1-1-2 v over de laatste 2-2-3-4 v = 3-3-4-4 v, hecht af. Naai de slof samen middenachter. Haak nog een slof op dezelfde manier.

GEHAAKTE RAND:
Begin aan de goede kant middenachter op de slof, haak 1 toer langs de hele opening met oker. Haak over de toeren aan de zijkanten als volgt: * haak 1 v, 1 l, sla ongeveer 1 cm over *, herhaal van *-* tot de hoek van de zijkant met de voorkant, haak dan in de 1e hoek aan de voorkant als volgt: * steek haak in de laatste v van de toer aan de zijkant, haal de draad door, steek de haak in de 1e v van de zijkant aan de voorkant, haal de draad door, maak 1 omsl en haal de draad door alle 3 st op de haak *. Haak 1 v in elke v langs de rand aan de voorkant, haak in de 2e hoek aan de voorkant op dezelfde manier als in de 1e hoek maar in spiegelbeeld. Herhaal langs de andere kant van *-* en eindig met 1 hv in de eerste v aan het begin van de toer. Ga verder met rood en haak een PICOTRAND - zie uitleg boven, langs de hele opening van de slof. Hecht af. Herhaal op de andere slof.

OGEN MAAT 23/25 - 26/28 - 29/31:
Gebruik haaknld 3.5 mm en koningsblauw. Maak een magische cirkel - zie uitleg boven. Haak 6 v in de l-ring. Ga verder met naturel en haak 2 v in achterste lus van elke v de hele toer en eindig met 1 hv in eerste v van het begin van de toer = 12 v. Haak nog 3 ogen op dezelfde manier en zet ze vast aan de bovenkant van de voet.

OGEN MAAT 32/34:
Gebruik haaknld 3.5 mm en koningsblauw. Maak een magische cirkel - zie uitleg boven. Haak 6 v in de l-ring. Haak 2 v in elke v op de toer en eindig met 1 hv in de eerste v aan het begin van de toer = 12 v. Ga verder met naturel en haak in achterste lus van de st de hele toer als volgt: 2 v in eerste v, * 1 v in volgende, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer en eindig met 1 v in laatste v en 1 hv in eerste v aan het begin van de toer = 18 v. Haak nog 3 ogen op dezelfde manier en zet ze vast op de bovenkant van de voet.

DECORATIES:
Borduur kleine steken voor de neusgaten op de snavel met oker. Maak kleine wimpers boven de ogen als volgt: knip een draad van koningsblauw van ongeveer 5 cm lang. Vouw de draad dubbel, gebruik de haaknld en trek de lus door het werk en terug naar de goede kant. Haal de twee draadeinden door de lus en trek de draadjes aan. Maak zo twee wimpers boven elk oog.

--------------------------------------------------------

SLOF VOLWASSENE:

Wordt eerst in de rondte gehaakt vanaf de teen en dan heen en weer richting de hiel. Begin met haaknld 3.5 mm en rood en maak een MAGISCHE CIRKEL - zie uitleg boven (= punt van de teen).
TOER 1: LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak 6-6-5 v in de magische cirkel, eindig met 1 hv in de 1e v.
TOER 2: meerder 1 v in elke v - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN = 12-12-10 v.
TOER 3 (en dan om de toer): haak 1 v in elke v.
TOER 4: * 1 v in eerste v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* 6-6-5 keer in totaal = 18-18-15 v.
TOER 6: * 1 v in elke van de eerste 2 v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* 6-6-5 keer in totaal = 24-24-20 v.
TOER 8: * 1 v in elke van de eerste 3 v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* 6-6-5 keer in totaal = 30-30-25 v.
TOER 10: * 1 v in elke van de eerste 4 v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* 6-6-5 keer in totaal = 36-36-30 v.
Meerderen is nu klaar voor maat 35/37.
TOER 12: * 1 v in elke van de eerste 5 v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* 6-5 keer in totaal = 42-35 v.
Meerderen is nu klaar voor maat 38/40.
TOER 14: * 1 v in elke van de eerste 6 v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* 5 keer in totaal = 40 v.
TOER 16: * 1 v in elke van de eerste 7 v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* 5 keer in totaal = 45 v.
Meerderen is nu klaar voor maat 41/43.

ALLE MATEN:
= 36-42-45 v op de toer.
Ga verder en haak tot er 16 toer gehaakt zijn voor alle maten. Ga verder met oker en haak in de rondte met 1 v in elke v zonder de toeren af te werken tot het werk ongeveer 14-16-18 cm meet. Haak nu 12-15-16 st voorbij de kleurwisseling.
Keer het werk en haak heen en weer over de eerste 24-30-32 v (dus haak niet over de laatste 12-12-13 v op de toer en de kleurwisseling is midden onder de voet). Plaats als de slof 20-22-25 cm meet (dus ongeveer 6-6-7 cm vanaf waar het werk gesplitst is) 1 markeerder in het midden van het werk (= 12-15-16 v aan elke kant van de markeerder). Minder in de volgende toer 1 v aan elke kant van de markeerder, dus begin 2 st voor de markeerder en haak de volgende 4 v 2 aan 2 samen – LEES TIP VOOR HET MINDEREN (= 2 v geminderd). Haak 1 toer zonder te minderen. Herhaal dit minderen in de volgende toer (= 2 v geminderd) = 20-26-28 st over op de toer. Hecht af. Naai de slof samen middenachter (de slof meet ongeveer 22-24-27 cm vanaf de teen tot de hiel). Hecht af. Haak nog een slof op dezelfde manier.

GEHAAKTE RAND:
Begin aan de goede kant middenachter op de slof, haak 1 toer langs de hele opening met oker. Haak over de toeren aan de zijkanten als volgt: * haak 1 v, 1 l, sla ongeveer 1 cm over *, herhaal van *-* tot de hoek van de zijkant met de voorkant, haak dan in de 1e hoek aan de voorkant als volgt: * steek haak in de laatste v van de toer aan de zijkant, haal de draad door, steek de haak in de 1e v van de zijkant aan de voorkant, haal de draad door, maak 1 omsl en haal de draad door alle 3 st op de haak *. Haak 1 v in elke v langs de rand aan de voorkant, haak in de 2e hoek aan de voorkant op dezelfde manier als in de 1e hoek maar in spiegelbeeld. Herhaal langs de andere kant van *-* en eindig met 1 hv in de eerste v aan het begin van de toer. Ga verder met rood en haak een PICOTRAND - zie uitleg boven, langs de hele opening van de slof. Hecht af. Herhaal op de andere slof.

OGEN MAAT 35/37 - 38/40 - 41/43:
Gebruik haaknld 3.5 mm en koningsblauw. Maak een magische cirkel - zie uitleg boven. Haak 6 v in de l-ring. Haak 2 v in elke v op de toer en eindig met 1 hv in de eerste v aan het begin van de toer = 12 v. Ga verder met naturel en haak in achterste lus van de st de hele toer als volgt: 2 v in eerste v, * 1 v in volgende, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer en eindig met 1 v in laatste v en 1 hv in eerste v aan het begin van de toer = 18 v. Haak nog 3 ogen op dezelfde manier en naai 2 ogen op elke slof boven de het rode deel (= snavel).

DECORATION:
Borduur kleine steken voor de neusgaten op de snavel met oker. Maak kleine wimpers boven de ogen als volgt: knip een draad van koningsblauw van ongeveer 5 cm lang. Vouw de draad dubbel, gebruik de haaknld en trek de lus door het werk en terug naar de goede kant. Haal de twee draadeinden door de lus en trek de draadjes aan. Maak zo twee wimpers boven elk oog.
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Extra 0-1024

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (3)

country flag Michaela wrote:

Vaše papuče se mi moc líbí, zkoušela jsem je uháčkovat, ale podle návodu se mi to nedaří, bez obrázku jej nechápu. Uháčkuju skoro celou papuči, ale s patou si neporadím. Musela jsem udělat rovný šev, který sice moc dobře nevypadá, ale chodit se v tom dá. Mohli byste prosím natočit video s návodem, jak háčkovat patu nebo alespoň k návodům doplnit i fotografie paty nebo nakreslit střih? Děkuji

30.03.2021 - 21:02

DROPS Design answered:

Hi again Michaela - please take a look at this video: How to crochet a basic slipper from toe and up

20.04.2021 - 10:06

country flag Claudia Pusch wrote:

Hallo, ich konnte der Wort Anleitung (Kinder32/34) folgen bis zum Beginn der ABNAHMEN in der 1. Runde: Ich habe es so verstanden, daß ich 8 fM häkel, dann 4 Abnahmen mit je 2 fM und dann nochmal 10 fM. Dann wenden, aber dann habe ich nicht 12 Maschen?! Würde mich sehr über Hilfe freuen. Danke

19.01.2018 - 15:21

DROPS Design answered:

Liebe Frau Pusch, bei der 2. Reihe verdoppeln Sie jede M = 16 M. Bei der 3. Reihe nehmen Sie 8 M zu = 24 M. Bei der 4. und 6. Reihe häkeln Sie keine Zunahme. Bei der 5. Reihe nehmen Sie 8 M = 32 M und bei der 7. Reihe nehmen Sie 4 M zu = 36 M. Viel Spaß beim häkeln!

19.01.2018 - 16:05

Enas wrote:

I love it

30.11.2014 - 11:24